V.U.C. met 17-O afgemaaKt
Ajax vestigt 'n nieuw
mimiiii m i mi i in ui ui mm miin
Ned. competitierecord
De hoogste score voor de eerste klasse, welke bijna veertig jaar met 16—o op naam van P.A.P. gestaan had, verbeterd
De Kon. Ned. Voetbal Bond houdt er geen officieele recordlijstjes op na, zooals de athleten en zwemmers die hebben, maar toch staan er in de annalen van den K.N.V.B. eenige prestaties geboekt, die nimmer overtroffen zijn en dus als 'n Nederlandsch record beschouwd kunnen worden. Zoo staat de hoogste score, welke in de eerste klassecompetitie bereikt is, met 16—o op naam van het Amsterdamsche R.A.P., dat op 27 October 1891, dus bijna veertig jaar geleden, het toenmalige V.V.A. met die cijfers afmaakte. Vier jaar later bracht R.A.P. het nog eens tot 16—o (toen was het Wageningsche Go Ahead de ongelukkige tegenpartij) en ook het Groningsche Be Quick won met geweldige cijfers van H.S.C., en Veendam, maar die beide wedstrijden werden later ongeldig verklaard, zoodat Be Quick's hoogste score in 'n geldigen competitiewedstrijd „slechts" veertien bedroeg met G.V.V. als lijdend voorveeld. Bij Be Quick—Velo (22-0) kwam Velo uit protest met 'n derde elftal uit, die uitslag kan men dus negeeren.
In de lagere K.N.V.B. regionen werden nog wel eens hoogere scores bereikt (we herinneren ons 'n 27—1 van Be Quick II op W.V.V. II in 1918) en in de plaatselijke bonden kwam men nog wel eens hooger, doch voor de eerste klasse hield R.A.P. met haar 16—o het record bijna veertig jaren op haar naam, totdat gisteren Ajax het tot 17—o bracht in 'n overigens volkomen regelmatigen wedstrijd tegen het volledige (!) V.U.C, waarbij de verliezers zich zelfs geen enkel moment door den steeds grooter wordenden achterstand lieten ontmoedigen en tot de laatste minuut doorzwoegden om althans de „eer" te redden. Het eenige abnormale in dezen wedstrijd was de uitslag
Als recordverbetering nummer twee op dezen donkeren en kouden Januaridag valt te memoreeren, dat de Ajacieden, die den uitwedstrijd tegen V.U.C. reeds met 9—o gewonnen, uit en thuis dus tezamen 26 goals tegen dezelfde tegenstanders scoorden, 'n prestatie, die, voorzoover we konden nagaan, nog nimmer in één seizoen in de eerste klasse verricht werd.
De zeven goals van topscorer Strijbosch vormen weliswaar geen individueel record, maar de snelheid, waarmee van Reenen achtereenvolgens het vijfde, zesde en zevende doelpunt ter Wereld bracht, mag als iets ongekends in onze competities worden aangemerkt: de internationale midvoor fabriceerde namelijk die drie doelpunten in tezamen anderhalve minuut tijd, 'n prestatie, die eigenlijk chronometrisch vastgelegd had moeten worden om als hattrick-record te worden geboekt.
Al met al: drie recordverbeteringen
in eerste klasse-voetbal. Jammer voor Ajax, dat de K.N.V.B. er geen recordlijstjes op na houdt!
— o —
Het eenige goeds, dat we omtrent het spel van V.U.C. in dezen wedstrijd kunnen zeggen, is dat de zwartwitten tot het einde volhielden. Maar hun prestaties op voetbalgebied waren zoo miniem, dat men gerust zeggen kan, dat alleen Ajax voetbalde, V.U.C. liep er maar zoo'n beetje bij en raakte van tijd tot tijd 'n bal aan. Op 'n modderveld als dit is Ajax vrijwel ongenaakbaar, dat ondervond P.S.V. met Kertsmis (10—2) en dat ondervonden de Haagsche zwartwitten nu in nog grootere mate. Terwijl voor de Philipsmenschen echter eenigszins als excuus kan gelden dat ze aan moddervoetbal niet gewend Waren, moet men bij V.U.C. in aanmerking nemen dat de zwartwitten zelf 'n zwaar kleiveld hebben en er dus, ofschoon hun zwaarder gewicht 'n handicap was tegenover de lichte Ajaxvoorhoede, lang niet zoo vreemd op hoefden rond te dolen als de P.S.V.'ers deden „V.U.C. is zoo gewend geraakt aan lichtvoetbal, dat ze verleerd hebben om bij daglicht te voetballen" merkte de A.V.B. praeses Gosschalk in de rust op. 't Was niet de eenige mop, die er in dezen eigenaardigen wedstrijd getapt werd en het moet voor de enkele Hagenaars, die hun elftal vergezelden, 'n pijnlijke gewaarwording geweest zijn om de ironische opmerkingen over de slachtpartij te hooren en om te zien hoe smadelijk zwartwit werd afgemaakt. Zelfs de „eer" — als men 'n tegengoal bij 'n 17—o stand nog zoo mag noemen — wist V.U.C. niet te redden.
