1)8
OEFENINGSTOCHT HR. MS. „ZEELAND'
toegenomen. Hierop werd Zuid gestuurd om de naderende depressie te ontloopen, toen plotseling de wind omliep naar het UW. en langzamerhand in kracht afnam tot hij op den vm. en am. van den 27sten ging afbuien en de barometer weder begon te rijzen. Dezen dag werd afwisselend Zuid en ZWtW. gestuurd. De zee, die op de HW. nogal onstuimig was kwam later op den dag ook eenigszins tot rust. Op de EW. van den 27sten moest eenigen tijd langzaam aan geloopen worden, aangezien bij het begin van den nacht bij het aankoppelen der voorketels het deksel der stopklepkast van een dier ketels lekgesprongen was en nu opnieuw verpakt moest worden. Toen op het begin der HW. dit gebrek verholpen was waarschuwde het opkoken van een der pijpketels dat wederom een condensorpijpje gesprongen was, en was daardoor een groot gedeelte van het ketel-voedingwater brak geworden. De condensor-deksels moesten wederom afgenomen, het lekke pijpje gestopt en gedistilleerd worden om het voedingwater aan te vullen. Intusschen kon slechts met eene machine langzaam aan geloopen worden en werd in de andere pijpketels stoom opgestookt, daar de in gebruik zijnde ketels allen gingen opkoken. Op den middag van den 28sten kon de reis weer vervolgd worden met 72 omwentelingen van beide machines.
Ondanks deze kleine tegenspoeden werd nog den 28sten op de PV. de Noorderkeerkring gepasseerd. Den lsten Maart begon de NO. passaat merkbaar door te staan, wij waren toen op 21° 22'.5 N.B. en 46° 42' WL.
Dank zij het mooie weer en de medewerking van verschillende zijden werd met veel ambitie door etat-major en bemanning begonnen met gymnastiek en sport. Zoo werd o. a. op den bak door een der gasten volgens de regelen der kunst les gegeven in het boksen.
Den 2den Maart werd voor 't eerst na 't verlaten van Ponta Delgada een zeilschip gezien, dat echter te ver af was om behoorlijk verkend te kunnen worden.
Des avonds toonde een voorover loopende viermaster dat wij den trek der kustvaarders naderden en was den 4en Maart het schoonschip maken er op gebaseerd, dat we den laatsten dag in zee waren. Des nachts werd bij 't verkennen van 't land een weinig koers veranderd en den 5den op de DW. St. Lucia benoorden gerond en de baai opgezocht. Het is een prachtig opkomen in de baai met aan alle zijden begroeide en bewoonde heuvels en toppen; een baai, welke'ons eenigszins doet denken aan Poeloe Weh en de Emmahaven te Padang. Eene teleurstelling wachtte ons bij aankomst, daar de consul slechts een paar particuliere brieven had, maar de officieele postzak hier niet was. Men verwacht Dinsdag de volgende mail en dan is er kans berichten uit Holland te ontvangen; de laatste couranten hier loopen tot 2 Februari, dus voor aankomst der „Zeeland" te Plymouth. De „Zeeland" werd bij aankomst verwelkomd door den off. van piket van den hier gestationeerden Eng. kruiser 3e klasse