SPORT IN BEELD /DE REVUE DER SPORTEN
DAGBOEK VAN
Vrijdag 26 April: Een belangrijk artikel gelezen over Schotsche voetballers op reis. Uitermate interessant. Die uitrusting, net alsof het echte heeren zijn. Tennissers en hockeyers zouden het niet beter kunnen wenschen. Waar gaan we naar toe met deze luxe van professional-sportlui? Maar ik vind het best en als kind van mijn tijd ben ik aan alles gewend. Ik doe mee om het vreemdste gewoon te vinden en het meest gewone als vreemd te beoordeelen.
De burgemeester aan de telefoon of hij zes marathontribune kon krijgen voor Holland—Engeland. Ik heb ze genoteerd in mijn boekje. Ik heb er nu bij Staal 124 besteld voor vrinden en kennissen en hij vertelde me gisteren door de telefoon dat als ik er 12 toegewezen krijg, dat ik dan blij mag zijn: inderdaad die internationale voetbalwedstrijden berokkenen een mensch maar vijanden, want al die teleurgestelde lieden loopen je den volgenden dag nukkig en bokkig voorbij en ze denken dan nog dat je het opzettelijk doet, en onwillig bent om hen te helpen.
Hedenavond naar Lenden gevlogen met het nachtvliegtuig en heel aardig op Croydon door Rouss ontvangen. Charmante man die Rouss. Er waren alle groote voetbalmenschen van het Continent. Van HugoMeislaftotRimet toe, en Sir F r e d e r i k W a I I heeft me op zijn club bij zijn derde wiskey en soda toegezegd dat hij mee zou gaan naar Nederland, om op den I8en te zien hoe of het Engelsche elftal de onzen een lesje zou geven. Want zóó zal het gaan. Zoo moét het ook gaan.
Zaterdag 27 April: Voor de Bank zie ikVanEmmenesenik verheug me erover dat we tegenwoordig sportbladen in Nederland hebben, die zoo wel gesitueerd zijn, dat ze hun medewerkers naar de Cup-final kunnen sturen.
's Middags op Wembley zag ik nog tal van landgenooten: de oolijke Cohen van Sparta en andere beroemdheden van onze velden. Het is goed dat de Nederlandsche voetballers zulke wedstrijden bezoeken; ze kunnen er altijd wat van leeren. Het was een prachtige wedstrijd, enerveerend en enthousiast en ik beweer dat met al het gepraat over goed voetbal op het continent met het wonderteam van meneer M e i s I, met de Italianen en Uruguayeezen, ik toch altijd maar volhoud, dat Engeland aan de spits staat en dat we ze nog in geen tien jaar hebben ingehaald, 's Avonds per vliegtuig naar Brussel en daar heb ik
Zondag 28 April. België tegen Duitschland zien spelen. Dat beteekent: ik heb Duitschland goed en gelukkig zien voet-
EEN LEEK
ballen en ik heb België een ongelukkige partij daartegenover zien stellen. Ik heb BauwensenLangenus zien vlaggen langs de lijn en ik heb V a n M o o r s e I hooren fluiten in het veld. Het vlaggen en het fluiten was beide goed, maar ik vraag me af is het voor een internationaal scheidsrechter wel zoo heel prettig om langs de lijn te zien huppelen twee scheidsrechters, die wat reputatie op internationaal terrein betreft, de meerdere zijn van hem, die de fluit hanteert. Van Moors e I deed het goed, maar was af en toe niet gelukkig en hij ondervond in de laatste minuten, toen hij een Belgisch doelpunt ongeldig verklaarde, dat wat elk scheidsrechter zoo menigmaal ondervond, waaraan er geen een ontkomt, als hun loopbaan maar lang genoeg duurt. Heeft zelfs de groote John L e w i s het niet te kwaad gehad bij den eindstrijd van de Olympische Spelen te Antwerpen? Tegen onwetendheid van de massa is niets bestand; dan wordt zij een wilde bende, een redelooze horde. Maar gelukkig is Van Moorsel heelhuids in den Haag teruggekomen en we vragen ons alleen af, had hij als voorzittervan H.V.V. niet beter gedaan present te zijn op Houtrust, waar zijn club het onderspit moest delven tegen H.B.S.?
Maandag 29 April: Een oorlogsverklaring van den A.N.W.B. aan de K.N.A.C. of andersom, dat kan óók wel. Ik heb dat niet zoo goed begrepen. De Bonden zullen nu verder niet meer samenwerken. Wat beteekent dat? Krijgen we nu bij een gevaarlijke bocht of bij een moeilijke wegkruising een bordje van de K.N.A.C. en een bordje van den A.N.W.B. en straks een bordje van de Vereeniging voor Veilig Verkeer en dan nog een ander bordje van de Kon. Nederl. Motorwielrijders Vereeniging ? Een liefland, Holland, een gezellig land, en zoo practisch! De A.N.W.B. gaat nu zeker in automobielen doen en de K.N.A.C. in rijwielen en aanverwante artikelen. En de officials van beide lichamen zullen hun schoenen verslijten op het departement van Waterstaat om zich de hegemonie op toeristisch gebied te waarborgen.
Geen samenwerking meer! En dat in dezen tijd.
Dinsdag 30 April: Uitnoodiging van de K.N.A.C. ontvangen voor een damesrit. Lijkt me prachtig. Dat is nu sport voor vrouwen. Een vrouw in een leuke twoseater is een idylle, een droom op zichzelf. Maar er moet geen man^ naast zitten; een andere vrouw, dat kan, of een kind. Maar een man naast een vrouw die aan het stuur zit neen, dat geeft iets hopeloos ridicuuls aan den coekijkenden man. Hij mag dan echtgenoot zijn of geen echtgenoot, verloofde of geen verloofde, hij mag voor mijn part zijn een der ongenummerde vrienden van de lady aan het stuur, maar ik bezweer U bij al wat mij lief is: hij is ridicuul.
Woensdag I Mei: Vandaag een typischhistorisch journalistiek verhaaltje gehoord. U moet dan weten er is een blad dat heet Golfslag, het is een blad op watersportgebied. Nu was er een redacteur van een niet te noemen dagblad, die van zijn hoofdredactie de opmerking kreeg, dat hij wat meer aandacht moest schenken aan de tijdschriften op sportgebied. Hij had er geen zin in, hij was lui, hij had het druk met duizend andere gezellige dingen, die de Meimaand kan bieden. Hij verzamelt alle tijdschriften op sportgebied tot een reusachtige hoop en hij begint te schrijven, een paar woorden over de Auto, een regeltje over ons blad, eenige opmerkingen over de Kampioen en ziet dan Golfslag liggen en hij schrijft in zijn blad: Golfslag heeft goede verslagen over de Zondag gehouden golfwedstrijden en ook eenige leuke foto's van dit zoo zeer in trek komende spel.
Ziet hier de vluchtigheid van de journalistiek van „ons mooie vak", zooals de voorzitter van den Nederlandschen Journalistenkring het eens heeft genoemd. Den volgenden dag kwamen er 87 brieven en werd de bedoelde redacteur met het schaamrood op de kaken bij zijn hoofdredacteur geroepen.
Donderdag 2 Mei: Als de lezer het blad waarin ik deze dagnotitie opteeken in handen krijgt, staan wij voor den wedstrijd België—Nederland te Brussel. Laten we afspreken dat we dien wedstrijd moeten winnen, opdat wij dan sterker staan voor den wedstrijd in dezelfde week tegen de Engelschen.
TARTUFFE.
II