MIA

door

LYDIA DONCKER

(Slot)

„Herman, is het een vrouw?"

„Nee. Och Mia, laten wij over vroolijker dingen praten. *t Zijn zenuwen, niets dan zenuwen."

„O, nou, daar heb ik ook erg last van," zegt zij aanmoedigend.

„Wist ik wel, heb ik aan je gezien, daarom dacht ik met jou eens te kunnen praten."

„Ja, maar je doet het niet, jongen!"

„Nee, het is beter van niet, je bent te jong."

Mia voelt zich beleedigd. Te jong, stel je voor!

„Zooals je wilt," zegt zij onverschillig.

„Geef mij nog een kopje thee en zoo'n dingsigheidje, hoe noem je zooiets?"

„Petit four!"

„O ja, juist." Ze zien elkaar in de oogen en lachen tegelijk. En nu beginnen ze weer aan een geforceerd gesprek. Ze sloven zich beiden uit vroolijk te zijn, maar Mia voelt steeds een druk, die haar belet uitbundig te worden.