tueel onder ratten een epizoötie op grootere of kleinere schaal veroorzakende, aanleiding zou kunnen geven voor de diagnose rattenpest.
Aladar Aujeszky ') beschrijft een sterfte onder ratten in het bacteriologisch instituut te Boedapest, waarbij een bacterie werd aangetroffen in de organen der gestorven dieren, die zich bipolair kleurde, evenals door sommige voor den pestbacillus wordt beschreven, van een kapsel voorzien was, en op pest gelijkende veranderingen in het rattenlichaam had tot stand gebracht. Bij nader onderzoek bleek deze bacterie te zijn een kapselbacterie, thuis behoorende in de FriedLaNDER-groep.
In den zomer van het jaar 1900 werd onder de witte en bonte, later ook onder de grijze ratten van het Kaiserlich Gesundheitsamt te Berlijn een epidemie waargenomen, veroorzaakt door een mikrobe, die wel niet constant, maar toch bij bepaalde methoden van fixatie, zeer duidelijke poolkleuring vertoonde 2).
E. Klein j) beschrijft nog een bacterie onder den naam van bactenum bristolense, die gevonden werd in een aantal doode ratten afkomstig uit het stoomschip George Royle, dat in Bristol ontladen werd. Het schip kwam uit Smyrna, dat toen met pest besmet was. Gedurende de reis waren echter geen gevallen van pest aan boord voorgekomen. In strijkpraeparaten uit de organen der doode ratten werden bacteriën gevonden met fraaie bipolaire kleuring. Verder onderzoek toonde aan, dat de gevonden mikrobe geen pestbacil was, maar een bacterie behoorende tot de coli-groep.
V) AladaR Aujeszky. Eine pestahnliche Rattenseuche verursacht von einem Kapselbacillus der Friedlandergruppe. Centralbl. für Bakt, 1904, No. 36.
" Schilling. Ueber eine bei Ratten vorkommende Seuche. Arbeiten aus dem Kaiserl. Oesundheitsamt 1902, Bd. 18 3I E. Klein, loco cit.