Admiraal Sims 1858—1936

le. De bereidheid, haar lichtere strijdkrachten, bestaande uit: jagers, kruisers, duikbootjagers en hulpvaartuigen beschikbaar te stellen tot elk aantal, niet onvereenigbaar met de behoeften in eigen wateren, en in elk actieterrein, waar zulks door de gezamenlijke gealliëerde admiraliteiten worden noodig geoordeeld, wanneer zulks geen schending van de huidige buitenlandsche politiek der Vereenigde Staten insluit.

2e. Haar onwil, uit hoofde van staatsbeleid, tot het afscheiden van een gedeelte der hoofdmacht voor diensten aan de overzijde van den Oceaan, ofschoon het bereid is haar geheele slagvloot te zenden, teneinde op te treden als een afzonderlijke, doch samenwerkende macht, wanneer na gezamelijke beraadslagingen van alle betrokken admiraliteiten, de dringende noodzaak hiertoe aanwezig wordt geacht en de zeeverbindingen de extra belasting, veroorzaakt door de toename van het aantal oorlogsschepen in Europeesche wateren, kunnen dragen.

3e. Haar bereidheid tot meer volledige besprekingen van gezamenlijke operaties.

Josephus Daniëls.

Met dit zonderlinge product van politieke bedenkingen en strategische schoolmeesterij, schaarden de Vereenigde Staten zich in de rij der groote zeemogendheden, welke de slagvloot wilden sparen, om deze eerst te gebruiken als politiek wapen bij en na den vrede. Dat dit algemeene kenmerk van de politiek der V. S., aan de gealliëerden niet kon ontgaan, is duidelijk. Afgescheiden van de strategische overwegingen, die Admiral Beatty in Januari 1918 aanvoerde, om acties met de Duitsche slagvloot te vermijden, zou het mij verwonderen, wanneer niet spoedig na de oorlogsverklaring door de V. S., aanwijzingen in deze richting de Britsche slagvloot hadden bereikt. Het zal ons niet verbazen, dat Sims ernstige bezwaren had tegen de uiteenzettingen van den Secretary of the Navy. Het was misschien zijn gebrek aan Amerikaansch politiek inzicht, doch zeker niet minder zijn geheel andere opvattingen van de bondgenootschappelijke oorlogvoering, welke het hem onmogelijk maakten, het standpunt der politieke leiders in zijn vaderland te aanvaarden. In een brief van 16 Juli 1917 zet hij zijn bezwaren tegen het algemeen marine-beleid uiteen 38). Zijn bezwaren golden allereerst het doel.

38) Appendix VII. Victory at Sea.

755