En toch had V.U.C. dat in Zaandam gelijk had gespeeld thans het volledige eerste elftal in het veld, versterkt zelfs met den vroegeren doelverdediger Karei v.d. Meer, die door zijn verblijf in Engeland slechts sporadisch kan uitkomen en meestentijds vervangen is door v.d. Glas. In dezen wedstrijd verdedigde v.d. Meer zijn doel voor rust op zijn bekende manier door de lastige schoten te houden en de gemakkelijke te missen; even voor het rustsignaal werd hij geblesseerd en toen kwam v.d. Glas hem vervangen, wat 'n verbetering bleek te zijn. Overigens hebben de twee keepers elkaar niet veel te verwijten: v.d. Meer liet voor de pauze negen ballen door, v.d. Glas na rust acht.
Op papier heeft V.U.C. nog niet zoo'n slecht elftal: v.d. Zalm, v.d. Wildt en van Gelder zijn oud internationaals en de voorhoede was dusdanig opgesteld dat Dill — specialiteit in rechtbankzaken — er geen plaats meer in had kunnen krijgen en nu als grensrechter fungeerde. Maar in het veld bleek dat op papier vrij behoorlijke elftal 'n volkomen fiasco, hoofdzakelijk
door het absolute gebrek aan verband, wat tegenover de Ajaxmachine nog meer opviel dan anders. Individueel deden de drie oud-internationaals en Leiyveld nog wel eens iets goeds, maar het samenspel leek nergens op. In de voorhoede probeerde men het óf alleen, wat bij 'n Ajaxverdediging niets kan opleveren óf er werden dusdanig doorzichtige combinatiepogingen aangewend dat we geroutineerde Ajaciden dat direct door hadden.
Hoewel v.d. Zalm als rechtsback nog de beste man van het elftal was, scoorde Ajax' linkerwing toch tien goals, waartegenover de rechterwing er slechts eentje stelde van den voet van Volkers, die beslist 'n onproductieven dag had, voor zoover men daar bij 'n 17—o uitslag van kan spreken. Het allerslechtst waren bij V.U.C. de kanthalfs Papenhove en Hagedoorn, die slechts sporadisch 'n bal aanraakten.
V.U.C. staat thans met 51 tegengoals (Waarvan Ajax er 26 heeft gemaakt) weer op de onderste plaats; de vorige keer lieten de zwartwitten hun pak slaag van Ajax (9—o) volgen door 'n onverklaarbare 7—2 zege op Excelsior, het is voor hen thans te hopen dat op dit tweede pak slaag 'n soortgelijke reactie komt, want Zondag a.s. wordt V.U.C. —H.F.C. gespeeld, waarbij het „er op of er onder" wordt.
'n Paar jaar geleden merkte 'n Engelsche trainer, na afloop van 'n door zijn leerlingen slecht gespeelden en verloren wedstrijd, tegen ons op: „We were on the field, but the other side played football". Ten aanzien van Ajax—V.U.C. kunnen we hetzelfde zeggen!
Het voetbal, dat Ajax daarbij ten beste gaf, was voortreffelijk. De roodwitten spelen nergens beter dan op hun eigen veld, als dat onder de modder ligt; misschien zouden ze ook goed voetbal gespeeld hebben in de modderlaag, die den toegangsweg naar de overdekte tribune bedekte en nu aansprakelijk was voor 'n ontijdig uiteinde van diverse slobkousen en zijden dameskousen.
De achterhoede had met V.U.C.'s onbeduidend voorhoedespel geen moeite, de spil Anderiesen Jr., beheerschte het middenveld — we blijven echter bij onze opinie, dat opneming van den nu thuisgelaten Fijen als kanthalf 'n versterking zou zijn! — en de handige voorhoede benutte 'n verrassend hoog percentage der talrijke kansen. In het geheel scoorde Strijbosch zeven keer, van Reenen vijf keer, Mulders drie keer, Volkers één keer en Anderiesen Jr. (uit 'n penalty) ook één keer. Links had dus meer succes dan rechts, maar men dient niet te vergeten, dat ettelijke goals ontstonden uit voorzetten van de rechterzijde. Ajax heeft thans uit haar zes thuiswedstrijden 'n goalsaldo aldus van 36—2 verworven, uit haar zes uitwedstrijden 22—8. Commentaar overbodig. -
— o —
Momenteel is Ajax, met haar gemid^ delde van 5—1 per wedstrijd, wel de sterkste eerste klasser van ons land, Waarbij het echter de vraag is of de thans zoo puik in vorm zijnde roodwitten ook tijdens eventueele kampioenswedstrijden in vorm zullen blijven. Maar voor de verrassend-goede prestaties van Z.F.C. dat precies gelijk blijft en met evenveel punten zelfs nog ongeslagen is, hebben we even groote bewondering, al zijn de Zaankanters o.i. ook zwakker. Z.F.C, wint echter regelmatig met klein verschil en daarmee komt men, nu het goalgemiddelde niet meer beslist, tenslotte even ver.