SPORT IN BEELD/DE REVUE DER SPORTEN

EEN VROUW ZIET EEN BOKSWEDSTRIJD

Het begon zóó:

„Heb jij nog nooit een bokswedstrijd gezien? Méén je dat? Nou, maar dan moet je Holland—België gaan zien!"

„Ik naar een bokswedstrijd? Grand merci! Zo'o'n bloederige geschiedenis van mannen, die zich voor hun plezier laten mismaken? Nee, zoo gek krijg je me niet!"

Ik heb het loodje gelegd, ze hebben me wél zoo gek gekregen, onder voorspiegeling dat ik binnen een kwartier fanatiek zou zijn, dat het een prachtsport was en zoo voort en zoo ben ik dan onderweg naar den strijd.

Bij den ingang van de zaal is een klein meeningsverschil in vollen gang. Een meneer die er uitgesproken bokserig uitziet, meent dat hij naar binnen kan of moet gaan en de controleur durft — want dat vind ik moèd _ het goede recht te betwijfelen. Inmiddels hoopen boksliefhebbers zich op en verdringen en mangelen m'n zeer gering enthousiasme er volkomen uit.

De zaal is dicht bezet en lampionnetjes trachten den griezeligen ring —waarom dat ding niet kwadraat heet, zal wel een eeuwig raadsel blijven - gezellig te belichten. De koorden van het miniatuur slachtveld zijn omwoeld en de vloer is met doek bespannen. Mannen in opgestroopte mouwen verschijnen. Een gong wordt met ceremonieel opgesteld en een enorme chronometer wordt getest.

Een slag op de gong. Twee slachtoffers in badjassen komen betrekkelijk opgewekt aanstappen. Een expert twee rijen verderop vertelt dat dit beginnelingen zijn. Het lijken tengere mannekes en de een wordt met vet ingesmeerd. Of je de pijn dan minder voelt? Vet na een buil ken ik, maar ervóór?

Helpers zwaaien tocht over de bezweete lichamen. Vatten die jongens geen kou? Kuiten worden beklopt, magen bewreven. Vooruit maar weer. De armen zijn al bloederig, hier en daar geschramd. Als dit een tam partijtje is, verdwijn ik, voordat straks de internationalen aan de beurt komen.

Met een griezelig gesnuif danst een tweede stel om elkaar heen. Pang! Rang! Kletst het leer op de huid. Gelukkig niet mijn huid!

De gong gaat alweer, zitten, handdoeken

Vrouwen kijken met andere oogen naar sport dan mannen.

We geven op deze pagina eens het woord aan een vrouwelijke medewerker, die een kijkje nam bij den Holland—België wedstrijd, Woensdag j.l. te Zandvoort gehouden. De sport jn kwestie komt er bekaaid af, zóó bekaaid, dat ons hart goed is om dezen vrouwelijken kijk te verzachten. Maar we doen het — zie de aanhef — niet!

wuiven, kuiten kloppen. Die eene steekt een levensgroot stuk chocola in zn mond. Dat hij er niet in stikt! De chocola blijkt een mondbeschermer te zijn, tegen het stuk slaan van de lippen. Er hangt een zwijgende spanning in de zaal en het wordt benauwd warm, of krijg ik het alleen maar warm?

Heftig applaus, er schijnt iets goeds te komen. Aha! De Belgische ploeg. Stram staan we bij het volkslied. Daar komen de Hollanders. Een hoera'tje en het Wilhelmus. In een hoek wordt een privé partijtje uitgeknokt tusschen N.S.B.'ers en tegenstanders, 'tis wel een beetje gênant tegenover de Belgen die in de houding staan en meer respect voor ons volkslied toonen, dan wij zelf.

Ja dat zie ik ook, dit is beter boksen. In gedachte laat ik hier Mussolini optreden teeen Haile Selassi om in een eerlijk robbertje het geschil uit te vechten. Het is een raar gezicht en misschien is het zelfs majesteitschennis. Net voordat ik neb gekozen^ wle van de twee Mussolini zal zijn, krijgt de eene een

bl°Honu7en ze nu niet op? Met een bloedneus kun e toch niet vechten? Het schijnt van we, Daar gaat de gong trouwens. Eenspons over het gezicht, een doekje tegen de bloedneus, daar gaat ie weer!

Hup jongens, alweer een andere partij. Twee boomen komen aangewandeld. De een

heeft een borstkas als een blonde duintop. Als hij ademhaalt is zn maag de duinpan^ De ander is forscher gebouwd, meer massief. Au! Midden in de duinpan! Rang! De ander heeft al een neusbloeding geïncasseerd. Hindert niet, doorvechten maar.

Wie volgt? Er is nog steeds vraag naar meer kloppartijen. Het is of ^ bavianen in woedend gevecht zijn gewikkeld. Het is een gesnuif van geweld en je verwacht uit de wijd opengesperde neusgaten stralen witte stoom te zien schieten. Ik probeer de bovenhelft te vergeten en bekijk de dansende voeten. Elegant springen ze heen en weer in een ongelooflijk tempo met lichte vee rende bewegingen. Een der bavianen wordt bijna door de touwen heengeduwd. Het gelach dat er op volgt geeft even een ontspanning in de atmosfeer, die zwaar begint te worden.

Terwijl voeten dansen en vuisten slaan, bekijk ik het publiek om me heen en verbaas me over het betrekkelijk groote aantal vrouwen, dat hier is. Ik begrijp het met, dat ze er zijn, maar tenslotte zit ik hier ook, al heb ik dan ook gezworen dat het de laatste keer is.

Of ik dan niet fanatiek ben geworden! Neen!

Ik vraag allen boksers bij voorbaat excuus voor de beleediging en ik geef onmiddellijk toe dat ik er niets van weet, maar dan ook heelemaal niets. Daar zal het dan ook wel van komen, maar geen bokswedstrijden meer voor mij, nooit en te nimmer!

HELEN DE BALBIAN VERSTER.

HIJ L^HT AL KRIJGT HIJ OP Z'N DAK HIJ ZIET DE STERVAN

STERTABAK

9