25 JANUARI 1932

427

EEN STAP IN DE GOEDE RICHTING |

Het N.K.B. bestuur heeft op de laatst gehouden vergadering besloten, j

dat indien in eenige promotie- of degradatiecompetitie twee twaalftallen j

met een gelijk aantal punten aan het hoofd eindigen, een beslissingswedstrijd [ Zal worden gespeeld.

Ongetwijfeld een besluit, dat in korfbalkringen met groote instemming j

zal zijn ontvangen. De wijze, waarop dit besluit is gepubliceerd, kan echter j

tot misverstanden aanleiding geven. Het is immers ook mogelijk dat drie j

twaalftallen met een gelijk puntenaantal eindigen. Wat gebeurt er dan? |

M.i. is het de bedoeling van het bondsbestuur, dat in dergelijke gevallen j

meerdere beslissingswedstrijden zullen moeten worden gespeeld, doch het j

desbetreffend besluit vermeldt zulks niet. Eert nadere opheldering hieromtrent j

is zeker niet overbodig. Anders zouden wij wel weer eens voor zonder- j

linge gevallen kunnen komen te staan, die men door bemiddeling van een of j ander kantongerecht zou trachten op te lossen......

De N.K.B. is derhalve van zijn principe afgeweken om het doelgemiddelde j

in promotie- en degradatiecompetities te laten beslissen. Dat is ongetwijfeld j

de eerste stap in de goede richting, die moet leiden tot invoering van be- j

slissingswedstrijden over alle liniën, zooals dat ook reeds jaren in den K.N. j

V.B. is bepaald. j

EEN NIEUWE DUITSCHE ACTIE,

ONDERHOUD MET HANS DIEM.

Onze Commissie heeft haar pogingen, om het korfbalspel in Duitschland ingang te doen vinden, weer opgevat. Dank zij de bemiddeling van mej. M. J. Piët, leidster der damesafdeeling van de „Deutscher Turn- und Schwimmverein, Haag", kwamen wij m contact met den heer Hans Diem van de Deutsche Turn Schule uit Berlijn, die als afgevaardigde van de Deutsche Turnerschaft een bezoek bracht aan eenige groote steden van ons land, o.a. aan Den Haag. Met genoemden heer werd in de residentie een onderhoud vastgesteld op Vrijdagavond 8 Januari j.1., dat helaas niet door de heeren S. A. Wilson en P. y-d. Hoek jr. kon worden bijgewoond. Het bondsbestuurslid, mr. H. Parfumeur, werd echter bereid gevonden, hun plaatsen in te nemen en heeft met ondergeteekende en mej. Piët — die op verzoek van den heer Wilson de bespreking bijwoonde — den heer Diem het korfbalspel uiteengezet. Een zestal exemplaren van de in het Duitsch vertaalde sPelregels werd aan den Duitschen 'urnleeraar overhandigd en zal vermoedelijk zijn weg wel vinden, want deze toonde zich zeer enthousiast over het spel van bal en mand. Zondag 10 Januari waren wij namelijk in de gebogenheid, met hem een wedstrijd van ^en Haagschen Korfbal Bond te bedoeken, waarin wel geen hoog peil oereikt werd, doch welke niettemin den heer Diem een indruk gaf van de bedoeling en van den aard van het spel, waarover hij zich in zeer waardeer ende bewoordingen uitliet.

Als „tegenprestatie" waren wij 's middags getuige van een handbalwedstrijd tusschen twee heerenploegen van de jpuitsche gymnastiekvereenigingen uit r~en Haag en Amsterdam. Een vergehjking tusschen korfbal en handbal — baarbij het zeer forsch, soms zelfs ruw toegaat en dat veel overeenkomst vertoont met voetbal — valt beslist ten êunste van onze sport uit. Ook dames Oeoefenen handbal, maar gemengde °eoefening is hierbij vanzelfsprekend ""gesloten.

^De heer Diem heeft beloofd, op de t-teutsche Turn Schule ons spel bekend e maken en daarover ook te spreken Het sportautoriteiten en leiders van

turnkringen. We hopen in hem iemand gevonden te hebben, die er toe zal meewerken, om binnen afzienbaren tijd een demonstratie van twee Hollandsche ploegen in Duitschland 'te doen slagen. Misschien in 1933 te Stuttgart, tijdens het groote feest van de duizenden leden omvattende Deutsche Turnerschaft.... ?

H. Stempels, Secr. P. en P. C. afd. Buitenland.

De vorige week werd de loting gehouden van de seriewedstrijden om den Zilveren Korf en Nieuws van den Dagbal.

