Eerst» Voorzitter der Kort. Wed. Motorwielrijders Vereenigincj, aan het woord.

Van de Redactie van de Revue derSporten ontving ik Woensdagmorgen aan het ontbijt het zeer vereerend verzoek, „voor het e.v. nummer een kort artikeltje haar te willen doen toekomen, waarin ik mijn plannen als K.N.M.V.-voorzitter uiteen zou zetten". Zoo mogelijk zou zij, met 't oog op de Pinksterdagen, het graag „e.v. Vrijdag" (dus nauwelijks 3 dagen later) ontvangen.

Dat verzoek was inderdaad vereerend, maar uiterst moeilijk te voldoen, gezien den korten mij gestelden termijn en vooral ook wijl ik, zooals ik in mijne korte toespraak op Hemelvaartsdag tot de Algemeene Vergadering der K.N.M.V., die mij zoo juist tot het verantwoordelijk ambt van Voorzitter geroepen had, gericht, uitdrukkelijk heb uitgesproken, nog geen vaste plannen, d.w.z. nog geen werk program heb.

Dit moge velen zonderling voorkomen, maar, in gemoede, hoe zou iemand, die tot dusver van het intense leven en de bijzondere toestanden en verhoudingen van eenigerlei organisatie sléchts terloops, als algemeenbelangstellende, heeft kennis genomen, en die plotseling — ja, inderdaad; plotseling — geroepen wordt, om de leiding dier organisatie over te nemen en voort te zetten, al dadelijk een verdedigbaar en uitvoerbaar werkprogram terstond kunnen ontvouwen?

Immers — Vondel's bekend woord, dat in het verleden het heden ligt en in het nu wat worden zal, is thans nog even waar, als toen hij ze dichtte en evenzeer toepasselijk op de K.N.M.V. als op iedere andere organisatie, van welken aard of omvang ook. Want de K.N.M.V. is geen jonggestorvene; zij heeft met hare 26 jaren een geschiedenis, welke mij uitteraard nog niet voldoende bekend is. Te willen voortbouwen op voorloopig onbekende fundamenten, plannen maken, m.a.w. een werkprogram zonder kennis van feiten van weleer en mogelijkheden in de toekomst ware eene onvergeeflijke onvoorzichtigheid van den nieuwen voorzitter, waaraan ik mij niet schuldig wensch te maken.

Nochtans wil ik nog wel eens uitdrukkelijk herhalen, dat het mijn vaste voornemen is te trachten om de krachtige schepping en sterke samenstel van mijn voorgangers met al mij nog beschikbare werkkracht (ik heb nog wel „iets" ander werk dan dat der K.N.M.V.!) verder uit te bouwen en de volmaaktheid zooveel mogelijk te doen naderen. En ook meen ik wederom wel te mogen uitspreken, dat de door zeer velen gewenschte, zij 't ook op verschillende wijzen, reorganisatie van den Motorrijdersbond voor Nederland Zoo spoedig mogelijk tot stand kome.

Voorts meen ik als mijn indruk te mogen weergeven, dat ten aanzien van het officieele orgaan verschillende wijzigingen, waarop ik thans niet nader kan ingaan, zeer noodzakelijk en urgent zijn; dat er middelen moeten worden gezocht en gevonden, om het

aantal leden der K.N.M.V. belangrijk te vergrooten. .. . maar verder ga ik met de publicatie yan mijn voor1 o o p i g en gedeeltelijk werkprogram nog niet. Misschien heb ik zelfs al te veel gezegd — maar ik acht 't toch niet noodigomernual een woord van terug te nemen.

Ik moge daarom dit korte woord besluiten met mijn vreugde erover uit te spreken, dat ik in mijn inderdaad niet gemakkei ij ke taak — dat

Dr. J. C. ERINGAARD, de nieuwe voorzitter van de K.N.M.V.

heb ik nu al reeds kunnen opmerken — in de eerste plaats zal worden bijgestaan door een enthousiast en bekwaam man als de tweede Voorzitter, dhr D. H. Haarsma en een minstens even geestdriftigen stoeren werker als de secretarispenningmeester, dhr Nortier.

Ik hoop, dat ter e.v. jaarvergadering der K.N.M.V. moge blijken, dat de leden tevreden zijn over het vertrouwen, dat zij in den, den meesten hunner thans nog onbekenden, Eersten Voorzitter hebben gesteld en dat ik zelf zal mogen getuigen om met erkentelijkheid terug te zien op den steun, dien ik van mijn medebestuurders en van de leden bij de vervulling van mijn taak heb ondervonden.

Dr. J. C. ERINGAARD, Eerste Voorz. der K.N.M.V. S Juni 1930.

Bij de opening van het Asser S^ortparR

'n Schitterende Junidag!

Een licht windje dat eenige verkoeling brengt op de velden en wegen, die blakeren in de middagzon en dat niet gevoeld wordt in de frissche wouden die hier en daar Drente's heidevlakten

of wat armelijke bouwgronden afwisselen.

De snelle wagen voert me door het Noorden van ons land en tegen den avond kon ik in Assen, waar de aanplakbiljetten nog eens melden dat heden het Asser sportpark officieel zal worden geopend en waar vele inwoners zich al opmaken voor den verren tocht door 't schoone Asser Bosch naar het sportpark dat daar ligt — om het dan misschien wat poëtisch te zeggen — „aan den zoom van het woud."

Ik zag sportterreinen in binnen- en buitenland, monumentale bouwwerken als het Stadion in Amsterdam, fraaie harddraversbanen in Harzburg, Bad enBaden en ook in Groningen, een gezellig en toch grootsch voetbalveld als dat van Ajax, maar nooit zag ik een sportterrein, zoo practisch vereenigende voetbal-, korfbal- en athletiekterreinen met een mooie baan voor motorrennen en paardensport en achter de absoluut kleine, maar voor Assen relatief groote tribune en een fraai zwembassin, dat ik niet kan nalaten hier hulde te brengen voor de scheppers van dit sportcomplex.

't Is inderdaad een Tantaluskwelling — om te spreken met oud-minister Kan die dit terrein officieel opent — zelf geen deel te mogen nemen aan de sporten, die straks worden gedemonstreerd, maar het gezicht op die onafgebroken boomenrij van dat mooie Asser Bosch, dat 's winters beschut voor de noordewinden en daarvoor dat mooie sportveld, is ook wat waard.

Lang wordt er gesproken door den Asser Burgemeester Lohman — die een goede spreker is en op aangename wijze vertelt wie al hebben meegewerkt tot de totstandkoming van dit sportpark — Mr. Kan, Meyer de Vries, Jansen van Galen, Lunsing Meyer, Mr. Kalma — en die dan nog cijfers gaat noemen waarvan ik hier een kleine i| ton voor alles tezamen aan de vergetelheid ontruk, zoo lang dat ik, die mijn tocht nog verder moet voortzetten, weinig gelegenheid heb nog veel te zien van paardensport-, voetbalen korfbaldemonstratie en wat daarna nog zal volgen.

Inmiddels mijn gelukwenschen aan Assen speciaal, maar ook aan 't heele Noorden met dit fraaie sportpark.

H.

BLUE BAND

VERSCH GEKARND