Schoolnieuws.
Eene som van ƒ43830.35 was uitbetaald aan de weduwen, kinderen of andere erfgenamen van 127 overleden deelnemers, dus, zoo als reeds was opgemerkt ± f 350 per lid. Van die 127 overleden deelnemers waren achtergebleven 97 weduwen met ruim 350 kinderen; 21 waren weduwnaars die 54 kinderen hadden achtergelaten, waaronder ééne dochter was, zelve reeds weduwe met 2 kinderen. De 9 overige waren ongehuwd. Aan 5 van hen was de uitkeering geschied aan hunne bejaarde ouders, wier voornaamste steun zij waren , en van de 4 overige aan hunne familiën, die daardoor in staat waren gesteld om de kosten der verpleging en der begrafenis te kunnen voldoen. En die 97 weduwen met meer dan 350 kinderen? Treffend waren meermalen de hartelijke betuigingen van dankbaarheid voor hetgeen zij ontvingen. De Directie was er wel eens persoonlijk getuige van, en waarlijk jaren van inspanning, zorgen en moeiten waren in een oogenblik vergeten bij de ervaring, dat niet te vergeefs was gearbeid. Wel had de dood van echtgeuoot en vader een groot gedeelte vernietigd hunner hoop op de toekomst; wel is waar, er waren er, die nu de schrale vruchten plukten van de deelneming aan een weduwen- en weezenfonds; maar het beroep van den overledene konden of mogten zij niet voortzetten, velen moesten voor zich een nieuw middel van bestaan scheppen; de som, die zij ontvingen , bood baar daartoe eene goede gelegenheid en het is aan moer dan eene weduwe mogen gelukken, gesteund door hetgeen zij van de Vereeniging ontvingen, daarin gelukkig te slagen. En de meer gelukkigen, die bij den dood van echtgenoot en vader de vruchten uit een weduwen- en weezenfonds mogten plukken? Ook voor haar kwam de uitkeering ten goede; zij konden minder bezwaard den tijd verbeiden, dat zulk een fonds vruchten begon af te werpen; tot voorschotten van den eenen of anderen menschenvriend, hoe ook verzacht,