„Terwoude" vermeld wordt), werd zijn wapenschild stuk geslagen en met hem begraven.
In 1525 erfde Maria van Mathenesse van hare „moei", Jacoba van den Woude, de Heerlijkheden Warmond en Woude, die door haar huwelijk met.Jan van Duivenvoorde overgingen naar de famielje Duivenvoorde—Wassenaar.In 1573 werden het kasteel, de kerk(except de toren) en de beide kloosters te Warmond door de beeldstormers vernield ; ten deele om te beletten dat Spaan sche militairen die naar Leiden oprukten, er zich zouden nestelen zegt men. (Een zonderlinge beweegreden voorwaar, want er bleven immers andere huizen over). Door de Spanjaarden of Staatsche troepen volgens anderen. Bij resolutie van de Staten van Holland en W. F., van 1577, werd Jan van Duivenvoorde, Heer van Warmond, Alkemade en Woude, vergunning gegeven „omme te mogen demolieren tot zijnen „koste en profyte het Convent der Ber „nadyten tot Warmond, mitsgaders van „11000 maagden aldaar, tot opbouwinge „van syne Huysinge aldaar afgebroken, „in respecte ende recompense van de
„groote en irreparable schade ende ver-
„lies bij hem geleden".
Gebruik makende van dat consent deed
genoemde Jan van Duivenvoorde, eerst houtvester, later admiraal — zonderlinge promotie! — van Holland, het koor der kerk en het kasteel herbouwen. Van het koor schijnt dit evenwel problématisch, want op eene afbeelding
van 1600 is het koor niet herbouwd. In 1590 was het slot als een feniks uit de asch verrezen, want afbeeldingen van 1590, 1611 en 1612 toonen een groot, grootsch en sierlijk gebouw, met tal van torenspitsen, zoo mooi dat het Merula bezielde om naar zijn lier te grijpen en (vertaald) te doen kweelen : ') Het oorlogsvuur en twist, die maakte 't mij te bang Waarvan een was genoeg tot mijnen ondergang; Op Lodewijk zijn komst, die 't Leidsch beleg op-
sioeg,
En den Castiliaan van zijne wallen joeg;
Ik lag zes jaren in een puinhoop dicht besloten,
Dat heeft die sterke vuist van 't Leidsch beleg
verdroten;
Eer zeven maal de zon haar loop voleindigd had, Zoo voelde ik een kasteel oprijzen als een stad; 't Was Hollands admiraal uit 't Duivenvoordsch
geslacht,
Die mij met groot geluk tot zulk een aanzien
bracht,
Door wien kon mijn kasteel ooit beter zijn hersteld
Dan hij die met zijn zwaard afweerde 't Spaansch
geweld ?
De achterkleindochter van den houtvester-admiraal, Jacoba van Wassenaar, erfdochter van Warmond enz., huwde, vermoedelijk in de tweede helft der 17e eeuw, Ferdinand Graaf van Berlo, die zich in het kasteel vestigde. In 1774 kocht Baron Pieter Cornelisvan Leyden,echtgenootvanHermineJacqueline Gravin de Thonis, kleindochter van Herman Boerhaave, de Heerlijkheid,en deed het kasteel in 1779 en 1780 geheel verbouwen in den tegenwoordigen staat.
i) Zooals in Cicero's taal te lezen is — als men uitmuntende oogen heeft! — in het cuir of cartouche dat boven aan de le afbeelding prijkt.
251