594

Wat in onze Wieler¬

sport zou moeten gebeuren

door Jhr. G. D. H. BOSCH VAN DRAKESTEIN

Hoe geknoeid kan worden.

De combine is in de wielersport een even groot kwaad als dat gedeelte der tactiek, dat hinderen van den tegenstander ten doel heeft. De combine is doorgaans gericht tegen den sterkste. Wanneer b.v. zwakke broeders een sprintwedstrijd tegen een kampioen moeten rijden, zijn zij al gauw geneigd om tegen hem samen te spannen en zij kunnen hem dan den strijd zeer zwaar maken, ja zóó zwaar dat hij er in een volgenden rit nog de nadeelige gevolgen van ondervindt. Zij kunnen hem zelfs niet zelden beletten een verdiende overwinning te behalen.

Verschillende'vormen van Combine,

De meest voorkomende combine is wel de afspraak tusschen twee renners, dat de een zich voor den ander opoffert, dat de een als gangmaker voor den ander optreedt met de bedoeling om laatstgenoemde te laten winnen en den sterkeren tegenstander te doen verliezen. De een gaat dan in snel tempo aan den kop rijden en zijn kameraad behoeft dan niets anders te doen dan zich door hem te laten gangmaken. Komt er een aanval van den sterkeren concurrent, welke aanval, in verband met het snelle tempo en ook al omdat de aanvaller buitenom moet, doorgaans niet fel kan zijn, dan is het de taak van den man aan den kop om dien af te slaan. De man aan zijn wiel heeft er daarbij alleen voor te zorgen dat hij zijn gangmaker niet loslaat. Hij moet zijn krachten zooveel mogelijk sparen terwijl zijn „trekker" zich niet ontziet en Zich zoo noodig geheel óp rijdt. Is het moment van spurten aangebroken, dan verzamelt de man aan den kop zijn laatste krachten, zet zijn spurt in en trekt alzoo den ander nog op gang. Is hij aan het eind van zijn krachten gekomen, wat meestal direct na het aantrekken van den spurt het geval is, dan komt de gegangmaakte achter hem vandaan en zet uit een voordeelig tempo, vanaf een gunstige plaats en met nog veel k.acnt in reserve, zijn eindspurt in. De sterke tegenstander moet dan van de derde plaats af twee man buitenom passeeren, wat buitengewoon zwaar en dikwijls onmogelijk

voou

SPORTHORLOGES

bij Fa» BERKEMEIJER

Rokin 32 - Amsterdam Onbreekbare Polshorloges Non-stop Zak- en Taschhoi ioges Stopwatches, Chronographes,

Enz

In dit nummer beëindigt de heer Bosch van Drakestein zijn wenken om in de Nederlandsche wielerwereld weer tot betere toestanden en tot grooteren bloei te komen. Als laatste onderwerp behandelt hij een voortwoekerend kwaad.: combine.

is, vooral wanneer de gangmaker tegen het eind even omhoog loopt en zijn vriend binnen door iaat passeeren.

Meervoudig geknoei.

Is het een rit waaraan meer dan drie renners deelnemen, dan kan het voorkomen, dat meer dan een der deelnemers met een ander combine hebben gemaakt en zoo ontaardt zoo'n sprintrace dan in een wedstrijd met levende gangmaking wat toch zeker niet de bedoeling is.

Wie bij het rijden der series van groote wedstrijden, zooals b.v. die van den Grand Prix de Paris, waarin 8 a io man starten, zijn oogen goed den kost geeft, zal constateeren, dat dit kwaad welig tiert en dat zelfs de sterksten wel genoodzaakt zijn „trekkers" te huren om zich te wapenen tegen de combine der zwakkeren.

Een andere vorm van combine is deze: twee zwakke broeders weten direct na den start of even later zóó te laveeren dat een hunner den kop heeft met den sterksten man op de tweede plaats. Vlug gaat dan de andere rechts naast laatstgenoemden rijden die op deze wijze wordt ingesloten. Naar links kan hij niet, want daar is het niddenterrein. Versnellen kan hij ook niet, want er rijdt er een vóór hem en naar rechts kan hij evenmin, omdat ook daar een tegenstander rijdt, die er niet aan denkt hem ruimte te geven. Er is dan maar één middel om vrij te komen en dat is: zich laten afzakken en beide combineerende tegenstanders buitenom voorbij gaan. Maar wanneer de combine goed klopt, lukt ook dat niet, om de eenvoudige reden, dat het tweetal dan óók zijn snelheid mindert om den sterkeren tegenstander gevangen te houden of wel zij gaan er, juist wanneer hij inhoudt, zoo snel mogelijk vandoor, waarmede zij hem een flink terrein verlies bezorgen.

