334
21 DECEMBER 1931
I
Wij stellen ons voor in de komende weken een aantal interviews te publiceeren met verschillende vooraanstaande menschen uit de korf bal wereld.
Als eerste van deze reeks geven wij hier weer het onderhoud, dat wij hadden met een der meest prominente figuren, m r. H. W. Vliegen, oud-aanvoerder van het Amsterdamsche twaalftal, oud-bestuurslid van den N.K.B., lid van de Technische Commissie en Zeer verdienstelijk scheidsrechter van den N.K.B.
Wij klommen op den overeengekomen tijd de trappen op van Keizersgracht 311, die naar de 3e etage leiden, waar het kantoor van mr. H. W. Vliegen is gevestigd en zaten weldra in druk gesprek.
Eerste kennismaking met het spel.
— „Mijn eerste kennismaking met korfbal? Wel, die dateert van 1907 op den openluchtdag van de eerste vijfjarige H.B.S. Het was n.1. gewoonte, dat de twee laagste klassen dezer H.B.S. op Dinsdagmiddag vrij waren en dan onder leiding van den heer Elias, den gymnastiekonderwijzer, voetbal en korfbal speelden. Deze „openluchtdagen", zooals wij ze noemden, waren ontstaan op instigatie van den heer Grasé, den bekenden Engelschen leeraar, die hier te lande het baseball of honkbal heeft geïmporteerd.
M'n eerste korfbalwedstrijd vond al spoedig na dien plaats en wel op „kacheldag", dat was de eerste Zaterdag in October, op welken dag de kachels werden gezet en wij vrij van school hadden. Deze wedstrijd ging uit van D.E.V. („De Eerste Vijfjarige") en de bedoeling was natuurlijk om ons, door een wedstrijd te laten spelen door de eerste tegen de tweede klasse, over te halen lid te worden van die vereeniging. Door omstandigheden heeft het echter tot 1912 geduurd, vóór ik voor D.E.V. in wedstrijden uitkwam. Wel deed ik vóór dien veel aan gymnastiek en speelde ik geregeld in een buurtclubje voetbal, waarbij ik als doelverdediger optrad, maar eerst in het seizoen 1911/1913 kwam ik voor het eerst in een korfbalwedstrijd uit en wel in de 2e klasse voor D.E.V. II. Tot de helft van het volgende seizoen speelde ik voor D.E.V.'s tweede twaalftal, maar in het begin van 1913 werd ik naar het eerste gepromoveerd ter vervanging van Anderiessen, een uitstekend speler, die als officier van gezondheid naar Indië ging en een paar jaar later door een amokmakend Javaan vermoord is. 'n Treurige geschiedenis.... Hij had
den man in geen enkel opzicht ook maar iets misdaan....
In de ie klasse.
De eerste wedstrijd, dien ik voor het eerste twaalftal speelde, was tegen D.V.D., dat toen in zijn glorietijd was. In de eerste ontmoeting in dat seizoen had D.V.D. ons D.E.V. met 15—2 geslagen. Voor den returnwedstrijd had men Bartstra en mij uit het tweede naar het eerste gepromoveerd, versta goed, met ons tweeën in hetzelfde vak. Wij speelden voor al wat we waard waren en de wedstrijd eindigde in een 3—3 uitslag. Ons debuut was dus wel zeer gelukkig.
In de seriewedstrijden van den N.K.B., ter gelegenheid van het 10jarig bestaan gehouden, werd hetzelfde D.V.D. met 3—2 door ons geklopt, in de finale verloren wij echter op het kantje af van D.T.V. met 3—2.
