1153

■ÉE$TAURANT

loi'^in Houtrust r S^nkomsten.

0§L (üen aard, dat t E11 de batsman, lc«C ?r er door werd .a^-'^nks het toch oi'1, >Jk keepen van gif , aantal extra's. ig\Uei? durf prijzen . r0S> die op de snelW** rustig achter Cr* zelfs Schröc | ' toen hij toch

hwi6n van zi-)n s I H niet heeft

LUK**« Belg, die 08jffi?eld in de wedal en Nederland cW v(T^ gespeeld, ii'lej ' bewondering sCJ?- Op zich zelf Wli i ^erkwaardigi?2j;6 annalen van . f J1! gevallen beC*\ï zijn sneb il behield, doch re'.i^Seveer een 35 de1^ e stof gewor-

tfcrii6611 ^volger : i °n> zal hij nog

ij1J l'e Ift n i • u n bst fu Belgische

M ga d zoo'n bij;u|^»^elheid van

1,5^0 Huis I.JO Amsterdam

i &ins«a"atie ,jC ' yanal | ioo cli^^iinbetaiing ,ti^ |fetet, Erres, ^antl' PhiliPs> .,Ce|strooJ

Rincker was oorzaak, dat in korten tijd drie wickets tegen de vlakte gingen voor slechts 11 runs, waarbij Rincker alle drie de wickets nam voor 3 runs. Daarna hebben Alpen, Bridges, Warren en Wright, wel de vier beste batslui van de 10, onzen spelers nog wat moeite bezorgd, doch door goed fielden en een schitterend staaltje van stumpen van de Beus, viel het ten slotte nog al mee.

Het heeft aanvankelijk heel wat moeite gekost om dat totaal te passeeren, doch op den eersten dagbracht men het ten slotte nog een flink stuk, dank zij de hierboven, reeds gememoreerde innings van Glerum. Voorts nam aanvoerder de Beus een werkzaam aandeel in het bijeen brengen van de noodige runs. Hij speelde weer veel aan den legkant, waar men het veld kunstig voor hem had uitgezet. Desondanks slaagde hij er herherhaaldelijk in tusschen al die opgezette vallen door te snappen. Het leek reeds dat hij niet uit zou blijven, toen hij als laatste man bij een poging om de zaak nog verder te forceeren, zijn wicket verloor. Na den bal voor zes over de legboundary gewerkt te hebben, wilde hij den volgenden bal denzelfden kant op sturen. Hij kreeg hem echter wat minder goed op z'n bat en het gevolg was, dat hij vlak bij de boundary werd gevangen. Zijn 34 was overigens 'n nuttige bijdrage. >niii<ii<ii>ii

Het Nederlandsche elftal, dat de Betgen Mo,

Zoo werd het totaal 182. Bridges, Watson en Wright hadden verdienstelijk gebowld, eerst later in de innings, toen ze wat vermoeid geraakten, konden de batslui de overhand krijgen.

—□—

Men zou zeggen, dat de onzen thans den wedstrijd in handen hadden. De helft der Belgische wickets ging daarna neer voor slechts 57 runs. Twee bijzonder fraaie vangen van Neuerburg in de slips hadden daartoe veel bijgedragen. Onze positie was thans al bijzonder sterk. Doch hierna trad bij de onzen een verslapping in. Het bowlen was niet meer zoo vurig en het fielden niet meer zoo „keen". Bovendien had de Beus achter het wicket een paar minder gelukkige oogenblikken. Zoo ging in één over van Rincker de bal drie maal langs hem en telkens leverde dat vier byes op. Alpen en Warren waren er in geslaagd door goed batten den stand tot bij de 100 te brengen, toen Alpen door een fout van z'n partner voor 36 run out ging. Maar de grootste stand kwam met Warren en B. Morgan — de elfde Belgische speler — samen. Dit tweetal liet uitstekend cn'cket zien, waardoor ze het samen van 6 voor 97 tot 7 voor 184 brachten. Warren had daarvan 53, wat later de hoogste score van den wedstrijd bleek te zijn. De rest had echter wei-

hl f > terwijl de Betgen aan bat zijn.

nig meer in te brengen, zoodat het totaal 190 werd en Nederland dus 115 maken moest om te winnen.

Onze tweede innings was wel het beste deel van den wedstrijd. Blijkbaar gingen van Bueren en Max Jansen in met de bedoeling om zoo. spoedig mogelijk de runs te maken. Jansen sloeg prompt een 4 en een 6, waarna hij in het verre veld werd gevangen. Van Bueren, die eveneens hard sloeg, hield het wat langer vol. Hij had er 23 in zeer korten tijd. Van den Bosch had het blijkbaar op z'n broer gemunt. Deze stond umpire en tot tweemaal toe bracht hij dien met een harden slag in levensgevaar. Eerst kreeg de umpire den bal tegen zijn, voet, wat een minder prettige gewaarwording bleek te zijn, waarmede hij echter tevens een zekere vier van z'n broer voorkwam en daarna scheelde het al heel weinig of de umpire had een bal tegen het hoofd gekregen. Hij ontliep nog juist het gevaar. Van je familie moet je het intusschen maar hebben! Onder die bedrijven door kwamen echter toch de runs, al werd er, geheel onnoodig, door gewaagd en onoordeelkundig runnen een tweetal wickets — dat van Glerum en dat van A. Schill — verspeeld, zoodat het ten slotte slechts voor het verlies van 6 wickets was, dat de winnende run werd gemaakt. De vier opeenvolgende vieren van v. Bueren waren wel het glanspunt van deze innings.

Zoo wonnen de onzen derhalve voor de eerste maal na den oorlog' en wel met 4 wickets.

Voor de komende internationale wedstrijden is het echter geen bijster opgewekt vooruitzicht. Met het batten zal het wel losloopen, vooral als van Manen weer speelt, die in Leiden niet alleen als batsman, doch vooral als slipfielder op Rincker's bowlen, zeer werd gemist. Ook wat den wicketkeeper betreft bestaat geen zorg. De aanval levert echter groote moeilijkheden op. Een goede slowbowler was dringend noodig. Men zou waarlijk nog geneigd zijn een beroep op Posthuma te doen. Op Max Jansen als bowler schijnt men niet meer te kunnen rekenen. Mogelijk dat Grootmeijer, tegen dien tijd, in vorm is gekomen en dat ook Maas dan z'n internationalen vorm heeft teruggevonden. Is de Phoenixman Greimering — dien ik persoonlijk nog niet zag spelen — niet een bruikbare kracht?

C. J. GROOTHOFF.