506

DE HOLLANDSCHE REVUE

heeft ook nog altijd last van misselijkheid, als ie 't zeegat uitgaat. Maar 'n cognakkie en 'n haring en dan is ie weer boven Jan.

De Baron huiverde onmerkbaar. Ik zal er om denken, zei hij beleefd. Laat ons echter hopen, dat de elementen ons gunstig gezind zijn. Alle heeren ministers gaan mee, sprak hij, behalve Zijne Excellentie van Defensie. Die is bang voor water, grinnikte Koudvuur. Zelfs om er zich aan te branden.

Van je vrienden moet je 't maar hebben, merkte de Baron op. En wat zegt u van de revolutie in Monaco? Is dat niet die plaats waar ze roulette spelen, vroeg Koudvuur. Inderdaad, antwoordde de Baron. Ik was er op 'mijn huwelijksreis in 1892. Mijn vrouw won 30 franken. Het is mij onbegrijpelijk, waarom die lieden ontevreden zijn. Zij betalen zelfs geen belasting. De speelbank zorgt voor alle overheidswerken.

Dat is nog 's 'n mooi ding, meende Koudvuur. Zouden wij zoo iets hier ook niet kunnen hebben. Bijvoorbeeld in Scheveningen. Daar is 't toch maar 'n dooie boel.

Onze zedelijke volksmentaliteit verzet zich daartegen, gaf de edelman ten antwoord. De heer Colijn en de zijnen hebben zelfs een afschuw van de Staatsloterij. Mijns inziens ten onrechte. Men moet het volk nu eenmaal een veiligheidsklep geven voor zijn speculatieve instincten. Ik rappeleer mij op het oogenblik niet, hoe ons partijbestuur over deze aangelegenheid denkt, zei Koudvuur, ik zal dus mijn meening voor mij houden. Maar officieus wil ik u wel zeggen, dat ik niet vies ben van een gokje. In de Rooie Leeuw pandoeren we vaak om 'n cent de punt.

De Baron keek op zijn horloge. Dat herinnert mij aan mijn partijtje Nos ter Witte, sprak hij. De heeren zullen op mij wachten. Chaudfroid, u excuseert me, ik laat u aan uw besognes. Maar eisch vooral niet te veel van u zelf. U ziet heusch erg pips. Hij reikte den ander twee vingers. Koudvuur stond zuchtend op en leende van den bode een aspirientje.

Zeker iemand vroeg zijn dokter:

„Zeg m'eens word ik honderd jaar,

Mits me geen noodlottig toeval

Ontijdig neerlegt op de baar?"

„Is U matig met Uw eten?

Rookt U veel? Doet U aan sport?

Betracht U soberheid in 't drinken?

Komt U aan slaap nooit iets te kort?"

En nog veel and're informaties

Die ik niet nader zeggen kan,

Maar die een dokter U kan stellen:

Een arts is een vertrouwensman!

„Ik drink slechts water; ik eet zeer weinig;

'k Doe nooit aan sport, ik rook noch dans;

Ik leef zeer sober en zeer matig

En voor podagra gaf 'k geen kans".

„Maar man hoe is het nu toch moog'lijk?"

Zei onze jolige Esculaap,

Dat je nog 100 jaar wilt worden

Bij zoo'n onthouding van vermaak!"

„De kwestie is", zei de bezoeker,

„Dat, haal ik zestien jaar nog nu,

Ik vijftig jaren abonné ben

Van 't blad „De Hollandsche Revue".

'k Was vijftig jaren toen 't gesticht werd,

Ik ben honderd als het vijftig is,

't Was mijn genoegen in mijn leven

Waarvoor ik graag die and're mis."

DE HOLLANDSCHE REVUE

WAGENSTRAAT 37, TEL. 16300 (6 LIJNEN)