TOONEELNO TITIES De getemde feeks

Royaards discipelen zetten zijn arbeid voort

Onder de vele vijanden, die het Tooneel in discrediet brengen, werden dezer dagen in een Engelsch blad o.m. genoemd:

de tooneelschrijvers en de tooneelspelers.

Het was een grap, maar een grap, die toch even onze gedachten richtte naar de vele slappe society-stukken, de spannende detective-drama's en de laffe lach-schlagers, die onze hedendaagsche tooneelschrijvers voor het voetlicht brengen.

Concessie op concessie is gedaan aan een publiek, dat slechts naar den schouwburg gaat om een avond „uit" te zijn, dat nóch het gezelschap, nóch de spelers, nóch den schrijver bij name kent en nauwelijks eenig begrip heeft van wat het van een tooneelvoorstelling eischen moet en verwachten kan. Zij kunnen niet zien hoe treurig het gesteld is met de capaciteiten van een groot aantal acteurs en actrices, die alleen een emplooi kunnen krijgen omdat zij „goedkoop" zijn. Slag op slag wordt het Tooneel toegebracht door de vertooning van ongeloofelijke prullen met groepen artisten waarvan 90 % onbekwaam is en 10 % met de grootste moeite hun talent in de onmogelijkste rollen wringen. En toch komt er nog publiek. Toch gaat een, hoewel alengs dunnende, schare tooneelliefhebbers naar den schouwburg, met steeds minder verwachting maar toch altijd met eenige hoop op een kans om goed, waarachtig tooneel te zien en te genieten. De conclusie is niet zóó dwaas, dat het

HOTEL-CAFÉ-PENSION-RESTAURANT

„LA RESIDENCE"

TOUSSAINTKADE 72 - DEN HAAG TELEFOON 31787

Ruime frissche rustige Kamers Uitstekende ref. Matige prijzen. Prima keuken. Speciaal aanbevolen voor Indische families. 190

Tooneel meer vijanden heeft achter dan vóór het voetlicht! Maar nóg leeft Royaards' geest en nóg zijn er zijn discipelen om den fakkel van hem over te nemen en licht te brengen, waar duisternis dreigt. Louis Saalborn heeft dezer dagen met het Nieuw Nederlandsch Tooneel in Amsterdam de 100ste vertooning gegeven van „De Getemde Feeks". De honderste vertooning van een klassiek blijspel, dat vóór dien reeds door verschillende andere gezelschappen werd gespeeld! Sedert de laatste, prachtige Royaards' opvoeringen bijna reliquien waren geworden en andere gezelschappen niet in staat bleken te zijn een behoorlijke Shakespeare-vertooning te geven, is de schuld van de fiasco's wel eens op het publiek geworpen en ook indirect op den grooten dramaturg door de bewering, dat er geen belangstelling meer was voor dergelijk klassiek werk. En ziet, hier komt Saalborn met het meest overtuigende bewijs van het tegendeel, doch hij heeft dit bewijs alleen kunnen geven door een superieure vertooning, die torenhoog boven het alle-dag-tooneel uitsteekt.

Billijkheidshalve dient voorop gesteld, dat „De Getemde Feeks" kwaliteiten heeft, die men in andere Shakespeareblijspelen, welke in de laatste jaren werden vertoond, noode mist. De vele verkleedpartijen, vermommingen en vergissingen, die zoo typeerend zijn voor vele klassieke stukken en die niet het minst door Shakespeare werden uitgebuit, zijn voor onzen modernen tijd al te kinderachtig, zoodat in dergelijke scènes alleen de taal en de mise-en-scène ons moeten, en meestal ook wel kunnen, bekoren. In „De Getemde Feeks" daarentegen is een kern van zoo ongemeen krachtige en fascineerende actie, dat hierdoor de gewone, klassieke blijspelgrappen (zooals het vrijen naar de lieve Bianca) op den achtergrond worden gedrongen.

Ons boeit fel en tot het einde toe de vraag: „Hoe zal de Feeks door den sterken Petruccio worden getemd?" en het antwoord, dat Shakespeare op deze vraag geeft is zoo meesterlijk gecomponeerd, dat wij met groote sprongen over de luchtiger en liever scènes heen slechts die twee forsche menschen volgen Petruccio en zijn Kaatje.

Maar toch, ondanks dezen uitermate gunstigen factor, die zeer zeker van invloed is op de belangstelling van een hedendaagsch publiek, toch zou deze honderdste vertooning niet zijn bereikt zonder de sublieme regie, de schoone mise-en-scène en het buitengewone spel van Louis Saalborn en Magda Janssens. Met een paar forsche stappen en clausen, met een enkel krachtig gebaar teekende Magda Janssens de „feeks", zooals dat met den technisch-critischen term heet, ten voeten uit.

En even snel en doelbewust stond daar plots de „temmer" Saalborn voor ons, heerlijk rustig en vol vertrouwen in zijn mannelijke kracht en macht. Welk een vaart legden zij dadelijk in hun spel en welk een overtuigende zuiverheid van actie en zeggen was er in de scène, waarin Katharina „in no time" tot een huwelijk wordt geprest. Een krachtig, spontaan applaus bij open doek beloonde hen voor hun schitterend spel, een applaus, dat tegelijk pleitte voor het zuivere begrip, dat „dit" publiek van de eischen des tooneels bleek te hebben. Bit publiek, dat zoo zuiver en juist