361
Hoewel ook ik op mijn tocht werkelijke ijsbergen had ontmoet, vond ik er hier een waarop ik niet had gerekend, doch die voldoende zoude zijn geweest om mij te vrijwaren voor eene herhaling mijner noordpoolreis, indien mij het aanbod daartoe ooit weder mocht zijn gedaan. Intusschen mocht ik de voldoening smaken, dat mijn advies ten slotte toch werd opgevolgd.
In den bovengenoemden strijd om gelijkheid had de Duitsche techniek rekening te houden met het feit, dat het ontstaan van haar vaderland niet aan hare medewerking was te danken en zij dientengevolge niet als een factor van gelijke beteekenis voor het openbare leven werd beschouwd; zij vond daarentegen de organisatie van den Staat gegrondvest op de pijlers van den eeredienst der oude faculteiten: Theologie, Rechtsgeleerdheid, Medicijnen en Philosophie en hare priesters en levieten bijna uitsluitend gerechtigd, om in het allerheiligste van dit organisme binnen te treden, d. w. z. de invloedrijke posities in te nemen, waaraan natuurlijk de macht om te beschikken over rang, uiterlijke eerbewijzen en plaats in de samenleving is vastgeknoopt. Met één woord : «die Welt war weggegeben» toen de Duitsche techniek begon te verschijnen en niettegenstaande al hare gebreken begon te verlangen naar ruimte en plaats, in overeenstemming met hare steeds toenemende beteekenis.
Veel te laat en eigenlijk eerst in onzen tijd heeft zij erkend hoe onmiddellijk waardigheid, werkzaamheid en zelfstandigheid eener beroepsklasse afhankelijk zijn van de betrekking waarin zij staat tot het openbare leven in den Staat, van haar ingrijpen in zijne stroomingen op economisch en politiek gebied, van hare vertegenwoordiging op het laatste en van hare plaats in de samenleving.
Niets kwam inmiddels beter overeen met den geest van de Germaansche volken, dan om aan de techniek, nadat die verschenen was en de Sturm- und Drangperiode achter den rug had een individueel karakter te geven door eene gestrenge wetenschappelijke opleiding voor het vak, gepaard met administratieve organisatie.
Sedert bleek echter dat het doel dat men zich bij deze opleiding had voorgesteld niet werd bereikt door eene vorming, die hoofdzakelijk op de kennis der mathesis en van de natuurwetenschappen berustte en wier uitkomsten wat de algemeene oefening van den geest betreft, die hier juist hoofdzaak behoorde te zijn, verre achterbleven bij die van de klassieke-grammatikale opleiding der gymnasia en universiteiten.
Dit nadeel bleek telkens sprekend, wanneer de kweekelingen der technische hoogeschool, die hunne voorbereidende opleiding op een gymnasium hadden genoten werden vergeleken met de gewezen leerlingen der z.g. Gewerbe- en Realschulen.
Onder deze omstandigheden kan het geene verwondering wekken, dat de hierboven geuitte klachten der Duitsche technici bij voortduring werden herhaald, hunne stem dikwijls niet werd gehoord of althans op den gang der openbare aangelegenheden zonder invloed bleef en zij zoowel in het bestuur van den Staat, als in de vertegenwoordiging der groote volks-, provinciale- en gemeentebelangen slechts eene zeer ondergeschikte plaats bleven innemen, daar de moed en het vertrouwen bleven ontbreken om hun eene groote verantwoordelijkheid op te dragen, die omgekeerd, overeenkomstig de bekende leer: «Es wachst der Mensch mit seinen höheren Zwecken» krachtig en gunstig op hunne ontwikkeling zouden hebben teruggewerkt.
Toen eenmaal echter de kwaal erkend was, lag ook het geneesmiddel voor de hand en werkte de Pruisische regeering in de eerste plaats mede om verbetering in den toestand aan te brengen.
Wat noodig was werd in beginsel door v. Weber aangegeven met de woorden :
Das Erste und Oberste, was nöthig ist, besteht in : Èebung des Geistes und der allgemeinen Bildung in der Berufscïasse. Der Stützpunkt, auf dem die Hebei aller Mittel zur Erreichung dieses Zweckes anzusetzen sein werden, liegt in der Organisation der techni- ; schen Erziehung und der allgemeinen Vorbi{dung für dieselbe.
Middel en doel worden nader door v. Nördling gepreciseerd 1 in zijne vermaning tot de Oostenrijksche ingenieurs : '
Stellen Sie sich von Jahr zu Jahr mehr und mehr auf den wirtschaftlichen, auf den ökonomischen Standpunkt! Dann wird die Zeit ' zu Ende gehen, wo erst Dritte über die Gutachten der Techniker zu 1 Rathe sitzen und dabei factisch über technische Dinge das Endurtheil '' fallen mussen; die Ingenieure werden selbst zur Schlussfassung gelangen 1 können und dann mit einem Male in dem modernen staatlichen und socialen Leben jene erhabenere Stellung erringen, welche den ihren Handen anvertrauten hohen Staatsinteressen entspricht und ihren westlichen Fachgenossen (hiermede worden, zooals uit het verband met het voorafgaande blijkt, bepaald de Fransche ingenieurs bedoeld) seit mehr als einem halben Jahrhundert zugefallen ist. c
Aan het slot dezer inleiding wil ik er eindelijk nog op wijzen, hoe spoedig reeds nadat v. Weber en v. Nördling hunne stemmen hadden doen hooren — n.1. in 1877 en 1880 — in Duitschland in het algemeen en in het bijzonder in Pruisen, de Regeeringen toonden tot het besef gekomen te zijn, dat niet slechts het technische onderwijs een voorwerp harer aanhoudende zorg behoorde te zijn, doch dat tevens eene verbetering van het eerste, hand in hand moest gaan met eene verbetering van de positie der technici.