*

Ook kan het combineelende tweetal afspreken dat een hunner van den kop af onverwachts en uit alle macht wegspurt, dat de andere, die er voor zorgde de tweede plaats in te nemen, hem dan niet achterna gaat, doch de taak op zich neemt den sterken man achter zich op te houden.

Weer een andere vorm van combine is: direct bij den start spurt een kanslooze snel weg. De andere kansloozen die in het complot zitten laten hem gaan en noodzaken zóó den concurrent, tegen wien de combine is bedoeld, de

achtervolging op zich te nemen of....

hij het eerste. De anderen gebruiken hem dan als gangmaker, laten zich door hem bij den vluchteling brengen en is deze achterhaald, dan demarreert onmiddellijk kanslooze nummer twee en ten tweede male moet de sterkste een achtervolging beginnen. Het behoeft niet te worden gezegd dat na 2 of 3 van zulke jaagpartijen degene die recht op de overwinning heeft, doodop is en in den eindspurt zijn kans niet behoorlijk meer kan verdedigen.

*

Zelfs wanneer een aantal splinters' een wedstrijd in matches a deux, dus schijnbaar zoo eerlijk mogelijk, uitvechten, kan combine den uitslag onregelmatig maken. Men denke zich slechts in het geval in, dat 5 renners elkaar in 10 ritten van 2 man moeten bekampen. Ieder ontmoet dus eenmaal elk der anderen. Nu spreken 3, 4 en 5 af om aan den sterksten hunner, no. 1, hardnekkig weerstand te bieden, doch no. 2 te laten winnen. De kansen voor 1 en 2 worden daardoor zeer ongelijk en 1 moet wel overwegend sneller dan de anderen zijn wil hij zich nog uit deze situatie redden.

Dezelfde combine is ook bij de stayers welbekend: A ontmoet bij ieder dien hij wil passeeren heftigen tegenstand; B „wandelt" overal voorbij, put zich niet uit en wint van A, die onder normale omstandigheden ver zijn meerdere is.

Funeste gevolgen van Combine.

In wedstrijden over langen afstand zoowel op den weg als op de baan, in: koppelraces en zesdaagschen, komt het vaak voor dat een groepje renners dat: in combine is, dengene op wien zij het hebben gemunt, eenvoudig schaakmat zetten.

Zij letten op elk zijner bewegingen. Is hij in de achterhoede dan gaan er een of meer aan den kop vandoor; niemand gaat de vluchtelingen achterna en de betere rijder in de achterhoede is te ver van hen af om hen nog te kunnen bereiken of hij ziet zich zóó door anderen ingesloten, dat hij voor nóch achteruit kan en lijdelijk moet aanzien hoe anderen een ronde uitloopen. Demarreert hij zelf, dan wordt er onmiddellijk jacht op hem gemaakt.

Het is duidelijk dat zoo'n renner —al is hij veruit de beste — een verloren wedstrijd rijdt. Tegen een dergelijke overmacht is niet te .vechten. In zoc/ns geval is er maar één middel om de tegenstanders milder te stemmen en dat is.... betalen.

In menigen wedstrijd en vooral in zesdaagschen is de sterkste rijder of het machtigste koppel menigmaal genoodzaakt een flink deel van het startgeld op te offeren om te voorkomen dat anderen, niet door grooter capaciteiten, doch door combine het winnen onmogelijk maken.

In het gewone leven zou men dergelijke handelingen chantage noemen. In de zesdagenwereld is het kwaad zóó ingeworteld, dat men er zich ternauwernood van bewust is dat het kwaad is.

I J. TERHEYDEN I

j 22 SCHOOLSTRAAT 22 \ I FAHRENHEITSTRAAT 745 f DEN HAAG SPECIAAL ADRES VOOR

ALLE SOORTEN SPORTKLEEDING