w.o. „DE CORINTHIAN'

243

'T SPIL NEEMT EEN AANVANG

Duizenden zullen weer de bekoring willen ondergaan van dit amusement uit de laatste jaren

door H. VUYK (Amst. Redacteur van 111. Radrennsport)

Ze hangen er weer, de reclameplaten met de gele „Zes" erop. De „Zes", die wijst op den Zesdaagsche, die a.s. Vrijdagavond zal beginnen. U heeft er geen idee van, hoe velen door dit „teeken" worden beïnvloed! De Zesdaagsche heeft, na de moedige poging, die vorig jaar werd ondernomen, schijnbaar burgerrecht in Amsterdam verkregen. Die Zesdaagsche van vorig jaar moet toch wel een attractie geweest zijn, want hoe is het anders te verklaren, dat zoovelen, die men anders nooit over sport hoort spreken, nu plotseling den mond vol hebben over de gebeurtenis, die ons te wachten staat.

Een gebeurtenis wordt het zeker. Men mag over Zesdaagschen denken zoo men wil, het is en blijft een feit, dat zij leven in de brouwerij brengen en een groote attractie in den winter zijn.

Hoe het er zal toegaan? Och, het is alles wel weer eender als vorig jaar. Wij zullen er weer zitten, dicht opeengepakt, in een van rook bezwangerde atmosfeer. Wij zullen weer genieten van felle sprints, van wild gejacht en druk gedoe van het legertje helpers aan den binnenrand van de baan in de bochten. Wij zullen er ons weer voelen als kinderen van éénzelfde familie. We zullen onze favorieten hebben, ons overal en nergens mede willen bemoeien, dikwijls misschien de dingen daar op het parket anders wenschen, dan zij zijn. Maar allen zullen wij weer de bekoring ondergaan van dat specimen van amusement uit de laatste jaren.

Als amusement.

Ja, als zoodanig moet men de Zesdaagschen beschouwen. Doet men dat, dan wil men er ook geen afstand van doen en er liefst zoo min mogelijk van verzuimen. Of het nu theater, „Mache", of wat dan ook is, doet niets ter zake. De jongens, die daar hun beste kunnen zullen tentoonstellen, moeten toch maar geducht rap met de pedalen kunnen omgaan. Zij moeten toch wel bodies van ijzer en staal hebben en ook hersens bezitten. Elke situatie zullen zij moeten kunnen overzien, willen zij kunnen meekomen. Eén moment van verslapte waakzaamheid kan hun een of meer rondjes kosten en dan moeten zij toch maar zorgen, dat die worden opgehaald.

Het gaat hier niet alleen om de

„sterren", de „Zesdagen-koningen". Wel neen. Ook de omhoog strevende jeugd krijgt gelegenheid te laten zien, wat zij kan. Er wordt zelfs van de minder bekende rijders verwacht, dat zij méér zullen geven, dan zij eigenlijk wel bezitten. Worden zij het met elkander eens en willen zij daarbij met elkander samenwerken, dan kunnen zij het hun tegenstanders nog lastig genoeg maken. Ook de „sterren" zijn maar menschen. Ook die kunnen niet tegen een overmacht op. Er doen wel vele verhalen de ronde, dat de sterren de zaak zoo'n beetje onder elkander hebben uitgemaakt, maar wij geven U de verzekering, dat zij toch maar deksels oppassen voor de z.g. kleine koppels. Het zou niet de eerste keer zijn, dat een onbekend koppel opeens een hartig woordje ging medespreken. En wee den „koning", die kennelijk een zwak moment heeft. Als dat in de gaten loopt, dan is er voor hem geen pardon. Dan moet hij maar mede zien té komen, want anders blijft hij onherroepelijk achter.

Wijzer geworden.