Eerlijk gezegd hadden wij op een grooten toeloop van belangstellenden gerekend, te meer daar dit evenement voor 't eerst in Amsterdam plaats vond. Het N.K.B.-bestuur was blijkbaar minder optimistisch gestemd. Het wist vermoedelijk wat voor vleesch het in de kuip had en had dan ook voor deze gelegenheid een allersnoezigst klein zaaltje gehuurd in het centrum der stad.

Wij konden allen zelfs zitten, een feit dat zeker een vermelding waard is. Dat hebben wij op districtsvergaderingen wel eens anders meegemaakt.

Mr. H. B o e k e 1 had de leiding van deze bijeenkomst, die door elf man, waaronder een dame, werd bijgewoond. De competitieleider, dhr. V e r s 1 u y s, zat ook aan. Voorts nog de twee andere „Boekels", zoodat de heele familie compleet was. Toen Westerkwartier's vierde man, dhr. Venekamp, tijdens de vergadering ten tooneele verscheen, ging het gerucht door het zaaltje, dat Westerkwartier van de loting een onderonsje had willen maken.

Een sérieus type.

Die voorstelling ging vanzelfsprekend niet door. Daarvoor behandelde dhr. Versluys trouwens de zaak veel te serieus.

De loting was anders een ingewikkelde geschiedenis. In het begin liep het van een leien dakje, doch hoe meer men „de finale" naderde, des te moeilijker werd het om uit het labyrint van letters en cijfers wijs te worden. Versluys wist er echter wel raad mee. En het ging hem zoo gemakkelijk en vlot af. Formules als tt = gg — ü, waarvan U waarschijnlijk geen kaas gegeten hebt, loste hij op alsof het eenvoudige rekensommetjes golden. Hij werd daarbij — eere wien eere toekomt — uitstekend bijgestaan door een zekeren heer Content, die met een Zaansche schoone een uitstekende combinatie vormde, zooals dat in de korfbal-terminologie heet. Was het te verwonderen, dat de loting onder deze omstandigheden een bijzonder geanimeerd en snel verloop had, zoodat we weer op straat stonden voordat wij het eigenlijk wisten?

Het eere-rondje.

Om volledig te zijn, moet ik U ook nog vertellen, dat het laatste gedeelte van de vergadering werd bijgewoond door dhr. Nijland Visser, die ter gelegenheid van het zoo juist door Koog Zaandijk behaalde kampioenschap een eere-rondje gaf, dat door de aanwezigen op hoogen prijs werd gesteld. Een nette baas wel, die Nijland Visser! Vindt U ook niet ? Die weet tenminste hoe het hoort. Daar kunnen wij nog plezier van beleven, als Koog-Zaandijk kampioen van Nederland wordt

D. W.

j Aan den Heer Mr. H. W. VLIEGEN, Amsterdam.

! „Eigenlijk kon mijn antwoord aan dhr. Mr. Vliegen héél kort zijn: „Zie

[ mijn artikeltje in de Revue van 4 Januari!", want daarop heb ik taal noch

[ teeken ontvangen! Of moet ik als zoodanig opvatten het advocatelijk ge-

! babbel over „veelal gewijzigde clubbesturen en verroeste degens inslikken ?".

1 Dhr. Vliegen zal toch als rechtsgeleerde wel weten, dat men zich uitsluitend

| tot de zaak moet bepalen en niet moet aankomen met de een of andere ver-

| gadering in 1930, waar men m.eent iemand een slag vierkant en midden in

| het gezicht te hebben gegeven. Deze „slag" hebben wij allen opgevat als

I een „Oratio pro Domo", gegeven door een „Delinquent" die bij „verstek"

I het jaar daarvoor veroordeeld (lees beoordeeld) was. Zoo'n „delinquent"

[ gunt men het „genoegen" om nog eens te praten over de „ongemoti-

I veerde beoordeeling". En bovendien, wat had het voor zin om na te kaar-

[ ten met iemand, die, op welke manier dan ook, gedaan had wat wij wensch-

: ten: uit het Bondsbestuur treden! Nu echter dhr. Mr. H. W. Vliegen

| weer in het openbaar — en joost mag weten waarom — attendeert op „het

j onbehoorlijke optreden van de H.O.C. Excelsior en speciaal van den Voor-

: zitter P. van den Hoek Jr.", persisteer ik bij het sportieve voorstel, dat ik

[ in de Revue van 4 Januari j.1. deed. Ik wil Mr. Vliegen zelfs tegemoetkomen

[ en alléén die vereenigingen betrekken in deze zaak, die nog hetzelfde

[ Dagelijksch Bestuur hebben als in 1929. M.i. hebben de Clubs recht

[ in deze materie te beslissen en niet dhr. Mr. H. W. Vliegen.

Nog altijd wacht, P. van den Hoek Jr.

: Hilversum, 15 Januari 1932.