i88
w.o. „DE CORINTHIAN"
Onze speciale fotograaf maakte van gasten en gastheeren deze exclusieve Revue-foto's. Van boven naar beneden :
1. Luit. Pahnd de Mortanges spreekt. Aan de bestuurstafel v.l.n.r.: J. J. F. Stokvis, H. Vuijk en A. J. G. Strengholt. Op den voorgrond vaagjes de stadiondirecteur Jan van den Berg er ega.
2. Karei Lotsy aan het woord. 3. De bestuurstafel in concentratie : J. Wijnand (of hoe spannend het was) Ch. Geudeker en Lt. C. F. Pahud de Mortanges. 4. Luit. Pahud, voorzitter G. J. Nijland en Jan Hoven. 5. Toen Karei Lotsy nog niet op volle capaciteit was: Luit. Pahud begint aan zijn thee, voorzitter Nijland probeert het nog bij te houden voor zijn krant, Jan Hoven kijkt hoe zijn vrouw in de verte het maakt en een klein stukje
van Stokvis concentreert zich.
OP D E T H E E
BIJ DE
AMSTERDAMSCHE SPOR T P E R S
De Olympische ruiterkampioen
over zijn ervaringen.
Karei Lotsy „concentreert".
De vereeniging De Amsterdamsche Sportpers, die zich in haar nog maar kort bestaan reeds onontbeerlijk getoond heeft, bewees opnieuw een voortreffelijke gastvrouw te zijn. Zij noodde alle Amsterdamsche sportjournalisten en verschillende vooraanstaande figuren uit de sportwereld Zaterdagmiddag in het Carlton Hotel op de thee en zette haar gasten, behalve een welsmakend „natje en droogje", twee voortreffelijke causeurs voor: Luit. C. F. Pahud de Mortanges, die het bestaan heeft om tweemaal achtereen het Olympische ruiter-kampioenschap te behalen en K. J. J. Lotsy, de voetballeider, die het bestaat om zelfs de nuchterste lieden al pratend in een gloed van geestdrift te zetten voor de sport en haar belangen.
De springende luitenant ontpopte zich als een charmant causeur, die rake dingen wist te zeggen. Bij voorbeeld over de door sommigen verkondigde meening dat militairen voo" hun beroep paa'-d rijden en dus geen amateurs zijn. Een stelling die Pahud doodslaat met de opmerking, dat dan alle cavalerieofficieren wel naa1- de Olympische Spelen gezonden konden worden, wanneer ze in hun dagelijkschen arbeid voldoende oefening opdeden. De militaire ruiter traint uitsluitend in zijn vrijen tijd.
De kranige luitenant vertelde van het slechte wedstrijdterrein, van getob met de paa-den op de zware reis die door het Panama-kanaal moest gaan om geld uit te spaden voor den derden man die het landen-equipe moest completeeren. Dat het parcours te zwaar was, omdat men van alle hindernissen de uiterst toegestane maten had genomen en dat de Amerikaansche paarden injecties kregen en daardoor wonnen. En nog veel meer; het was genoegelijk en boeiend.
Karei Lotsy hield een felle, geestdriftige rede, waarin hij zóó boeiend over concentratie als noodzaak voor een toppraestatie wist te praten, dat allen