HET 8 P O
met open armen ontvangen zou worden, doch wel zoö, gelijk de heer Holst in 't verdere deel v&n zijn antwoord aan mij zelf ontwikkelt. Nu erken ik gaarne, dat in een zoo ongewoon groote vereeniging als Ajax (600 leden, 't is enorm!) uit den aard der zaak eenigzins andere toestanden moeten heerechen, dan bg 't gros der vereenigingen, maar ik blijf dan toch van oordeel, dat men in een dergelijke organisatie veel mist, waar andere vereenigingen juist hun kracht en hun. voorspoed aan te danken hebben.
De toekomst zal moeten leeren of het door den heer Holst voorgestane systeem wel het juis'e voor Ajax zal blijken te zijn.
Nevch.
Uit het Zuiden.
Voetbal in Limburg.
Na twee weken van minder goede harmonie van pen en rechterhand, is 't me gelukt de verzoening tot stand te brengen en is het schrijfinstrument te bewegen geweest, zich door meergenoemd lichaamsdeel te laten regeeren en zwart op wit de inspiraties van 't moment aan de vergetelheid te ontrukken. Veel is intusscben in me omgegaan, maar nog meer lang me heen, want reageeren op alle kwajongens-hatelijkheden is zelfs voor 'n politieagent geen baantje en die wordt er tei minste nog voor betaald! Ik heb gedroomd van Bosdsv&cature's, van prijsraadsels en Pdk-me-Mee van Zuidelijke eerste klasae-afdeelingeo, van vragenlijsten, van droeve-ridder-figuren in lilla-omsl&g . . . helaas alles droom; maar wat ik hier verder laat volgen is werkelijkheid, is waarheid, gezien en ondervonden. Men is zoo licht geneigd, datgene, dat niet voldoende naar buiten uitwerkt, te negeerén en te miskennen; men zwijgt zoo gaarne het goede van in isolement verkeerenden dood en ook ik — onvolmaakt creatuur als ik ben — zou bijna geneigd zijn, een dergelgk oordeel te vellen, ware het niet, dat te juister tyd eene ingeving mij op last van het College, dat zich noemt Scheidsrechterecommissie, naar Maastricht had doen wieleren, tot onrust van m'n familie, tot vrees voor 't heil van mijn ribbenkast, maar tot meerdere bekendheid van 't Limburgsche voetbal!
Ik heb mijn zeven a acht uren sporecs dan ook niet betreurd. Ik ben inderdaad veel wijzer geworden, wat batreft den omvang van 't voetbalspel in Limburg in 't algemeen en in Maastricht in 't bijzonder. Sedert ik in Veolo mijn laatste hoop en m'n kalverliefde liet varen, sedert ik in Roermond den eersten steen hielp leggen voor 'n sanatorium voor doorgerookte huzaren van het 26 regiment van Harer Majesteits Cavalerie, en sedert ik in Valkenburg als uiterst representatief en serieus familielid een suikeroompje gezelschap hield bij zijne expeditie van Sittard naar Valkenburg v.v., sedert dien tijd zette ik geen voet op Limburg's bodem.
Wel behoorde er moed toe, des Zondags voor negen uur via Willem II, B.P.C., E.V.V., Helmond, V.V.V. en G.S.C. naar M.V.V. te treinen, wèl huiverde ik een weinig bij de gedachte, dat, wanneer als gevolg eener aardbeving, dat smalle Limburg eensklaps kon afknappen van dierbaar Holland (wat zou 't
BTBLAD.
3
N.V.B.-Bestuur lachen I) en ik als cosmopoliet nooit meer in dierbaar Leur — ook wel Heerlijkheid genaamd — zou terugkeeren; maar de gedachte aan voetbal overwon alle zwaarmoedigheid en welgemoed aanvaardde ik de reis. De tijd, dat we naast goederen- en personentreinen, eerstdaags speciale voetbaltreinen zullen bezitten, lijkt me niet verre meer; het geheele trajsct Breda-Maastricht werden voetballers in- en uitgeladen en 't aantal colli's nam toe, naarmate ik Limburg naderde. In Helmond stegen voetballers in, die even later weer uitstapten ; in Venlo nieuwe lading en in Eoermond extra bevrachting; toen we Maastricht naderden, had Z. M. de locomotief hard werk, 't voetbalvrachtje voort te trekken en toen eenmaal Maastricht bsreikt was, bleek de trein o m bonk propaganda voor voetbal te zgn; op de tien reizigers waren zeker 8 voetballers of enthousiasten, als men weet, dat de beide conducteurs donateur waren van de V.V. „Schinnen Vooruit" en machinist en stoker onderling de Bestuursfuncties verdeelden van de Voetbal- en Hockeyclub „Gulpen boven alles,"
En 't gekste was, dat, terwijl ik met eenige M.V.V.'ers stadwaarts toog, we steeds nog bekofferde jongelui tegenkwamen, die provinciewaarts togen en de eer van hunne vereeniging, spelend in den Limburgschen Voetbalbond, moesten ophouden. Zoo had Meerssen tegen Valkenburg, Geulle tegen Geleen, Vaals tegen Gulpen, Bande tegen Heerlen, Sittard tagen Gulpen II en Echt tegen Herckenbosch (Internationaal!) te kampen, 't Eene oogenblik werd ik, als B.V.B.-official jaloersch op zooveel clubs en zooveel ambitie, maar 't volgende oogenblik verheugde ik me inderdaad over de populariteit van 't spel en over den ijver, waarmede onze Limburgsche voormannen streven naar spel verbreiding en spelverbetering. Do Pers- en Propaganda-commissie van den N.V.B. heeft enkele jaren terug, een prachtig stuk werk geleverd door in conferentie met de L.V.B.-officials, het voetbal in Limburg te bespreken, zijne belangen te behartigen en een wonderlijk stuk propaganda in 't uiterste Zuiden te bewerkstelligen.
De meergeroemde Zuidelijke gemoedelijkheid en kameraadschap vond ook in Maastricht haar bewijs, waar èn 't Roermondsche G.S.C éa ondergeteekende, onder geleide van M.V.V.offiei&ls stad- en even later terrein-waarts togen. Zóo dicht bg den Sint-Pieter, zóo kort bij de Ardennen, zou men in Maastricht niet zoo licht een effen terrein verwachten; laat ik echter aanstonds mededeelen, dat 't terrein ge deszelfs inrichting mijne stoutste verwachtingen hebben overtroffen en met elk tweede-klasee-terrein zeker kunnen wedijveren.
G.S.C. (Roermond) was de gast van M.V.V. (Maastricht). De Roermondenaars, eertijds R.V.V. vormend, waren geen onbekenden; ik herinner me althans nog de Roermondsche V.V. met Thiange (zoon van den bekenden generaal) als aanvoerder, en later ook speJeod reeds in den N.V.B. en o.m. met 13—0 g klopt wordend door VelocitasII, op 't dien dag overstroomde Acadamieterrein. Eenige jaren van rust, althans van non-activiteit wat betreft't N V.B.-voetbal,