DE INGENIEUR.

99

kj f g a a n

8e Jaargang. 1893. - J\210,

VEREENIGING VAN BURGERLIJKE INGENIEURS.

WiiUM owijï aan li tuUik u k wam van Opta Werken n NlwMil.

Prijs per Jaargang:

Franco per post.

Voor Nederland / 8.—

Voor het Buitenland met vooruitbetaling ... - 10.50 Voor leden der "Vereeniging van Burgerlijke Ingenieurs

worden bovenstaande prijzen met ƒ 2.— verminderd. Men abonneert zich voor een jaargang. Over liet bedrag der abonnementen in Nederland

wordt halfjaarlijks door de Administratie beschikt. Afzonderlijke nummers 20 cents. — Bewijsnummers

10 cents.

Verschijnt eiken Zaterdag.

Abonnementen, stukken en mededeelingen, boeken brochures, enz. te richten aan de Redactie: Sundastraat No. 6, te 's-Gravenhage.

Advertentün uiterlijk Vrijdags 12 ure des voormiddags intezenden aan de Administratie van dit Blad, Pavelj oensgracht No. 19, te 's-Gravenhage.

s-Gravenhage, II Maart.

Prijs der Aflvertentiën:

ƒ 0.25

Per regel . . ,

Groote letters naar plaatsruimte.

Abonnementen volgens afzonderlijke overeenkomst.

Bij eene eerste plaatsing van annonces voor Aanbestedingen is de prys per regel ƒ0.15; bij eene tweed*! eti meerdere plaatsing van dezelfde annonce / 0.10.

Bij abonnement op Advertentiên wordt het blad gratis toegezonden

ijst memoriam:.

Jhr. J. C. van de Poll.

fc^ügset is een goede gewoonte van «De Ingenieur» om hen te herdenken, die aan het Nederlandsche ingenieurs<jh|pn[ll corps ontvallen zijn.

Mij zij het vergund deze taak te verrichten voor jonkheer Jan Cornelis van de Poll, die den 8sten Maart op drie en dertigjarigen leeftijd te 's-Gravenhage overleed.

Na te Amersfoort de Hoogere Burgerschool te hebben afgeloopen, kwam van de Poll in 1876 op de Polytechnische School, welke hij in 1881 verliet met den titel van civiel-ingenieur.

Bijna onmiddellijk na zijn promotie werd hij geplaatst bij de opnemingen, die toen verricht werden ten behoeve van de overname door den Staat van de spoorweglijn der Grand Central Beige, na welke bezigheid hij opzichter bij den aanleg deiStaatsspoorwegen werd, tot voorbereiding van de werken deilijn Rotterdam—Hoek van Holland.

Een deel der berekeningen voor de bruggen in dezen spoorweg werden door hem gedaan en de verhandeling over «eenige formules omtrent draaibruggen met ongelijke armen», door hem te zamen met den heer 's Gravesande Guicherit geplaatst in den jaargang 1886/87 van het Kon. Instituut v. Ingenieurs, legde het bewijs af, dat hij de hem opgedragen taak met bekwaamheid vervulde.

Op zijn verzoek wisselde hij het bureauleven een korten tijd af met de practijk, door zijne plaatsing bij de uitvoering derspoorwegwerken van de lijn Sneek—Stavoren. Daarna leidde hij de uitvoering van enkele der belangrijkste kunstwerken in den spoorweg Rotterdam—Maassluis. Deze waren nog niet voltooid toen hij in 1888 benoemd werd tot adjunct-commies bij het Ministerie van Binnenlandsche Zaken, afdeeling Kunsten en Wetenschappen, ter vervulling van de plaats, opengevallen dooide benoeming van den heer van Riemsdijk tot een der directeuren van het Rijksmuseum.

Korten tijd vóór van de Poll het practische ingenieursleven vaarwel zegde, begonnen zich reeds de eerste verschijnselen te vertoonen van een rheumatisch lijden. Door het kiezen van een meer rustio-en werkkring had hij gehoopt, dat de toen nog zeer

Verantwoordelijk Redacteur: i. van HeüRN, Civ.-Ing., 's-Gravenhage.

INHOUD.

