K./F.C. op sfap //naar den Me//
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^^ iiiiiiiiiiinHiimiiiiiiniiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii
KOOGSCH SYSTEEM SLACHTOFFERT VELOGTAS
Koog aan den Zaan is een klein stadje, dat zich groot toont in de sportbeweging. De voetbal-Koogers wandelen stap voor stap naar het landskampioenschap en de korfbalKoogers hebben gisteren het hoogste kampioenschap al veroverd. Terwijl de voetballers van Koog a.d. Zaan zich opmaakten de Velocitanen mores te leeren, waren de korfballers van den Zaankant al in actie om de tegenstanders met 5—i te kloppen.
— En de boeren hebben het overwonnen, zongen de Koogsche jongens. En de ouderen zeiden smalend: de boeren kunnen nog wel voetballen, hè?
Wij hoofdstedelingen staan er bij met beschaamde kaken. In een stadje van misschien 5000 inwoners komen twee landskampioenen te wonen en de stad met 750.000 inwoners maakt vrijwel alleen kans er een tweede eerste klasser bij te krijgen.
K.F.C.-raffinement.
De Koogers hebben zich heel wel bevonden bij de tactiek, die ze tegen Ajax hebben toegepast en gisteren heb ik gezien, dat ze van plan zijn het spsteem ook tegen de anderen vol te houden. En waarom ook niet? Idealistisch voetbal is heel fraai, maar schoone resultaten zijn toch beter en met de methode, die blijkbaar is geïnspireerd door den trainer, halen de Koogers de punten binnen. Het systeem van K.F.C. is het materialisme in de voetbalbeweging. „Mooie wedstrijden krijg je er niet mee", zei Lotsy vorige week nog tegen me, „maar het is sterk".
Inderdaad: gisteren hebben de Koogers opnieuw bewezen hoe oer-sterk de opzet van het spel is met drie voorwaartsen, twee teruggetrokken binnenspelers als extra-linie en de halfs geretireerd tot back-hoogte. Er zit raffinement in zoo'n opzet, maar ik geef toe, dat het niet elke ploeg zou gelukken, waarin K.F.C. thans slaagt. Want de Koogers beschikken over drie uitstekende krachten in den aanval, die zijn ingesteld op snelheid van handelen en de opgelegde taak, passend in de methode, steeds tot volle tevredenheid kunnen uitvoeren. Kr ui ver, de linksbuiten der Koogers, is een uitstekende linksbuiten, 't Is waarlijk niet de eerste keer, dat ik dezen speler heb en ik zou hem als linksbuiten nog verre prefereeren boven Mol, die men in Italië m.i. niet als zoodanig mag opstellen, omdat hij te weinig tot stand zal brengen op den linkervleugel. Waarom het dan niet eens geprobeerd met Kruiver?
Technisch waren de Velocitanen op het door 5000 menschen bevolkte K.F.C.-huis over het algemeen beter. Hetgeen niet zeggen wil, dat er door de Groningers mooi werd gespeeld.
Voor de rust hebben de Koogers twee keeren gedoelpunt door M o 1 en Kruiver. Het grootere enthousiasme en de snelheid van handelen leidde daartoe. Overigens kwam de eerste goal vrij onverwacht en op vreemde wijze. Hans Boekman had namelijk geconstateerd, dat de keeper zijn lijn om den bal nog met de handen op te pakken,
had gepasseerd en hem bleef niet anders over dan „hands" voor den keeper te geven, een vrije schop, welke doel trof. Het leek heel hard, maar Boekman, die in zijn fascistische tenue, weer best floot, kon niet anders doen. Na de rust zijn er van Koogsche zijde nog twee doelpunten gekomen. Beide doelpunten waren houdbaar. Sterren hebben we overigens 'bij Velocitas niet opgemerkt.
Toch niet de bedoeling?
In beide kampen is gisteren een speler vervangen. Van de Velde begon met een onwillig been en Nieuwenhuizen, naar wij hoorden, met een onwillige knie. Beiden zijn vervangen, dus wat dat betreft kan geen ploeg klagen. Maar is het nu feitelijk wel juist, dat spelers door anderen vervangen worden, die al van tevoren weten, dat ze misschien den wedstrijd niet kunnen uitspelen? Is dat de bedoeling van invallers toestaan? Het lijkt me onjuist, dat in zoo'n geval een andere, versche speler het veld mag binnentreden. Invallers dienen alleen mogen te komen, indien een speler plotseling geblesseerd raakt als hij nog heelemaal niets gehad heeft. Niet voor niets worden er bij de wereldkampioenschapDen geen invallers toegestaan. V LEX IZAKS
ieder erkennen, die mijn opvattingen kent.