Dit blijkt niet slechts uit de herziening der bekende Pruisische «Vorschriften über die Ausbildung und Prüfung für den Staatsdienst im Baufache", waarop later teruggekomen zal worden, en die, dateerende van 1876, reeds in 1886 belangrijk werden gewijzigd, doch ook uit talrijke ministerieele «Circular-Erlasse» en «Bekantmachungen», waaraan voorafgaat een Koninklijk besluit betreffende: «Die Erhöhung der Rangstellung der Königlichen Regierungs-Bauführer und Regierungs-Baumeister».
Op den eersten bundel, in 1888 afzonderlijk in druk verschenen, volgde reeds in dit jaar een bundel «Erganzende Erlasse», loopende tot het einde van 1889, waaraan evenals aan eerstgenoemde de naam van den Pruisischen Minister van Openbare Werken, Maybach, met eere verbonden is.
Duidelijk wordt verder het tegenwoordige streven in Duitschland en tevens de wijze, waarop naar verwezenlijking daarvan wordt getracht, uiteengezet door den Geh. Regierungsrath Dr. jur. Böhmert, ordentlicher Professor an die Königl. Sachs. Hochschule und Director des statistischen Bureaus im Kgl. Ministerium des Innern» te Dresden.
Daar deze beschouwingen niet slechts den doorslag gaven bij het nemen van mijn besluit om gevolg te fgeven aan mijn sedert lang gekoesterd voornemen tot behandeling van dit onderwerp, met het oog op onze Nederlandsche toestanden, maar zij mij bovendien hoogst belangrijk toeschijnen ook wegens de duidelijkheid, waarmede zij doen uitkomen op welke wijze de Duitsche geest de erkenning van het ideale streven door v. Weber op den voorgrond gesteld weet te vereenigen met een helderen blik op de behoeften en belangen van het practische leven, moge een deel van dat opstel hier nog eene plaats vinden:
«Es ist in dem Stande der Techniker noch hier und da eine Verstimmung darüber vorherrschend, dass in den Verwaltungen der Eisenbahnen der Versicherungs- und Bankinstitute und grosser industrieller Gesellschaften weit mehr die Juristen als die Ingenieure, Mechaniker, Chemiker, Mathematiker von Fach vorherrschen und dass gerade die höchsten und best bezahlten Stellungen, welche die moderne Produktion und Technik erst geschanen hat, weniger von Technikern als von Juristen, Verwaltungsmannern, Volkswirthen und überhaupt von Miinnern mit Universitatsbildung eingenommen werden.
Der Hauptgrund dieser Erscheinung liegt wohl darin, dass die Organisation der deutschen technischen Bildungsanstalten erst in den beiden letzten Jahrzehnten ebenmüssig bis zur Anerkennung der Gleichberechtigung des technischen Studiums mit dem humanistischen fortgeschritten ist. Man tragt jetzt fast überall Sorge, dass die Vorbildung der höher gebildeten Techniker mit der anderer gelehrten Berufskreise Schritt halte. Es sind auf den technischen Hochschulen jetzt auch die aligemein bildenden Wissenschaften der Philosophie, Geschichte, Volkswirthschaft, Statistik, gewerblichen Betriebslehre, Geographie, Literatur, allgemeinen Rechtskunde, der ölïentlichen und gewerblichen Gesundheitspflege und der neueren Sprachen vertreten, so dass die Polytechniker sich auch die für den höheren Staatsdienst erforderliche Bildung aneignen konnen. Ins besondere werden die Wirthschaftswissenschaften an mehreren technischen Hochschulen nicht mehr als Nébenfach, sondern als eine grundlegende Disciplin behandelt (1) wobei man davon ausgeht, dass alle Technik, die für's Bedürfniss arbeitet, der Wirthschaft untergeordnet sei und sich den ökonomischen Verhaltnissen des Ortes, der Zeit, der Bevölkerung anpassen und ebenso die Weltwirthschaftlichen wie auch die privat- und nationalwirthschaftlichen Gesichtspunkte würdigen müsse. Der Zweck jedes technischen Betriebes ist nicht die Production an sich, sondern eine wirthschaftlich erfolgreiche Production, welche Ertrag undEinkommen schafft und die Volkswohlfahrt wirklich verbessert (1).
Die deutschen Techniker werden jetzt auch zu Hütern und Fördern der Volkswohlfahrt (2) und zu practischen Verwaltungsmannern mit heran gebildet.
Sie sind gerade in der brennendsten Culturfrage der Gegenwart, auf dem Gebiete der Socialreform, zu den wichtigsten Aufgaben berufen, weil sie mitten im praktischen Leben und in unmittelbarster Beziehung zu den Arbeitern stehen, deren Beschaftigung sie entweder unmittelbar mit theilen und beaufsichtigen oder wenigstens organisiren müssen. Die Techniker sind es, denen nicht bloss die technische Unterweisung
(1) Ik onderstreep.
(2) D. i. overeenkomstig het vroeger genoemde Fransche stelsel, dat de ingenieurs tot bewakers der «Utilité publique» maakt.