Aan de noordzijde, in de Kerkstraat, is een kapel uitgebouwd, welke dooreen houten beschieting van de kerk is afgescheiden. Een der meest karakteristieke toegangen tot het gebouw is wel die, welke grenst aan deze uitbouwing. Aan de westzijde, vóór den zuidelijken beuk, staat de zware steenen toren, een baken voor de schippers op de Zuiderzee. Met zijn bouw werd in 1450 begonnen, terwijl de 75 Meter hoogereuseerstin 1525door het afwerken der peer in al zijn luister prijkte. Deze peer werd in 1533 met ko per bekleed, voor welk doel pastoor Simon Blaeuhulk een deel zijner nalatenschap aan de kerk schonk. De toren bestaat uit drie verdiepingen, waarvan de beide bovenste door Laat-Gothische nis sen versierd zijn. Op het vierkante deel van den toren rust een achtkante, opengewerkte verdieping van hout met leien en lood gedekt. De afsluiting wordt verkregen door een achtkante spits, eindigende in een opengewerkte verdieping, bekroond door de straks genoemde peer. Van de beide transen geniet men een heerlijk panorama op de omgeving. Naar de overlevering wil, was het bovendeel van den toren in 1595 wel 6a 7 voet overzij gezakt en werd door behendigheid en kunst weer recht gezet. Van dergelijke manoeuvre hebben we verleden jaar een herhaling gezien. Ook toen bleek het, dat de spits overhelde. En daar de toren ook in ander opzicht wel eenige herstelling behoefde, besloot het Gemeentebestuur, daarbij gesteund door Rijk en Provincie, hem eens goed onderhanden te
FIG. 6.
GERESTAUREERDE ZUIDERTOREN.
183