legenheid van de Algemeene Vergadering der Ned. Maatschappij ter bevordering der Pharmacie, in 1912 te dezer stede gehouden (Ph. Wbld. 1912, pag. 660). Ben schrille tegenstelling voorwaar vormen deze woorden tegenover het verblijdend testimonium, dat hij in hetzelfde artikel geeft betreffende het „wetenschappelijk streven bij onze hedendaagsche Rotterdamsche collega’s.”
Wat mag de reden zijn geweest, dat in die vroegere tijden bij onze Rotterdamsche vakgenooten zoo weinig belangstelling bestond inde meer ideëele zijde van hun beroep? Kunnen materiëele zorgen hiervan de oorzaak zijn geweest? Vreemd mag ons dat lijken ; werden zij toch niet in hunne rechten beschermd door de stedelijke keur op het apothekersgilde en de medicamenten van 1649, een ordonnantie, in 1707 hernieuwd, waarin nog eens duidelijk werd bepaald, dat „oock de Apothecars ten behoeve van haar Gilde in gelijke boete (ses guldens) sullen mogen bekeuren de Chirurgijns, Chimis'ten, Drogisten en alle andere, de welcke om patiënten gaande, dëselve eenige medicamenten komen in te geven.” Toepassing van dit artikel bleef vaak uit dekens en hoofdlieden hadden werk, overtredingen door de vrederechteren te laten beoordeelen en zoo zeer ontstond er periculum in mora, dat in het Resolutieregister van dekens en hoofdlieden (1657—1735) het volgende moest worden aangeteekend; 14 August. 1711. Extra vergadert sijnde, is gesamentlijk geresolveert, dit na volgende Request op te stellen. En op aenstaende dingsdag, sijnde den 18 dito, aen de E. E. groot Achtbare Heeren de Heeren van de Weth in te leveren, op de boeten van 3 gulden, diegene absent blijft en voor half elf niet en Is aen het huys van de secretaris de Wael verbeurt 6 stuyvers. Aan de iE. E. groot Achtbare Hteeren de Heeren van de Weth der stadt Rotterdam geven met behorelijke eerbiedigheid te kennen de Decani en Hoofdliedën van het Apothekersgilde, hoe dat, tzedert hare E.E. gr. Achtb. de doctores medicinae van den eed’t tot nakominge van de laatst uytgegevene keure en ordonnantie hebben ontslagen, niet alleen het grootste gedeelte der Medicinae doctores alle soorten van in- en uitwendige medicamenten voor hunne
622