In October of November 1913 werd ik in het Noordelijk Xll-tal gekozen, wat vooral in dien tijd een groote onderscheiding was. Dit twaalftal moest den wedstrijd van het seizoen spelen, n.1. dien tegen Zuid-Holland, te Utrecht. Gewoonlijk had deze ontmoeting in het voorjaar plaats, maar dit jaar had men ze uitgesteld. Ik speelde samen in één vak met Kiestra uit D.T.V., met welken speler ik sindsdien in vertegenwoordigende twaalftallen immer heb samen gespeeld en die een van mijn grootste korfbalvrienden is geworden, totdat hij in het fatale griepjaar 1918 ernstig door de Spaansche griep werd
aangetast, waarvan hij nooit geheel is hersteld.
Jaren lang heb ik sinds 1913 in het Noordelijk Xll-tal en het Amsterdamsen Xll-tal gespeeld."
— „Wat was wel je beste spel ? Verdedigend of aanvallend?"
— „Ik mag gerust zeggen, dat ik jaren lang volkomen allround was. Toch heb ik altijd meer gevoeld voor aanvallen; ik had een goed schot, heb véél en goed geschoten en tal van doelpunten gemaakt. In latere jaren ben ik dan ook in de verdediging meer verzwakt dan in den aanval."
— „Je bent altijd voor D.E.V. blijven spelen?"
— „Ja, in de korfbalwereld blijf je bij één vereeniging en verandert niet telkens."
— „Maar je was toch al lang van de H.B.S. af? Kon je dan toch voor die club blijven spelen?"
— „Ja, want D.E.V. was geleidelijk van karakter veranderd. Er is eenigen tijd een diepgaand geschil geweest tusschen de leeraren der school, die van D.E.V. een schoolvereen i g i n g wilden houden en de leerlingen, die de school reeds hadden verlaten. Deze laatsten, onder wie verschillende medische studenten, wilden niet, dat de leiding der club vrijwel bij de jongens op school zou zijn. In 1911 werd het conflict, tegen den directeur en den heer Grasé opgelost in dezen zin, dat zij, die de school reeds hadden verlaten, ook bestuurslid konden zijn en dat ook menschen buiten de school lid konden worden, al was dit dan ook bij uitzondering. Daar men op de school niet over veel meisjes beschikte, had men voor de damesleden deze uitzondering reeds lang gemaakt.
Een poging om een schoolclub D.E.V. op te richten is geslaagd in zooverre, dat deze op muziek- en tooneelgebied niet onverdienstelijk werk heeft verricht, maar op het gebied van sport heeft zij het spoedig moeten opgeven.
D.E.V. heeft in de jaren van 1913 tot 1919 een tijd van ongekenden bloei doorgemaakt. Jarenlang is zij de grootste vereeniging in den Bond geweest; diverse malen was zij afdeelingskampioen.
Wedstrijden, die je nooit vergeet
Ook in andere, bijzondere wedstrijden kwam ik in die jaren uit. Zoo herinner ik mij den wedstrijd om den A.K.B.beker tusschen het Amsterdamsche XH-tal en Zuid-Holland, in 1915 in het Stadion gehouden. Dit is één van de grootste wedstrijden, welke ooit is gehouden en hij werd bijgewoond door Zeker een 10.000 man tellend publiek.
In 1916 had misschien de mooiste korfbalwedstrijd plaats, welke ooit is gespeeld; n.1. de finale om den Stedenbeker tusschen Amsterdam en Leiden. Deze wedstrijd werd steeds op Hemelvaartsdag vastgesteld. Aan den strijd om den Steden-beker werd deelgenomen door vier, daartoe uitgenoodigde steden. Zooals je je zult herinneren van de Varsity, regende het echter in die jaren steevast op Hemelvaartsdag. Het is eigenaardig, maar het i s zoo. Herhaaldelijk moest dan ook de finale worden uitgesteld. Zóó ook dat jaar. Zij werd thans bepaald in het Stadion op een dag, waarop daar een groote werkloozendemonstratie plaats had, zoodat duizenden en duizenden toeschouwers aanwezig waren. (Slot volgt)
EEN ONDERHOUD NET
mr w. ihl vliegen