In Memoriam Jhr. 3. C. van de Poll. — De luchtvaart van J. Gr. W. Fijnje van Salverda. — Over toepassingen van krachtsoverbrenging door middel van electriciteit door E. Habtmann, (geïll.). — Technische Tijdschriften, opgaaf van de belangrijkste artikelen. — Lijst der boekwerken uitgegeven vanwege de Vereeniging van Burgerlijke Ingenieurs en voor het publiek beschikbaar gesteld. — Weerkundige waarnemingen. — Rivierberichten. — Binnen- en Buitenlandsche Berichten. — Benoemingen, verplaatsingen enz. — Open betrekkingen.

ERRATUM. — In het artikel getiteld: «Electrische verlichting door raiddel van gewijzigde De Meritens cellen», voorkomende in het vorige nummer, staat op blz. 93, 2e kolom, 25sten regel van onderen loodsulfaat, hetgeen moet zijn ziwAsulfaat.

geringe sporen dezer ziekte zouden verdwijnen. Het bleek echter helaas! spoedig, dat deze hoop ijdel was geweest.

Zijn kwaal werd hoe langer hoe heviger en alle middelen deiwetenschap, door hem aangewend, mochten niet helpen.

Met een bewonderenswaardige berusting en moed droeg hij zijn hevig lijden, dat ongeneeslijk bleek ; zelfs zij, die hem het naaste waren, moesten dan ook den dood als een ware verlossing van den armen lijder beschouwen. En hij zelf ging dezen tegemoet met een kalmte en een vertrouwen, die het beste bewijs waren voor zijn oprecht geloovig gemoed.

Van de Poll was met hart en ziel ingenieur. De omstandigheden waren hem echter niet gunstig. In de jaren waarin hij de eerste schreden in de practijk moest zetten, was het buitengewoon moeilijk voor een jong ingenieur om carrière te maken. Er was alom overvloed van technisch personeel; de Staatsspoorwegen waren bijna voltooid en van hem, die in het corps voor den aanleg dier werken trad, aan den vooravond van de geheele opheffing van dien tak van dienst, waren de vooruitzichten niet rooskleurig. Toch zou van de Poll, ware hem een betere gezondheid geschonken, zeker op ander gebied ruimschoots gelegenheid gehad hebben zijne groote bekwaamheden te toonen.

Hij onderscheidde zich toch door een krachtige en zeer geprononceerde overtuiging op godsdienstig en staatkundig gebied. Warm aanhanger der anti-revolutionnaire beginselen, stond hij pal voor hetgeen hij meende, wat goed en waar was. Zeker zou hij eenmaal een sieraad zijner partij geworden zijn. Bovendien was hij een echt verdraagzaam man; hoezeer hij zijne beginselen altijd warm verdedigde, drong hij deze nooit aan een ander op. Hij was dan ook in eiken kring gezien en niet zelden werden andersdenkenden er door hem toegebracht, om met meer waardeering, dan zij wel gewoon waren, over hunne tegenpartij te oordeelen.

Voor zijne vrienden was hij een trouw kameraad, die altijd blijde was, als hij hun een dienst kon bewijzen. Zij zullen zeker niet licht hun goeden «Poll» vergeten; zijne nagedachtenis zal bij hen in eere blijven als die van een oprecht, braaf en trouw vriend.

Zijn assche ruste in vrede!

H. A. v. IJ.

De luchtvaart

VAN

J. Ge. W. FIJNJE YAN SALVERDA.

Na de verschijning mijner eerste beschouwingen over de luchtvaart van Mei 1892, heeft, vooral ten gevolge der waarnemingen van Professor S. P. Langley te Washington, dit vraagstuk eene belangrijke schrede voorwaarts gedaan. Nagaande wat ik toen geschreven heb, beschouw ik het als een voorrecht, dat ik van mijne eerste beschouwingen niets behoef terug te nemen en dat ik mij integendeel daarbij zonder bezwaar kan aansluiten.

Opmerkelijk zijn dan ook de overeenstemmende gevolgtrek-

De vereeniffintt vat Bnrgerlijfce Ingenieus stelt zien in geenen deele verantwoorden]); voor de denkbeelden in de onderscneidene bijdraeen ontwlffield ot toegelient.