straffeloos verkleind kon worden. Men kreeg tallooze gegevens, die in een kleine ruimte moesten worden gebruikt, want men dacht er niet aan slechts enkele motieven te kiezen. Hoe meer beelden, hoe mooier, hoe meer prieëlen en fonteinen, hoe deftiger. Heggen werden gesnoeid tot kippen en hanen, tot jagers met paarden en honden, tot een Adam en Eva met de slang.Met den Duitschen dichterClaudius zou men hiervan kunnen zeggen :

„Ist purer, purer Schneiderschertz Und tragt der Schare spur, Hat nichts vom grossen, vollen Herz Der herrlichen Natur."

De tuinen der Hollanders bestonden toen uit heggen en geschoren palmboompjes, uit grotten van schelpen en gekleurde steenen, (rocaille werk), uit „bloembedden" van steentjes, schapenbotjes en gekleurd zand, omdat de bloemen de strenge lijn van het figuur zouden kunnen

209