I4r
JfieMejme^cle^JS/nné^ w.o. „DE CORINTHIAN"
ONZE V.F.B.-FOTOGRAAF BEGAF ZICH NAAR HET HOOGE NOORDEN EN MAAKTE IN GRONINGEN DEZE PRENT VAN BE QUICK—G.V.A.V. VOOR HET G.V.A.V.-DOEL, TOEN KEEPER VAN GELDEREN HANDELEND OPT<AD
Ik heb veel pleizier gehad van het fluiten van de schoolwedstrijden. Ik heb nu nog zakenrelaties, die onder mijn leiding daarin gespeeld hebben en daar nog altijd met pleizier aan terug denken. Ik heb ook het hoogste bereikt wat er te bereiken viel, ik heb de finale gefloten van de Olympische Spelen in Amsterdam, dat was eh.... in '28."
— Wa.... eh.... ?
„Jawel, en liever gezegd niet gefloten, maar gevlagd: het waren de Spelen voor doofstommen, die wij toen hier hadden!
Drie zinnen zijn genoeg.
Ja, ik heb wel gekke dingen meegemaakt. Ik kwam veel in Duitschland en ken goed Duitsch, maar van Engelsch weet ik geen woord. Toch heb ik eens twee internationale wedstrijden gefloten, n.1. Ajax—Rounday en Alkmaar—Rounday. Toen leerde een vriendelijke geest mij drie Engelsche zinnetjes en daarmede heb ik den wedstrijd geleid: Met: We begin again, We shall toss, en No question about. U ziet dus, dat je bij een wedstrijd niet veel hoeft te zeggen.
Bij het verkleeden na afloop begon een van de Engelschen een geestdriftig verhaal tegen me af te steken. „Oh yes," Zei ik. „Allright." Ik herhaalde dat verder af en toe eens. Eindelijk kwam een Hollander me te hulp met de mededeeling, dat ik 's mans broek aan had, en dat hij me dat zat te vertellen!
Ik ben ook nog met V.U.C. naar Duitschland geweest, als gast. Daarbij heb ik Tonny Staal goed leeren kennen en waardeeren.
In Alkmaar had ik eens bij een van de 3000 wedstrijden, die ik nu wel geleid zal hebben, reden om overhaast den trein op te zoeken, maar ik kon het station niet vinden. Een inboorling wilde me wel helpen. „Jij bent maar van de tegenpartij," zei die tegen me. „Jij kunt het niet helpen. Maar ik wacht hier nog op den scheidsrechter. Als ik die ploert in handen krijg, verzuip ik hem." Ik gaf hem groot gelijk en den raad om maar aan het station te blijven wachten. „Die ploert zal zoo dadelijk ook wel komen," was mijn meening.
De taak van een goed leider.
Bij mij gaat altijd het spel voor alles. Ik tracht van mijn leiding steeds een invloed ten goede te goen uitgaan. Ik heb eens een speler, die dacht dat hij telkens weer vuil „genomen" werd, belet zijn tegenstander te lijf te gaan. De man stond naar adem te snakken van drift. Zonder hem er uit te sturen, kreeg ik hem tot rust. 's Avonds kwam hij me bedanken: „U weet niet wat u voor me gedaan heeft. Ik had hem zeker vermoord."
Een anderen keer heb ik geleerd, dat je nooit waarschuwend je vinger moet schudden tegen een niet meer zoo jongen speler. Het is me een keer gebeurd, dat zoo'n man zei: „As je me dat g.v.d. no^ eens flikt, sla ik je dood! Me kinderen staan aan de kant, en denk je dat ik wil, dat ze zien, dat zoo'n snotneus mij met zijn vinger staat te dreigen!"
Hulde!
„Ja, je maakt leuke dingen mee en ik doe het nog steeds met even veel genoegen. Ik houd niet van gejubel, maar nu heb ik tegen me zelf gezegd: 25 jaar, dat is toch wel wat, dat doe je maar één keer in je leven. En daarom ben ik blij, dat ik u dat allemaal eens heb kunnen vertellen."
En wij zijn blij, dat wij het interview gehouden hebben". Wij hebben gesproken met een prettig mensch, een fair sportsman en een zeer verdienstelijk scheidsrechter, met iemand die ontzettend veel doet en heeft gedaan voor het volksvoetbal, dat van groote beteekenis is voor de maatschappij, daar het op het volk in vele opzichten veredelend kan werken, vooral als het geleid wordt in den geest, dien de heer Van der Lee propageert.
Sport in Zeeland
De voetbal rolt nu al weer eenige weken en hoewel het nog te vroeg is om voorspellingen te doen, kan men toch al zoo'n beetje zien, welke teams er tot de sterken en welke er tot de Zwakkeren behooren!
„Middelburg" dat Zeeland in de ie klas vertegenwoordigt, heeft nu drie wedstrijden gespeeld en verloren. Laten wij er echter onmiddelijk bijzeggen, dat deze drie wedstrijden wel de zwaarsten waren die er in het Zuiden zijn. Longa en P.S.V. zullen dit jaar een aardig woordje meespreken in afdeeling IV,
hetgeen wij van Longa nog niet gewend waren. „Middelburg" zal echter nog een zware dobber hebben, om eerste klasser te blijven. Niettemin achten wij de Zeeuwen nog in staat zich te handhaven.
De Middelburgers hadden wel gedacht, dat het gemakkelijker zou zijn in de eerste klasse. Doch de eerste wedstrijd bracht al de ontgoocheling. Inden tweeden wedstrijd tegen Philips hebben zij toen getracht den slechten indruk weer goed te maken. En dit is hun, ondanks de nederlaag, aardig gelukt. Ja, Philips was technisch veel beter, dat toegegeven, maar toch hadden de Philips-mannen hun handen vol en hadden de Zeeuwen hun zenuwen in bedwang gehad, dan was het zeker wel een gelijk spel geworden. Zij het dan niet verdiend.
En nu Zondag werd Middelburg helaas weer gekraakt door Willem II met 8—2!
Van de Zeeuwsche 2e klassers is „Terneuzen" de sterkste gebleken. De menschen van den overkant hebben een flinke ploeg, die het nog een heel eind kan sturen en dat zijn ze ook van plan. „Vlissingen" heeft ook een goed elftal, al zien wij haar niet in staat een leidende positie in te nemen
In de 3e klas is „Zeelandia", Middelburg, met een geweldige spurt begonnen. Regelrecht naar het kampioenschap ?
ZEEUW.