fig. 9. west-friesche
Koestal in den zomer. aan de rechterzijde de kaaspers.
der markt op. Van heinde en ver komen de volgeladen schuiten aanzetten, om haar inhoud den koopers aan te bieden. Aan de eene zijde staat het lokaal van den marktmeester, aan de andere zijde dat voor de kooplieden. Iedere schuit krijgt haar nummer en vaart voor het verkooplokaal. Om kibbelarijen en gelijktijdig mijnen te voorkomen, heeft men een electrisch afslag- en mijntoestel ingevoerd, hetwelk uitstekend voldoet. Het electrisch afslagtoestel is een groote ronde schijf, waarover zich een wijzer beweegt in een richtingdoorpijltjesaangewezen. Op de schijf komen twee ringen met vakjes voor; in den buitensten ring — van ƒ25 totƒ3 — wordt met een kwartje afgeslagen en in den binnensten — van ƒ6 tot ƒ 2 — met een dubbeltje en vervolgens met 5 cents. Hiernaast staat een groot nummerbord, dat correspon¬
deert met drukknoppenonderbereikder kooplieden. Dat is het electrische mijntoestel, veel gelijkende op de electrische schelinrichting in onze woningen. Drukt een koopman op een knop, dan waarschuwt de bel, dewijzervandenafslager blijft stilstaan en het nummer springt voor op het mijntoestel. Na noteering van het gekochte door den marktmeester, verplaatst de bedienaar der toestellen een „handle", waarna een nieuwe veilig kan beginnen. De aardappelen worden in manden of zakken gepakt en onmiddellijk in de waggons geladen. De bloemkool verzendt men in open kisten „kratten" geheeten. Dagelijks worden een aantal waggonladingen verzonden, hetgeen den lezer begrijpelijk zal wezen als we hem mededeelen, dat de omzet in het afgeloopen seizoen bedroeg: op de ochtendmarkt ƒ480.052.19en op de middagmarkt ƒ686.038.74, alzoo een gezamenlijk bedrag van ƒ1.166.090.93. Wat nog al iets beteekent. De mindere soort
fig. 10. ophet „staltje'
171