640

25 APRIL 1932

met zijn twee-en-twintigen een slordige duit van tien duizend goede Hollandsche guldens mee naar huis nemen. Door wie betaald ? Door de Nederlandsche voetballiefhebbers, die hun geld beter zoodanig hadden kunnen besteden dat het aan Nederland zelve ten goede kwam. Verder: we zien een invasie in de komende maanden van buitenlandsche prof. clubs. Chelsea, Birmingham, Sheffield Wednesday komen uit Engeland, Nicholson, Upjest, Ferencvaros etc. uit Oost-Europa. Die clubs spelen hier maar niet voor de aardigheid! Zij zullen beduidende sommen opstrijken, verkregen uit de wedstrijd-entree's, die de Nederlandsche toeschouwers van hun zoo kostbaar geld uitleggen. Hoevele duizenden Zullen door deze matches weer niet naar het buitenland vloeien?

Spelen tegen buitenlanders is goed, doch met mate. Dat kunnen eenige internationale wedstrijden zijn, eenige oefenmatches van de nationale ploeg, verder clubwedstrijden met Kerstmis en Paschen. Dan basta.

f'epjus'1'i Wat hebben

= UEJU9 | wg jn Jaat_

j VAN DER MEULEN I ste jaren bij

~' • 1 ' 1 ,! de internationale wedstrijden — in voor- en tegenspoed — genoten van het spel van den keeper van de nationale ploeg, van Gejus van der Meulen, aan wien geen van de nederlagen kon worden geweten, en die in de overwinningen steeds een zeer groot aandeel nam door zijn meer dan schitterend werk in het doel. Niet ten onrechte werd hij dan ook door velen onzer voetbalkenners als de beste keeper van het Continent beschouwd. In Parijs en Amsterdam op de VHIe en IXe Olympiade als de beste keeper van het tournooi. Rustig, haast onopvallend, verdedigde de slanke, tengere figuur, steevast in grijze trui, in 49 wedstrijden van onze nationale ploeg ons doel. En na Harry Denis' retraite was hij — ondanks de minder gunstige plaats die hij in het team innam — de aangewezen captain. Hij had overwicht over zijn teamgenooten, was enthousiast en volbracht zijn taak als captain al even goed als die van keeper.

Tot voor eenige maanden een blessure, opgeloopen in een der competitiematches, oorzaak was dat Van der Meulen nu al in een drietal wedstrijden van de Oranjehemden verstek moest laten gaan, waarbij hij gelukkig door Van Male goed werd vervangen. Vreemd was het echter dat eenige scribenten plots Van der Meulen met zijn feillooze carrière waren vergeten en het „Hosanna" over Van Male uitspraken, alsof er geen Van der Meulen meer was.

Het doet ons evenwel voor Van der Meulen genoegen te kunnen melden, dat hij thans weer geheel de oude is en onder de oogen van Karei Lotsy, voorzitter van de Technische Commissie, in zijn bekenden stijl het H.F.C.doel Zondag in de match tegen Gouda verdedigde. Hij voelt zich dan ook weer volkomen fit om in den strijd tegen Ierland het nationale doel te verdedigen en zijn serie van 50 internationale wedstrijden vol te maken.

Een prestatie om trotsch op te zijn! En waarvoor — als we ons niet vergissen — de belooning wel de zeer eervolle onderscheiding van het eerelidmaatschap van den K.N.V.B. zal zijn. Welverdiend!

EEN DISTRICTS-

De competities zijn in de

| KAMPIOENSCHAP f laatste jaren re-

Ti 1 "" """ s gelmatig vrij

vroeg afgeloopen, waardoor heel wat clubs zelfs eenige maanden alleen door vriendschappelijke wedstrijden in actie kunnen blijven. Door de groote zorg, door de meeste clubs tegenwoordig aan haar terrein besteed, wordt afkeuring van terrein steeds zeldzamer. Bovendien komt men langzamerhand tot de overtuiging, dat men vroeger wel wat al te spoedig tot afkeuring is overgegaan. Het gevolg daarvan is, dat in een normaal seizoen, derhalve een seizoen zonder al te veel ijs of slecht weer, het meerendeel der clubs reeds in Maart uitgespeeld zal zijn. Men heeft reeds meermalen uitgezien naar geschikte wedstrijden om de clubs, die niet aan het kampioenschap of aan de degradatie-wedstrijden deelnemen toch nog een aantal goede wedstrijden te doen spelen. Een goede oplossing hiervan is nog niet gevonden.

Een voorstel, dat niet van ons, doch van den heer Rimet, voorzitter van de FIFA, afkomstig is, deed ons op het denkbeeld komen, dat het heel goed mogelijk zou zijn voor den K.N.V.B, om naast het clubkampioenschap van Nederland ook een districtkampioenschap te laten verspelen.Wij gelooven dat aan de uitvoering van dat denkbeeld geen moeilijkheden in den weg zullen staan, dat men daardoor tevens aan de

Is naast het clubkampioenschap een districtskampioenschap mogelijk ? Een voorstel van onzen redacteur G. J. Groothoff.

clubs, die niet aan promotie- of degradatiewedstrijden zullen deelnemen, nog een viertal extra wedstrijden — twee uit en twee thuis — zal geven en dat men daardoor tevens een zeer nuttig contact tusschen de clubs van verschillende districten zal krijgen.

