Marineblad
Zoodra Admiral Sims zich vrij kon maken, bracht hij met zijn adjudant een bezoek aan Queenstown, maakte zijn opwachting bij Admiral Bayly en deze kennismaking leidde direct tot groote onderlinge waardeering en vriendschap tusschen deze bevelhebbers.
De organisatie te Queenstown werd bij die gelegenheid nader onder het oog gezien en uiteindelijk als volgt geregeld:
De oudst-aanwezend zeeofficier der Amerikaansche jagermacht, captain Pringle, werd commandant van het moederschip „Melville".
Daar elke mogendheid vanzelfsprekend de instandhouding van de eigen scheepsmacht moest betalen, werd het commando gescheiden in het tactisch bevel en de leiding van instandhouding en administratie.
Admiraal Bayly bleef commandant van het geheel en beschikte voor alle operatieve doeleinden vrijelijk over de oorlogsklare schepen29). Capt. J. R. P. Pringle U.S.N. werd gelijktijdig chef van den Staf van Admiral Bayly en eveneens van Adm. Sims voor de Amerikaansche jagermacht in Queenstown. Alle aangelegenheden betreffende instandhouding, onderhoud, bevoorrading, personeelsquesties en discipline, kortom alle administratieve aangelegenheden, behandelde captain Pringle zelfstandig met de jagercommandanten. Admiral Bayly gaf hun orders, voor zij weer naar zee gingen, en wanneer zij terugkwamen brachten zij als vasten regel zoo spoedig mogelijk aan Admiral Bayly mondeling rapport uit; hierdoor bleef een voortdurend persoonlijk contact tusschen bevelhebber en ondergeschikten bestaan.
De operatie-rapporten werden gericht aan Admiral Sims door tusschenkomst van captain Pringle als zijn Chef Staf. Afschriften van deze rapporten gingen rechtstreeks naar Admiral Bayly.
Buitengaats stond een gecombineerde jagermacht steeds onder bevel van den oudsten commandant, onverschillig of dit een Engelschman of een Amerikaan was. Van den aanvang af ging Admiral Bayly uit van het principe, dat Engelschen en Amerikanen voor hem absoluut gelijk waren; zoo schreef hij reeds op 8 Mei 1917 aan Sims:
„I do not consider that I am in charge of ten different kinds of destroyers, or that there is any reason to make any difference. We are all one here ! 30)."
Ook disciplinaire aangelegenheden, waarbij personeel van beide mogendheden betrokken was, werden op bevredigende wijze opgelost. Toen een Amerikaansche- en een Engelsche jager met elkaar in aanvaring kwamen en de schuldvraag moest worden onderzocht, werd de volgende procédure gevolgd:
Een commissie van onderzoek werd benoemd volgens de Engelsche
29) Destroyer Experiences. Proceedings 1923, pag. 224.
30) Blz. 249 „Danger Zone".
746