w.o. „DE COR1NTHIAN

SciicmrE

Een sportman <®<aiim mien

iiiiiiiiiiiiiöiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii niiuiiiiiiiiiiiiii

♦

„De heer C. Minnes J r. heeft al zijn functies in den Utr. Prov. Voetbal Bond en Utr. Prov. Zwembond neergelegd", stond in de bladen. In een hoekje. Onopvallend.

Ik ben Cor Minnes eens gaan opzoeken om te praten over de jaren tijdens en na den oorlog.

In 1912 kwam de heer Minnes in Utrecht; hij begon met een schoolvereeniging op te richten. Daar bleef het niet bij. Er moest wat aan zwemmen gedaan worden. In de heele stad was waarachtig geen enkele zwemvereeniging te vinden. Zoo zag dan ook in 1912 U.Z.C. het levenslicht, waarmede Cor Minnes zijn groote stap in Utrechtsch' vereenigingsleven deed. Overal werd hij ingesleept, nog maar heel kort lid van Hercules of hij was al bestuurslid ook. Later richtte hij de reddings-brigade op en kwam ook al spoedig in den provincialen voetbalbond terecht.

'n Staatje van dienst....

Als overal dreef de sport in de Domstad op enkele menschen, waarvan Minnes er één was. Hij was 18 jaar bestuurslid, waarvan 15 jaar als voorzitter van de Utr. Zwem Club,

14 jaar bestuurslid van den U.P.V.B.,

15 jaar voorzitter en 3 jaar secretaris van den U.P.Z.B., 8 jaar secretaris van den Ned. Zwembond, 10 jaar bestuurslid van Hercules, 15 jaar in de waterpolo-commissie, voorzitter schoolvoetbal-commissie, secretaris medisch sportkeurings bureau, lid van de Gem. Stichting voor Lich. Opvoeding, bestuurslid Utr. Bond voor Lich. Oefening. Een rij zonder einde....

„En van dit alles", zoo vertelt de heer Cor Minnes mij, „was het hoogtepunt wel het feit, dat de U.Z.C. in 1930 het eerste-klasseschap heroverde. Als leider van de Nederlandsche zwemploeg, die in Bologna in Italië aan internationale wedstrijden deelnam, heb ik gezien, dat snelheid bij polo een zeer groote factor is. Vooral van het spel der Hongaren leerde ik veel en bracht dat over op onze jongens. En: met succes. Na 1928 wijzigden we onze heele ploeg. Jonge, maar snelle knapen kregen een plaats in ons zevental

en we werden eerste klasser. Gemakkelijk hebben we het daar niet en geen wonder, de U.Z.C.'ers zïjtn nauwelijks gemiddeld 20 jaar, dus nog heel jong en met te weinig ervaring. Een groote moeilijkheid die de laat-

C. Minnes Jr.

ste jaren is verrezen is wel het feit, dat de vereenigingen zoo hopeloos wantrouwend zijn.

„Men kan" zoo hoorde de interviewer het aan, „in onze stad, de vierde van ons land, niets beginnen. Een Utrechtsch elftal kan niet uitkomen, omdat de clubs weigeren spelers af te staan. Amsterdam, den Haag en Rotterdam vinden centralisatie op ieder sportgebied noodzakelijk. Met het gevolg dat ons hier niets lukt. En dan de geest! O, die oude tijd! Vroeger kwam je op eikaars clubavond. Dat moet je nu probeeren!"

Cor Minnes zucht en kijkt daarbij met een verlangenden blik naar een vergeelde foto met véél menschen, véél glazen, veel flesschen, maar bovenal: veel gemoedelijkheid.

„Voor enkele weken ben ik vrij lang ziek geweest en toen heb ik er maar meteen een streep onder gezet", zegt Minnes ten slotte, „ik vind het nu

i Autorijden met succes,

i Ons systeem is prettig les, i

i Wagentje een keurig ding,

i Leert bij

! Holzhaus-Hesseling j

HOOFDWEG 410-412 - Tel. 809OS j

! J. TERHEYDEN j

I 22 SCHOOLSTRAAT 22 I f FAHRENHEITSTRAAT 745 I DEN HAAG SPECIAAL ADRES VOOR I ALLE SOORTEN SPORTKLEEDING |

mooi en het is maar beter het ineens radicaal te doen."

De U.P.Z.B. is een groote bond. Hercules is een behoorlijke tweede klasser. U.Z.C, Minnes' troetelkind, groeit als kool. De reddings-brigade heeft meer dan duizend leden. De U.P.V.B. heeft honderden leden. Conclusie: Utrecht weet wat zij al die jaren aan Cor Minnes heeft gehad!

H. W. G. MUNZERT

„13P.K.",DEJONGSTE SPORTCLUB

De heer W. G. Weggelaar schrijft ons het volgende over de jongste Amsterdamsche sportorganisatie:

Niet een aan de Grieksche mythologie ontleende, maar met een geheel bij dezen tijd van techniek passenden naam is „13 P.K." ter wereld gekomen.

Los van verouderde opvattingen, en gegrondvest op wetenschappelike inzichten wil de vereeniging een actief leven tot heil van haar leden tegemoet gaan. Het verlangen, een dergelijke vereeniging tot stand te brengen is ontstaan in en uitgevoerd door een groep jonge menschen, die instinctief tot het besef waren gekomen dat onder de huidige cultuuromstandigheden een intense verzorging van het menschelijk organisme een gebiedende eisch was. Een besef, dat ondanks den deprimeerenden invloed van de alom heerschende crisis steeds dieper in de levende materie onzer samenleving wortelt. De overheid ontneemt haar steun aan de groeiende sportbeweging en vermindert de oefengelegenheid voor de schooljeugd, maaide bloei der menschheid grijpt meer en meer, geleid door oerinstincten, naar de lijf en ziel veredelende lichaam soef eningen.

Wat „13 P.K." betreft, zij wil naast wandelen, kampeeren, zwemmen en andere openluchtsporten haar leden de harmonische ontwikkeling geven, die met de moderne gymnastiekstelsels van Niels Bukh, Carl Gaulhofer en Rudolf Bode te bereiken is.

Waar sportieve topprestaties gewoonlijk een min of meer eenzijdige training vereischen, en daardoor de harmonische ontwikkeling van het menschelijk lichaam tegengaan, zal „13 P.K." deze niet nastreven, maar zij zal van haar leden onder alle omstandigheden de topprestatie van alzijdige lichamelijke arbeid verlangen. De harmonische ontwikkeling, 'het klassieke ideaal wordt hier met moderne middelen nagestreefd.

W. G. WEGGELAAR.

551