— '54 —

oordeelaar samen; beide zijn mij te sterk gekleurd. Mij komt het voor, dat de schrijver der Rougon Macquart's.

(n'a) mérité.

Ni eet excès d'honneur, ni cette indignité.

Beginnen wij ons rekenschap te geven van zijne kunstleer, om daarna eenen blik op zijne werken te slaan; de gevolgtrekkingen zullen zich gaandeweg aan de hand doen.

II.

Naturalismus luidt de term, waarmede Emile Zola de hoofdgedachte wil uitdrukken van zijne leerstellingen, niet slechts ten aanzien der kunst, maar ook van wijsbegeerte en staatkunde. Tal van opstellen werden en worden nog steeds door hem in het licht gezonden ter toelichting, verdediging en aanprijzing dier theorie.

Wat hebben wij onder naturalismus te verstaan ?

Ziedaar eene vraag, waarop wij ondanks alle die geschriften een duidelijk antwoord schuldig zouden moeten blijven, zonder den goeden wil om te begrijpen. Zola geeft geene bondige en klare omschrijving van het begrip. Paul Perret had hier reeds op gewezen in zijn artikel Un mot surle naturalisme, opgenomen in de Revue de France van 15 Januari 1879. Later deed ook Ch. Bigot dit uitkomen in zijne studie ,,L' esthétique naturaliste", voorkomendein de Revue des Deux Mondes van 15 September j.1. Daar echter geen van beiden tot de bewonderaars der naturalistische romans behooren, zouden gemoedelijken, zoowel als ijveraars kunnen veronderstellen, dat de een noch de ander bizonder zijn best gedaan heeft om den meester te verstaan. Laten wij daarom eenen weldenkende om voorlichting vragen. Zoo iemand, dan zal Dr. Jan ten Brink Zola's gedachte helder uiteengezet hebben....

Maar neen, ook deze schrijver onthoudt zich van eene nauwkeurige bepaling. Hij geeft slechts eenige min of meer vage aanduidingen. Uit hetgeen ongeveer aan den voet van bladz. 23 zijner studie voorkomt, zouden wij opmaken, dat men onder naturalismus hetzelfde te verstaan had, als onder realis-