Admiraal Sims 1858—1936

de jagers gingen wel varen. Het werden actieve schepen, werkend met halfvermogen. Zij maakten tochten in de Golf van Mexico, deden convooidiensten en het resultaat overtrof alle verwachtingen, zoowel in efficiency als algemeenen geest.

Wij zien hieruit, hoe een man als Sims zijn organisatie steeds langs vaste lijnen doelbewust opbouwt tot een oorlogsklaar geheel, waarin „team-spirit" en onderling vertrouwen de geesten beheerscht en waarin scheppend werk wordt verricht. Het is kennelijk onjuist te meenen, dat men op deze wijze in plaats van een commandant een soort „commissie van commando" moet krijgen. Elk systeem staat of valt immers met de leiding en zeker is, dat een onbekwaam bevelhebber beter zijn gebreken, althans in vredestijd kan verbergen, door toepassing van het beproefde „Old man idea", dan door het „organized team system", dat Sims verkoos. Juist het zoodanig leiden van een bespreking, dat deze niet ontaardt in „gezwam in de ruimte" stelt hooge eischen aan den voorzitter van de vergadering, dus aan den bevelhebber. De geheele zeegeschiedenis van „De Ruyter" tot „Nelson" leert overigens, dat de beste resultaten steeds werden bereikt met een vloot, waarvan de bevelhebbers, niet het minst door veelvuldige scheepsraden, waren vertrouwd geraakt met eikaars opvattingen en doordrenkt met de doctrine, die van de leiding uitging. Doch het vertrouwen in de juistheid van zijn methoden en in de bereikte resultaten, welke uit de talrijke verklaringen van vroegere ondergeschikten en van tijdgenooten spreken, zijn reeds uiterst belangrijke resultaten, want vertrouwen is de basis van elke doctrine. Overigens is de geest van de mede door Sims gevormde jagerdivisies, welke in 1917 naar Europa kwamen, ook van Engelsche zijde zoo dikwijls geroemd, dat wij wel kunnen aannemen, dat deze in ruime mate aanwezig was. Van de meeningen van tijdgenooten zullen wij er enkele noemen, allereerst van zijn stafofficier lt. cdr. D. W. Knox, die naar Sims' eigen woorden tot taak had de gevormde jagerdoctrine in de „manuals of tactics" vast te leggen 15). „Ik kan hier de juiste cijfers moeilijk mededeelen, doch de uitgesproken verbetering in efficiency en op torpedo-gebied in de „Atlantic flottilla" spreekt voor het succes van coördinatie en doctrinevorming in een materieele aangelegenheid". „Maar", zegt hij verder, „de verbetering in geest, onderling begrip en opofferingsgezindheid voor het gezamenlijke doel, die de resultaten waren van indoctrinatie door besprekingen met de commandanten, kunnen niet in cijfers worden uitgedrukt en zijn veel meer waard, dan eenige materieele vooruitgang, want materieele vooruitgang is altijd een functie van

15) The Röle of Doctrine in Naval Warfare. Proceedings 1915, pag. 325 e.v.

469