Onder de, loupe.

n Buitengewoon geval bij 'n strafschop.

Dezer dagen werd mijn meening gevraagd < ver een eigenaardig spelregelgeval, dat ik aanvankelijk niet begreep. Prof. Snapper heeft n.l. in den tweede klasse-wedstrijd A.F.C.—T.O.G. onmiddellijk na het nemen van 'n strafschop, waaruit T.O.G. 'n doelpunt maakte, gefloten, het doelpunt geannuleerd en 'n vrijen schop laten nemen binnen het strafschopgebied. Men beweerde, dat hij dezen vrijen schop zou hebben gegeven voor het te vroeg toeloopen van twee spelers van de aanvallende partij en men vroeg mij of dat juist was. Mijn antwoord hierop was, dat de gegeven voorstelling onmogelijk juist was, daar Prof. Snapper zeer goed de spelregels kent en hij dus voor te vroeg toeloopen stellig niet een vrijen schop zou geven.

Toevallig sprak ik Prof. Snapper zelf bij den wedstrijd Hilversum—Sparta, bij welke gelegenheid ik hem vroeg hoe deze vork in den steel zat. Het bleek toen, dat hij de twee toeloopende spelers gestraft had voor buitenspel.

Dit nu is zeer goed mogelijk. Er stonden n.l. twee spelers van de aanvallende partij op het oogenblik, dat de strafschop genomen werd, dichter bij de vijandelijke doellijn dan de bal; ze hadden op dat oogenblik slechts een enkel speler — de doelverdediger — tusschen zich en de vijandelijke doellijn. Derhalve waren ze buitenspel!

Toen de schop werd genomen, liepen ze onmiddellijk op den doelverdediger toe en in dit geval was de scheidsrechter van oordeel, dat de twee in buitenspelpositie toeloopende spelers den doelverdediger hinderden, waardoor ze invloed op het spel uitoefenden. Derhalve kende hij het uit de strafschop gemaakte doelpunt niet toe, doch gaf een vrijen schop wegens buitenspel. In de „Opdracht aan Scheidsechters", behoorende bij den regel omtrent Buitenspel, wordt uitdrukkelijk bepaald, dat de buitenspelregel ook geldt bij een vrijen schop or een strafschop, zoodat er tegen de beslissing niets in te brengen is.

Door T.O.G. is blijkbaar tegen de beslissing geprotesteerd, doch dat zal al heel weinig helpen, daar de protestcommissie de juistheid van de beslissing zal moeten erkennen. Dit geval toont overigens weer eens duidelijk aan hoe noodzakelijk het is, dat de spelers de

spelregels kennen. Het is, bij het nemen van een strafschop, voor de spelers van de aanvallende partij het verstandigst om niet voor den bal te gaan staan, daar ze in zoo'n geval altijd kans loopen op buitenspel. Er is zelfs kans, dat ze ook voor buitenspel gestraft worden, indien ze niet toeloopen doch stil blijven staan.

A. W. VERLEGH, het nieuwe lid van de T.C., als.voetballer in actie. N.A.C.'s captain kopt, hoog opspringend den bal over Vos en Knol heen in den kampioenswedstrijd Velocitas -N.A.C. Verlegh is iemand uit de practijk : hij speelde achtmaal in het Ned. elftal, in voorhoede en middellinie en fungeert bij N.A.C. thans als back. Met Kools zorgt hij voor de opleiding der jonge N.A.C.spelers en in de N.A.C. Klok schrijft hij belangrijke beschouwingen over het voetbalspel.

Handige achterspelers, die hun spelregels kennen en die weten, dat ook de fungeerende scheidsrechter goed op de hoogte is, gaan dan wel naast zoo'n speler staan en loopen tegen hem aan op het oogenblik, dat de schop wordt genomen. Het is dan wel duidelijk, dat zoo'n

buitenspel staande speler zijn tegenstander het toeloopen belet, waardoor hij aan het spel deelneemt en gestraft moet worden. Dergelijke gevallen komen niet dikwijls voor, doch ze komen toch wel voor ; persoonlijk heb ik tenminste vele jaren gelegen bij een wedstrijd van het Haagsche Quick daarvoor een uit een strafschop gemaakt doelpunt ongeldig ver¬

klaard.

Men ziet dus, dat spelregelkennis voor de spelers steeds van het grootste belang is. Men kan nog zooveel oefenen en voor zich zelf en voor zijn medespelers prachtige kansen weten te scheppen, indien men den buitenspelregel niet kent en goed begrijpt, zullen tal van kansen toch verloren gaan.

C. J. G.

Int. bokswedstrijden te Amsterdam.

De Amst. Boks Bond heeft met zijn int. amateurbokswedstrijden van Maandag j.L 'n verrassend succes geboekt: de beide zalen van Bellevue waren reeds 's middags uitverkocht en honderden moesten teleurgesteld worden. Circa 900 toeschouwers volgden de wedstrijden tusschen acht Amsterdamsche en acht Belgische boksers, waarvan de partij Miljon —Wisterlinck de belangrijkste was. Ofschoon de Belg zes kilo zwaarder woog en niet meer in Miljon's gewichtstklasse thuis behoorde, werd deze beste zwaargewicht van België toch gedecideerd geklopt. In totaal wonnen de Amsterdammers vijf partijen en de Belgen twee; één partij bleef onbeslist.

In het voorprogramma verraste de West Indiër Sterman door 'n uitstekende partij tegen den hardslaanden Smit uit Haarlem, die bijna geen kans kreeg om den negerbokser te treffen. In de derde ronde bleek Sterman, die reeds grooten punten voorsprong had, over het meeste uithoudingsvermogen te beschikken en Smit gaf, na voor negen tellen down te zijn geweest, den strijd verder gewonnen.

De voortdurend stijgende belangstelling voor deze amateurswedstrijden te Amsterdam zal er vermoedelijk toe leiden dat nog in dit seizoen het Concertgebouw 'n avond gehuurd zal worden, nu Bellevue te klein blijkt. De wedstrijdcommissie van den A.B.B. die dit seizoen de Amsterdamsche amateurs tegen Duitsche en Belgische tegenstanders bracht, denkt er over om, na de Amsterdamsche kampioenschappen, Fransche en Engelsche tegenstanders naar de hoofdstad te brengen en dan zal de belangstelling wel zoo groot worden dat men kan overgaan tot het huren vqn het Concertgebouw zooals in vroeger jaren, toen er nog geen boksverbod bestond en men in Carré en Concertgebouw belangwekkende profpartijen te zien kreeg.

IV.V. AMSTERDAMSCHE GARAGE

VOORHEEN €. Ii. IIE GROOT Overtoom 1Q7-8Q5 - Amsterdam

Chevrolet, Buick, Oldsmobile, IMarquette, G.M.C.-Trucks

IIEPAR A T I Ë W