72

weinig bemoedigend, zoodat dan ook hier ter stede in het afgeloopen jaar weinig nieuwe kielen gelegd zijn. — Gedurende dat jaar zijn van onderscheidene werven te water gelaten :

het fregat Staatsraad Commissaris van Kwijclc. de barken Anna Justina.

Johanna Alida.

Zeelust.

schoenerbarken Calharina Theresia.

Meialen Kruis. Rembrand. Gezusters. de schoeners Henriette Louise.

Martine Adriana. de brikken Christiaan Louis.

en Cornelia Geertruida. Bovendien drie ijzeren schepen van de constructiewerf der Heeren P. van Vlissingen en Dudok van Heel.

Op vele werven bepaalt men zich tot het herstellen van oude schepen, waardoor nog aan vele handen werk gegeven wordt.

De drie mastenmakerij en verschaffen aan 34 en de 20 zeilmakerijen aan 278 menschen werk.

Te Leijden zijn de scheepmakerijen op kleine schaal, het geheele jaar niet zonder werk geweest.

Te Sappemeer en Hoogezand hebben de talrijke aldaar bestaande scheepstimmerwerven zoo veel werk, dat er, niettegenstaande zich vele scheepstimmerlieden van elders vestigen, gebrek is aan werkvolk; goede scheepstimmerlieden kunters boven hun gewoon dagloon, dat zomers ƒ 1 en 's winters 60 ct. bedraagt, jaarlijks / 100 tot ƒ 200 over verdienen. — De schepen aldaar gebouwd, zijn meest altijd reeds verkocht vóór dat ze te water gelaten worden. De schippers betalen de leveranciers */*> 1k of 1/i bij de leverin"', hel overige op tij d, enkelen betalen de geheele som in eens.