DE „CLUB DE TIEN.

waar hij in 't eerst tcekeningen uit 't Oosten en later van zijne omgeving maakte..

Op deze expositie heeft hij een mooie teekening van een koetje dat door den op zijn Zondagsch uitgedoschten boer naar de markt zal worden gebracht. Twee boeren in hun werkplunje met den spade over den

reeds bereikte, een »self-made man«. Behalve zes maanden, die hij aan de Antwerpsche Academie doorbracht, heeft hij nooit eenige leiding genoten — en waarlijk dat zou men van zijn goedgeteekende figuren en koeien niet vermoeden.

Hij debuteerde eenige jaren

geleden met een

Jat. Snoeck",

KiTk-hiliTieur te .\roimickendam.

schouder bespreken den vermoedelijk op te brengen prijs en de welgedane boerin in de deur van 't mooi geteekende huisje zegt koetje goedendag. Zeer goed zit in deze gekleurde penteekening de lokale kleur van t mooie dorpje.

Van Blaadcren, van wien hier twee mooie knapgedane schilderijen zijn, is voor wat hij tot nu toe

»Avonds waar het mooi der verre landen met Amsterdam aan den horizon en een enkele koe op den voorgrond met echt dichterlijk gevoel was uitgedrukt. Hij heeft een soliede techniek en ziet goed kleur. Op deze tentoonstelling der Tien is het schilderij «koolsnijden* van groote bekoorlijkheid. Een boerenvrouwtje snijdt van de sterkkleurige roodekool hetgeen zij voor

19