18c Jaargang Zaterdag 21 November 1925 No. 930
DE KUNST
Een Algemeen Geïllustreerd en Artistiek Weekblad
Tooneel,Muziek, Beeldende Kunsten.Letteren, Bouwkunst, Kunstnijverheid, rentoonstellingen,Kinematografie,enz.
— ABONNEMENT VOOR NEDERLAND — PF-R KWARTAAL FRANCO PER POST f 3.00 Bi) vooruitbetaling. Los=e nummers 25 cent. Voor het Buitenland wordt de prijs met 80 cent per 3 maanden verhoogd voor porto.
Directeur Hoofdredacteur: N. H. WOLF Letterk.-Redactcur: FRED. VAN M0NSJ0U _ BUREAU VAN REDACTIE EN ADMINISTRATIE AMSTEL 56 AMSTERDAM _ TELEFOON 48474 -
— ADVERTENTIËN 40 CENT PER REGEL — Bij kontrakt bizondere voorwaarden
De advertentiën worden geplaatst over vier
— kolommen van tachtig regels hoog
Proefnummers steeds op aanvrage verkrijgbaar
MEDEWERKERS: H. 3ERSSENBRUGGE. PETER VAN DER BRAKEN. HENRY ENGELEN, ALFRED ^M^°S-^^D^^^^HILdIbRANDT. JAN KLOPPER. LEO LAUER. FREDER1K VAN MONSJOU. P. c. DE MOOR. J. K. RENSBURG. J. h. SPEENHOFF. J. J. VURTHE1M Gsn.
Frits Tartaud's Jubileum.
Het is voor den jubilaris een prachtige avond geworden : de viering van zijn gouden jubileum te Amsterdam. Wèl was de Hollandsche Schouwburg niet uitverkocht, maar — gezien de „groote konkurrentie" die het weldadigheidsfeest voor de zuigelingenklinieken, in het Concertgebouw, zijnen feestavond aandeed, — gezien de bijeenkomst van de Alliance Francaise en een groot feest in Bellevue, — was de schouwburg op dezen première-avond-tevens mooi bezet, en aan hartelijkheid heeft de huldiging niets te wenschen overgelaten. Ook vooral niet van de zijde van het publiek.
Toen T a r t a u d in het eerste bedrijf het tooneel betrad, werd hem een zóó langdurige ovatie gebracht, dat het scheen of hij zelf niet aan het woord zou kunnen komen . . . Eerst door sussen van eenige „verstandigen" kon het spel zijn voortgang hebben.
Daarna — na afloop van het stuk — de huldiging, even hartelijk als spontaan.
Nadat het doek over het derde bedrijf was gesloten en het applaus voor korten tijd was verstomd, ging het scherm weer vaneen en was het tooneel in een bloemhof herschapen, waarbinnen de jubilaris aan den arm van mevrouw SophiedeVries werd opgeleid. Leden van de kommissie, de sociétaires van het Nieuwe Nederlandsch Tooneel, afgevaardigden van zustergezelschappen en de spelers in het jubileum-stuk, stonden rondom den jubilaris geschaard. En nadat een langdurig en warm applaus uit de zaal had ge^ klonken, nam de sekretaris-penningmeester der kommissie, de heer N. H. W o 1 f, het woord.
Hij begon met den eere-voorzitter der kommissie,
wethouder W i b a u t, te verontschuldigen, die evenals wethouder Polak door amtsbezigheden : — de gemeenteraad behandelt de begrooting, — tot zijn leedwezen verhinderd was aanwezig te zijn. Ook de spreker, die dezen avond den eere-voorzitter zou vervangen, was onverwacht dringend naar het buitenland geroepen, — zoodat de kommissie, die zich ter huldiging van den heer T a r t a u d had gevormd, op het laatste oogenblik den heer Wolf had aangewezen om namens haar het woord te voeren, — eene taak die wèl aangenaam en vereerend is, maar die hij toch aarzelend had aanvaard. Spreker schreef over den heer Tartaud evenwel reeds ongeveer vijf-en-dertig jaar, —1 hij had hem, als oud-Rotterdammer, van uit Rotterdam het grootste deel van zijn artistieke loopbaan gevolgd, — het viel hem dus niet zoo moeilijk Tartaud's verdiensten te schetsen, al zou hij, eigenlijk: onvoorbereid, uit zijne herinnering moeten putten.
En dan herdacht hij dien grooten tijd, toen onder Le Grasö Haspels het Rotterdamsch Tooneelgezelschap hoogtij vierde ; toen het aan de spits stond van de Nederlandsche tooneelgezelschappen en met eene Catharina Beersmans, de Haspelsen, de Faasse n's, Le Gras, Van Zuijlen, voor geen buitenlandsch gezelschap, welk ook, behoefde onder te doen. Tartaud was toen een
jonge man, ,,Ik ben nóg jong !" interrompeerde de
jubilaris, — hij speelde Herman in „Vorstenschool", en A 1 i d a K 1 e i n, toen nog niet getrouwd, speelde Hanna. „Maar hoe jonger ge werdt" — zoo ongeveer zei spreker — „des te grooter werdt ge als acteur. En dat neemt niet weg dat gij intusschen van smid tot koning en uw vrouw van naaister tot koningin werdt bevorderd."
Spreker herinnerde aan het tegenwoordige spel der