Maar, het zijn allen maar vermoedens, die wij hier uitspreken. Er is nog niets van het verloop te zeggen. Eerst moeten wij maar weer zien, hoe. het er toe gaat. Wij, menschen van de krant, zullen de zaken veel critischer bekijken, dan wij het 't vorig jaar deden. Ook wij hebben veel geleerd van den „eersten" Zesdaagsche en door hierop te wijzen, geven wij meteen een waarschuwingstekken aan de rijders en aan allen, die met den wedstrijd te

maken hebben. A bon entendeur

Het publiek is ook wijzer geworden en wij voorzien, dat het er in het „R.A.I."-gdbouw heel wat geanimeerder zal toegaan, dan vorig jaar. Toen stonden bekenden van ons, die geregeld de buitenlandsche Zesdaagschen medemaken er versteld van, dat het hier alles zoo kalm toeging. Men keek de kat uit den boom. Nu zal het publiek zich reeds kenner wanen.

Wat " zullen Pijnenburg en Wals, Jantje van Kempen en den Bras, van Hout -n Richard, om er maar eenigen te nc ,en, vurig worden aangemoedigd. Dat zai de verdedigers van onze kleuren aansporen tot uiterste krachtsinspanning. Maar gelooft U maar gerust, dat rijders als Richli, Guerra en Bresciani, de Franschen Broccardo en Guimbretière en niet te vergeten „Fibbes" Rausch en zijn maat „Uehm" Huertgen, zich de kaas niet van het brood zullen laten eten.

Vragen zonder antwoord.

Wie weet ook, of onze van Egmond soms voor een aangename verrassing zorgt? Wie weet het? Niemand! Ook is het mogelijk, dat een koppel, dat in het begin de grootste moeite heeft, om mede te komen, tegen het einde een geducht woord gaat medespreken. Zooals het andersom ook kan gebeuren, dat een koppel, dat in den aanvang een domineerende rol speelt, langzamerhand, of plotseling gaat aftakelen. Alles hangt hierbij af van de omstandigheden, waaronder hun lichamen verkeeren. Een bedorven maag kan alles, zelfs voor den sterkste, verknoeien. Kortom, het is alles al even onzeker.

Den grootsten „Nurks" ten spijt, is er, naar wij uit de voorteekenen meenen te mogen opmaken, een veel grootere belangstelling voor den wedstrijd dan vorig jaar. Wij zijn over het lot van dezen „Zesdaagsche" dan ook geen moment bezorgd. Ook dit wordt zakelijk een succes, niettegenstaande de minder gunstige tijdsomstandigheden. Er valt voor een breeden kring van menschen dus weer iets te verdienen en dat is een mooi ding. Maar de geschiedenis heeft er voorbeelden te over van, dat zulk een tweede Zesdaagsche in een stad een keerpunt kan beteekenen. Of die tweede wedstrijd maakt, dat het pleit voor eens en voor altijd wordt gewonnen.... of... . men bereikt het tegendeel. Laat men er zijn voordeel mede doen.

Wij zullen dus Vrijdag vol verwachting en met kloppende harten onze persplaatsen gaan opzoeken. Spoedig zullen wij er weer „in" zijn en dan zullen wij de lange film weer aan ons oog laten voorbijrollen.

Vóór alles: faire strijd.

Het kan ons niet schelen, wie er zal winnen, al houden wij het persoonlijk op Pijnenburg en Wals, in hoofdzaak, omdat onze Walske zoo dolgraag eindelijk eens een Zesdaagsche wil winnen en de Pijn aan zijn landgenooten zoo het één en ander verplicht is. Maar komt het anders uit? Het kan ons niet veel schelen, als wij maar fairen strijd zien. Wij zullen oogen en ooren goed openzetten en niet schromen minder oirbare practijken aan het daglicht te brengen. Hoe gaarne wij ook het Zesdagenspul medemaken, toch eischen wij vóór alles sport en geen geknoei. Wij voor ons zijn maar blij, dat Piet van Kempen dit jaar er niet bij is, al zijn er anderen, die zijn rol graag zullen overnemen.

Laat ons hopen, dat alles een ordelijk verloop heeft; dat de rijders van ernstige ongevallen verschoond mogen blijven en wij later met genoegen op den Zesdaagsche van 1933 zullen mogen terug zien.

VOOR

! SPORTHORLOGESI

! bij Fa. BERKEMEIJER j ! Rokin 32 - Amsterdam I

Onbreekbare Polshorloges | : Non-stop Zak- en Taschhorloges [ | Stopwatches, Chronographes, Enz. j