Ten slotte ben ik gaarne bereid 't geval aan een Commissie van Arbitrage te noderwerpen, door 't Ajax Bestuur aan te wijzen. K. J. J. LOTSY
Hoewel verder praten ons nutteloos lijkt, willen wij hier nog een korte aanteekening maken. Duidelijk hebben wij gezegd, dat o.i. aan dhr. Lotsy's rede, waar de sportpers haar intrede in zijn betoog maakte, een zekere charge kleefde.
Nogmaals, we gelooven dhr. L. op zijn woord, dat hij het zóó niet meent. En daarmee is de zaak uit. Maar nietwaar, c'est le ton qui fait la musique. Die toon dreef onze medewerker tot zijn reprimande, waarvan intusschen het begrip „aanval", zooals de heer Lotsy het nu wenscht te betitelen, verre is.
We sluiten hiermee deze discussie, volkomen overtuigd van haar zuiverende werking. RED. RDSP.
VOETBAL
Maspi&akte Reprimande
(Ingezonden)
Ik zou 't volgende, in 't kort, op 't onderschrift van den Heer Beishuizen willen opmerken:
ie. Ik blijf er onherroepelijk bij, sterker nog, ik weet zeker, dat ik niet en nooit op de door hem geschetste wijze over de Sportpers gesproken heb.
2e. Om heelemaal zeker te zijn, heb ik vele toehoorders, w.o. drie hervorragende Bestuurderen, die op dien bewusten Ajax-avond aanwezig waren, naar hun oordeel gevraagd over de Revue-aanval op mij. Allen, zonder uitzondering, noemden het „de reinste fantasie".
3e. Ik ontken heelemaal niet, dat ik 't wel degelijk gehad heb over sportjournalisten, teekenaars etc, die jongens vragen om interviews, conterfeitsels etc. Maar heb er duidelijk bijgezegd, overdreven interviews, m.a.w. ik heb gehekeld alles, wat naar reclame of overdrijving zweemde, wat slechts schadelijk kan zijn voor de naam van onze mooie sport en voor de concentratie etc. der spelers zelf.
't Spijt mij, meer dan ik zeggen kan, dat dergelijke aanvallen zoo maar gelanceerd worden, zonder eens even na te denken, of „men wel goed gehoord" heeft.
Was de Ajax-lezing mijn ie en niet mijn 80e geweest, welnu, ik zou dan misschien nog eenigszins kunnen twijfelen aan mijn woorden.
In de 79 voorafgaande lezingen ontving ik nooit een dergelijke reprimande, trouwens 't zou ook te dol zijn, om alleen te loopen. Dat zal een
GOLF
Om de Walker Gup Groote Arnerikaansche 9-2 overwinning
Na in de foursomes reeds een 3 — 1 achterstand te hebben geboekt, werden de singles voor de Britten een onverwachte debacle. Liefst 6 van de 8 singles gingen verloren en alle met ruime cijfers welke geen twijfel over de sterkte van de Amerikaansche amateurs lieten. Deze Britsche nederlaag komt wel zeer onverwacht, want eindelijk hadden de Engelschen gedacht eens een team te bezitten, dat in staat zou zijn om de Amerikanen te weerstaan en voor het eerst sedert de instelling van den beker den Walker Cup voor Groot-Britannië te winnen. Maar „es hat nicht sollen sein".
Voorloopig zal de Walker Cup nog wel in Amerika blijven, want een zoo sterke ploeg als Quimet ditmaal meebracht, is niet gauw te vormen. Het zijn alle forsche knapen, eenvoudig in hun spel, recht op het doel afgaand, volkomen onberoerd door tegenslag of veine. Dat laatste waren de Britten niet. Zij werden door een achterstand onmiddellijk geënerveerd en het had een slechten invloed op hun spel. Toch viel er ook aan Britsche zijde te genieten. Er werd te St. Andrews g?speeld en de Schotten hebben bij de foursomes enthousiast gejuicht voor de overwinning van het Schotsche paar McLean en McRuvie op Dunlap en Quimet met 4 en 2. Wilde tooneelen speelden zich toen voor het historische clubhuis af en de enthousiaste kijkers waren zelfs in telegraafpalen geklommen om den strijd goed te kunnen aanschouwen. In de singles was Torrance de eenige Brit die zijn partij won.
Het zijn j.1. Vrijdag en Zaterdag weer hoogtijdagen voor het golfparadijs St. Andrews geweest. De „Royal & Ancient Game" heeft weer in de belangstelling van de geheele wereld gestaan. J- A. B.
784