Men zou dat kampioenschap moeten laten spelen door de clubs en wel zoodanig, dat de 10 clubs van elke afdeeling in volgorde van de ranglijst tegen elkaar zullen spelen. Men zal dat dienen te doen in den vorm van een halve competitie, waardoor elke club in totaal 4 wedstrijden krijgt. Een dubbele competitie, zooals voor het kampioenschap van Nederland, geeft 8 wedstrijden, wat wel te veel zal zijn. De Nos 1 van elke afdeeling korne.i reeds in de wedstrijden om het kampioenschap van Nederland tegenover elkaar. Men zou dan de helft van de wedstrijden om het kampioenschap van Nederland, vooraf bij loting vast te stellen, kunnen beschouwen als gespeeld voor het districtskampioenschap. In verband met het spelen van de degradatiewedstrijden, zal men ook de Nos 10 uit elke afdeeling niet kunnen laten meespelen, wat weer zijn voordeelen heeft, daar dan één even aantal overblijft en de strijd tusschen twee districten derhalve op een wedstrijddag kan afloopen.

Laten w ij voor verduidelijking hier een schema van de wedstrijden laten volgen. De eindstanden van de vijf districten waren:

Adeeling I: 1. Ajax; 2. R.C.H.; 3. West Frisia, 4. K.F.C., 4. H.D.V.S., 6. Sparta, 7. Stormvogels, 8. H.B.S., 9. 't Gooi., 10. H.V.V.

Afdeeling II: Feijenoord, Z.F.C.,

D.F.C., V.S.V., Blauw Wit, Hilversum, V.U.C., A.D.O., Xerxes, H.F.C. Afdeeling III: Enschede, Go Ahead,

A. G.O.V.V., P.E.C., Heracles, Vitesse, Robur et Vel., Wageningen, Tubantia, Z.A.C.

Afdeeling IV.: P.S.V., Eindhoven, N.A.C., N.O.A.D., M.V.V., Willem II, LONGA, B.V.V., Bleijerheide, de Valk.

Afdeeling V.: Veendam, Velocitas, G.V.A.V., Leeuwarden, Be Quick, Frisia, Friesland, Achilles, Alcides, F.V.C.

Ter voorkoming van eventueele opmerkingen wijzen wij er op dat wij bovenstaande standen uit het officieel orgaan van den K.N.V.B. hebben overgenomen, na in afdeeling IV eenige correctie aangebracht te hebben. Mochten er onjuistheden in zitten, dan doet dat aan het beginsel niets af. Uit bovenstaande lijstjes zou dus blijken, dat tegen elkaar moeten spelen de Nos. a: R.C.H., Z.F.C Go Ahead, Eindhoven en Velocitas, de Nos. 3. West Frisia, D.F.C., A.G.O., V.V. N.A.C. en G.V.A.V., de Nos. 4: K.F.C., Blauw Wit, Heracles, M.V.V. en Be Quick, de Nos. 6: Sparta, Hilversum, Vitesse, Willem II en Frisia, de Nos 7: Stormvogels, V.U.C. Robur et Velocitas, LONGA en Friesland, de Nos. 8: H.B.S., A.D.O., Wageningen,

B. V.V., Achilles, benevens de Nos. 9: 't Gooi, Xerxes, Tubantia, Blijerheide en Alcides.

Het district, dat aan het einde van de competitie de meeste doelpunten heeft behaald, is districtskampioen van Nederland. Bij gelijk aantal punten beslist het doelgemiddelde.

De wedstrijden moeten door den K.N.V.B. worden georganiseerd; deze stelt dus de wedstrijden vast en regelt bij loting de uit- en thuiswedstrijden. Wat de recettes betreft,, zou mogelijk een verdeeling volgens de bepalingen van de bekerwedstrijden billijk zijn. Evenals van de kampioenswedstrijden zou echter de K.N.V.B. van deze wedstrijden een zeker percentage der recettes krijgen, dat men b.v. zou kunnen bestemmen tot vermindering van de post „Heffingen", zoodat alle clubs er van profiteeren. Het spelen van deze wedstrijden zal natuurlijk verplichtend gesteld worden.

Het komt ons voor, dat dergelijke wedstrijden stellig de algemeene belangstelling zouden trekken en dat er ook bij de clubs zeker animo voor zou bestaan. Door de clubs, die in haar serie van 4 wedstrijden de eerste plaats innemen, een herinneringsmedaille of iets dergelijks te geven, zou men de prikkel om zich in te spannen, nog grooter maken, hoewel m.i. ook zonder die extra aansporing de clubs toch zich wel krachtig zullen inspannen om haar district een zoo gunstig mogelijke plaats te doen innemen.

Dit denkbeeld, waarvan, zooals wij reeds zeiden, de heer Rimet de geestelijke vader is, verdient zeker bestudeering. De gewone districtswedstrijden hebben het nooit tot groote populariteit kunnen brengen, doch districtskampioenschappen in den hierboven voorgestelden vorm, waaraan alle clubs derhalve meewerken en waaraan voor de clubs ook geldelijke voordeelen verbonden zijn, zullen m.i. wel in den smaak vallen.

Men reserveere dan de bekerwedstrijden, die het in ons land blijkbaar toch niet tot een succes kunnen brengen, voor de tweede, derde en vierde klassers.