Pharmaceutisch weekblad; voor Nederland, jrg 65, 1928, no. 44, 03-11-1928

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.

Dit kan twee oorzaken hebben:

  • De publicatie is nog niet beschikbaar in Delpher, maar zal dat binnenkort wel zijn.

  • Er is een tijdelijke storing met het laden van de afbeelding.

  • Probeer het later opnieuw.

    Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

    alleen door tropine gevormd is; tijdens het indampen werd een troebeling waargenomen, die ongetwijfeld de atropine-verb.nding bevatte, welke bij de groote verdunning in oplossing gebleven was. Voor een ander deel zal het reagens zelf neerslaan bij het concentreeren tot die sterkte.

    De methode leent zich wel voor het bepalen van atropine, maar niet voor atropine-tropinemengsels, tenzij men een tweede en wellicht nog een derde correctie zou aanbrengen. c. Hierbij werd ter afscheiding) van de alkaloïden de methode van de Ned. Ph. gevolgd tot na de verdamping van den aether. De verdampingsrest werd opgelost in 10 cm.31 pCt.-ig zoutzuur en verder volgens de methode van Jav i 11 ie r verwerkt. Uit de gloeirest werd het alkaloïde als atropine berekend. gew. anal. titrim. [x]^ I. Extr. uit den handel 1.48 pGt. 1.6 pCt. —17.3° 11. Extr. ben. 50° bereid 1.45 pCt. 1.49 pCt. —22.2° 111. Extr. Go ris 1.82 pCt. 2.0 pCt. 9.2° IV. Extr. Ph. N. bl. Go ris 1.87 pCt. 1.93 pCt. —13.2° (Als Extr. G. o r is is aangeduid een Extract. Beillad. volgens den Franschcn Codex, ontvangen van Prof. Goris, Paris, terwijl IV bereid is uit blad, dat eveneens door hem is gebruikt). Vergeleken met de titrimetrische methode, geeft de gewichtsanalytische met silicowolfraamzuur steeds lagere uitkomsten. Het verschil is het grootst bij III; het alkaloïdengehalte is hoog, terwijl omzettingen, gezien de geringe draaiing, een be ■ langrijken invloed gehad hebben. Bij I en IV is ’t verschil ook aanmerkelijk, terwijl de draaiing weer iets hooger is. Het beste in alle opzichten is extract 11. De draaiing benadert die van zuiver hyoscyamine (—22.7) het meest en tusschen gew. anal. en titrim.methode is slechts een gering verschil. Het is opmerkelijk, dat daar, waar de draaiing is verminderd, de beide methoden zoozeer uitcenloopende resultaten geven. Een verklaring daarvan vindt men mijns inziens alleen in de splitsingen, die kunnen hebben plaats gehad en als direct gevolg daarvan inde aan te brengen correctie. Heeft er omzetting plaats gehad van hyoscyamine in atropine, dan gaat daarmede gepaard een hydrolytische splitsing, waarbij tropine ontstaat. Deze tropine wordt bij de titrimetrische

    1168