DE HOLLANDSCHE REVUE
507
HET PALEIS VOOR VOLKSVLIJT (Teekening uit het jaar 1864. Men lette op de typische kleedij en op de verdere entourage.;
Amsterdam heeft altijd groote mannen gehad, maar Sarphati heeft vooral recht op de dankbaarheid van het nageslacht
Het Paleis voor Volksvlijt
«In Memoriam«
De laatste jaren kende men in Amsterdam nauwelijks meer den oorsprong van den naam Sarphatistraat. Toch is Sarphati waard bewaard te blijven in de heugenis der Amsterdammers door de groote beteekenis van zijn openbare leven voor Amsterdam; hij was een kloek en groot Amsterdammer.
Van beroep was hij medicus, maar met een breeden blik op de beteekenis van zijn vak, maar bovenal meelevend burger zijner stad. Zoo hielp hij vestigen in 1842 de Nederl. Maatschappij tot bevordering der pharmacie en in 1846 stichtte hij de Inrichting voor Koop¬
handel en Nijverheid, die tot aan de oprichting der stedelijke h. b. s. in 1865, de voornaamste inrichting van voortgezet onderwijs in Amsterdam was.
In 1848 ontwikkelde zich een derde stichting. Jaarlijks kostte te Amsterdam het ophalen van asch en vuilnis duizenden guldens, zonder eenige bate. Sarphati vond het een ongezonde toestand. Hij reclameerde en protesteerde. Niemand echter der vroede vaderen had moed of lust zich deze zaak aan te trekken. Toen richtte Sarphati de Maatschappij tot bevordering van landbouw en landontginning op en
Amsterdam werd van een bezwarende creditpost verlost terwijl tevens de aandeelhouders van Sarphati's maatschappij belangrijke winsten maakten. Waar welvaart en ontwikkeling van het volk lievelingsobjecten van Sarphati waren, ontwierp hij in 1852 met dr. W. C. H. Staring, prof. S. Bleekrode, S. H. Orobio de Castro een Vereeniging voor Volksvlijt, die gedurende 13 jaar op velerlei wijze de nijverheid bevorderde, zoo door tentoonstellingen, als door openbare vergaderingen en bespreking van maatschappelijke onderwerpen en zelfs de uitgaaf van een tijdschrift De Volksvlijt,