62

Wylre moet zeer oud zijn : 't zou, naar men zegt, reeds in 888 worden vernoemd (2). Als parochie dateert het uit 1262 toen het van Gulpen werd gescheiden. Wylre V7as een dimidia ecclesia (I. H. 1490 fol. 129) doch heet jn 1658 integra (3).

13 . .—1395 Johannes Grotenrode. (Maasgouw 1908. blz. 74.) Volgens P. R. heet hij Protenrode en is hij in 1395 overleden.

W •—H . . Petrus de Kenswilre absens. Volgens I. H. Register 1 fol. 84 is zijn plaatsvervanger pater Antonius Haesdale O. S. Aug.

148. Joannes Hugonis (?) absens. Volgens I. H. (Register 10) zou hij nog pastoor geweest zijn tot in 1522 ; volgens P. R. was echter :

1496—1523 Rutger Cuttinx (Kettingh) van Iseren pastoor. Het Obituarium van Hoogcruts (4) noemt Rutger Kettynge de Yserendo „vir notabilis ac zelosus in rebus ecclesiasticis et divinis, specialis fautor domus nostrae". Hij heeft de bestaande broederschap van het H. Sacrament in 1500 nieuw leven ingestort. Hij overleed volgens genoemd Obituarium 2 Juni 1523. Volgens de I. H. vroeg hij in 15Z1 en 22 als coadjutor Frans Broekman.

1523—15 . . Antonius Achtenrijt absens (LH.) Ook deze heeft als coadjutor of vice-pastor Franciscus Broekman, die in 1532 sterft. Daar in de P. R. (Catal. Defunctorum Confr. S. Sacram.) een Franciscus Augustijn voorkomt meenen wij dezen hier te moeten plaatsen. Dus

15 . .—1562 Franciscus Augustijn.

'562—157.. Martinus Boeketers presbyter et sacellanus

Leodiensis. Hij komt nog voor in 1. H. 1572 73. In

de Registers L H. 1576 en 1578 is sprake van Henricus Bukelers en van Rector Henricus, waarin wij denzelfden als Martinus meenen te mogen zien.

15..—1610(?) Wernerus Hollenders (. H. Register a° 1602 en 1603). Het Register I. H. (1610—11) noemt in 1611:

1610—1622 Bertram Haspelt uit het Keulsche diocees, die in Maart 1622 sterft. (5)

1623—1663 Joannes Pyrensis (Pierensis). Hij werd pastoor 24 Juni 1623 en ontving, zeggen de P. R., datzelfde jaar de investituur van Paus Urbanus VIII.— Als Maasgouw 1. c. Lambertus Natalis in 1631 pastoor laat zijn, moet dit een vergissing wezen : hij kan of vice pastoor of coadjutor zijn geweest en zal dan in 1640 pastoor te Wyck zijn geworden. (Habets o. c. I. 444). Pyrensis sterft 28 Nov. 1663 en wordt opgevolgd door zijn kapelaan :

1663—1673 Gerardus Wuestenraedt, die sinds 1660 aldaar kapelaan was. Uit het testament van Jan van Wuestenraedt pastoor te Klimmen (Kerkarch. Klimmen) blijkt, dat zijn neef Gerard tusschen 6 Febr.

en 11 Mei 1673 moet zijn gestorven, wijl Jan van Wuestenraedt op laatstgenoemden datum om Gerards afsterven eenige veranderingen aanbrengt in zijn testament van 6 Febr.

1673 Gabriel a Campo, leerling van het Luiksche Seminarie, provisionaliter als vice-pastor naar Wylre gezonden, stierf 17 Febr. 1674. Misschien moeten wij in hem niet zoozeer een pastoor zien als een deservitor in dien troebelen oorlogstijd. In ieder geval dat „provisionaliter" klinkt vreemd.

1674 (?)—1690 Mathias Wijers. (Wiers zeggen I. H.) Hij was 6 jaar pastoor in Schinveld en 16 te Wylre en overleed bier 2 Nov. 1690. Sewatius Feuten (Maasgouw 1. c.) kan in 1679 geen pastoor geweest zijn, wel kapelaan.

1691—1694 Mathias Caldenborgh. Deze was (na Feuten?) kapelaan te Wylre van 1680—91 en werd toen daar pastoor, doch slechts voor korten tijd : hij stierf 17 Aug. 1694.

1694—1723 Jan Jozef Elissen, uit Aken, die eerst vicepastoor te Mheer was. Hij richtte 30 Oct. 1695 de broederschap van den Rozenkrans op en stierf (P. R.) den 9 Sept. 1723 's avonds omstreeks 6 uur aan den voet van het altaar na het Lof gezongen en wijwater te hebben gegeven. Men kon hem nog de absolutie en het H. Oliesel geven (7).

1724—1763 Joannes Thomas uit Maastricht. Bij zijn overlijden 1 Juli 1763 was hij 71 jaar oud en 45 jaar priester. Deservitor werd Jacobus van de Weijer.

1764—1802 Joannes Roks, die 24 Juni 1764 optreedt. Deze te Mechelen geboren, werd 6 Sept. 1757 kapelaan in de St. Foliankerk te Aken, werd 29 Oct 1757 benoemd te Raeren en 2 Dec. 1760 te BergRichterich. Na goed anderhalf jaar (21 Juni 1762) tot kapelaan te Wylre benoemd, werd hij in 1764 pastoor en overleed 9 Oct. 1802. Deservitor Oct. 1802—13 Nov. 1803 was Jan Jozef Schnitzler, geboren te Waubach, kapelaan van Mechelen en Wylre. Deze werd bij de bisschoppelijke organisatie van 1803 tot pastoor van Vijlen benoemd, maar schijnt deze benoeming niet te hebben aangenomen. Hij stierf als kapelaan van Wylre te Etenaken, een gehucht dier plaats, 13 April 1808.

1803—1805 Godefridus Gelissen, eerst pastoor te Heugemj, Wordt 20 Brumaire van 't jaar XII (12 Nov. 1803) pastoor te Wylre, dat hij verliet om in Sept. 1805 pastoor van Keer te worden.

1805—1816 Joannes Henricus Wolff. Hij was 1768—80 kapelaan te Wylre en daarna pastoor van Mheer. Na in Juni 1816 als pastoor van Wylre te hebben bedankt stierf hij op 90-jarigen leeftijd te Valkenburg 3 Nov. 1819. Hij wordt opgevolgd door:

1816—1828 Jan Peter Nuchelmans. Deze 21 April 1769