20
w.o. „DE CORINTHIAN"
zo Augustus viert de Groninger Voetbal Bond zijn kwart-eeuwfeest.
Is dat — in een tijd, waarin de jubilea elkaar ook de sportwereld plegen op te Volgen met de regelmatigheid van een uurwerk — zoo iets bijzonders ? Bepaalt men zich tot den herdenkingsdag zelf, dan zeker niet. Het zal natuurlijk aan bloemen en ander huldebetoon voor het populaire Bondsbestuur, dat later met afgevaardigden van alle aangesloten clubs en officials feestelijk gaat eten, niet ontbreken, en de Dagbladbekerwedstrijden, die nu ook binnen de omlijsting van het jubileum gebracht worden, vormen al evenmin een ongewone gebeurtenis. Die kwamen in 1910 al op het programma, en — of vindt U dit misschien merkwaardig? — zij handhaven zich nóg.
Van breeder standpunt beschouwd heeft het GVB-feest echter zonder tijfel groote beteekenis in de Noordelijke voetbalwereld.
Immers: de G.V.B. is, nadat een Noordelijke en een Noord-Nederlandschè Voetbal Bond al aan bloedarmoede waren overleden, in de provincie Groningen, een kwart-eeuw lang, het voetbal-bolwerk geweest. Eerst een bescheiden „Bond van Groninger voetbalclubs", die het organisatorisch en finantieel hard te verduren had, geleidelijk een lichaam met een deugdelijk fundament, en — tenslotte — de grootste Noordelijke sportorganisatie.
Wij houden niet van cijfers in jubileumartikelen. Eerstens zijn ze voor de meeste lezers dood materiaal, en verder zijn ze even dor als de Sahara.
Maar toch durven wij, uit hoofde van hun illustratief karakter, één uitzondering te maken. Om den frappanten groei v. d. jarigen Bond te illustreeren.
Hier dan de over-duidelijke taal sprekende cijfers:
Aantal
Clubs Elflallen Camp. Wedstrijden leden 1907 10 13 3 52 362 1932 80 202 29 1380 4441
Waarmee wel voldoende is aangetoond, dat de eerste secretaris van den GVB., die tot 1920 in functie bleef, het vooral in de eerste jaren vrij wat minder volhandig heeft gehad dan zijn opvolger .... en diens eega.
Propaganda
Dat was het slagwoord, waaronder de Groninger Voetbal Bond werd geboren.
Wel was voetbal in het Noorden in het jaar van oprichting al lang geen onbekend spel meer — Frisia wordt j het volgende voorjaar al vijftig jaar!
— maar vooral in de provincie Groningen bleef de beoefening toch nog vrijwel beperkt tot twee centra: Groningen, de stad, en Winschoten. Trof men overigens in het Oosten nog wat kleine clubs, in het Noorden en het Westen wist men waarlijk nog ternauwernood wat een Voetbal was. De boerenzoons werkten mee op de „plaats" van hun vader, en kregen daardoor — zoo oordeelde men — al meer dan voldoende lichamelijke oefening om er in hun
JAC. HACCOU,
Voor „De Revue" geteekend door den talentvollen Groninger Henny d Stuling,
vrijen tijd nog bij achter een bal te hollen.
Maar de doortastendheid van de GVB-leiders en de aantrekkelijkheid van voetbal hebben mettertijd finaal veranderde omstandigheden teweeg gebracht.
Verzet van ouders, waartegen men in het begin nog fel te strijden had, werd gebroken, geldelijke bezwaren meer en meer overwonnen, en thans is
— het kan ronduit en zonder aarzeling geconstateerd worden — al het land, behoorend tot het gebied van den G.V.B., intensief ontgonnen.
Noordelijk kampioenschap.
De Groninger had — toen auto en fiets nog niet in die mate gebruikt werden als tegenwoordig — op zomersche Zondagmiddagen één doel voor Zijn wandeling-na-het-middagdutje-ende-thee: de Heereweg.
Hetgeen tengevolge had, dat het, tot voor enkele jaren terug nog, zwart van wandelaars zag aan den heirweg die — naar men de kinderen op school vertelt
— reeds door de Romeinen moet zijn
aangelegd. Alleen niet met asfalt, maar met boomen en steenen.
Een dergelijke menigte, niet op Zomersche, maar ook op wintersche middagen, onderweg naar de voetbalvelden — dat moet de GVB-leiding als het mooist denkbare ideaal voor oogen hebben gestaan. Om het daartoe te brengen, was een attractie noodig. Maar die was gauw genoeg gevonden: in het tweede Bondsjaar reeds zette men een „Kampioenschap van het Noorden" op touw, waarin de vertegenwoordigende ploegen van den Frieschen en den Groningschen Voetbal Bond uitkwamen (De D.V.B. is eerst veel later opgericht).
Op een guren Februari-middag in 1909 is deze wedstrijd, die tot nu toe in stand is gebleven, voor het eerst gespeeld. Inderdaad waren er toeschouwers, mede dank zij een ondernemende bioscoop-directeur, die er opnamen voor zijn theater liet maken. Niet voor niets heette wijlen de „Elite"bioscoop in de Gulden straat „de eerste, de oudste, de beste!"
Maar toch hadden de GVB'ers een strop: Meer dan vijftig gulden! De \ ereenigingen werden noodgedwongen met een extra-heffing bedacht, maar tegelijkertijd was er een troost: voortaan zou de strop geringer zijn.
GVB-officials, die den returnwedstrijd in Leeuwarden meemaakten, hadden uitgevonden, dat er een volgende maal op de ontvangst der FVB'ers aardig bezuinigd zou kunnen worden.
Waaruit men geneigd zou zijn af te leiden, dat de GVB'ers beter gastheeren waren dan de Friezen. Maar de laatsten betere financiers!
Bondsvader Haccou.
Dat het in den GVB. maar steeds Zoozeer crescendo is gegaan, moet ongetwijfeld voor een flink deel worden toegeschreven aan de weinige veranderingen, die zich in den loop der jaren in het bestuur hebben voorgedaan. Boven vermeldden wij reeds, dat de GVB. in deze 25 jaar slechts twee secretarissen (vaak tevens penningmeester en competitieleider) heeft gekend: Keuning en van der Meulsn. °e laatste herdenkt
C. F. VAN DER MEULEN HERDENKT IN HET KOMENDE VOORJAAR ZIJN KOPEREN JUBILEUM ALS SECRETARIS VAN DEN G.V.B.