HANDEL IN VERDOOVENDE MIDDELEN
conventies. Korten tijd daarna werd de aandacht gevestigd op Bulgarije, dat een groot opiumproducent is geworden en ontmaskerd werd als schuilplaats van tien geheime fabrieken van morphine en heroïne, die niet minder dan 3000 kg van dit laatste verdoovingsmiddel in het afgeloopen jaar in omloop brachten.
Behalve Turkije en de Balkanstaten zijn Perzië, BritschIndië en China de voornaamste producenten van ruw opium, en bij deze landen moet nu het nieuwe gebied van Mantsjoekwo genoemd worden. Perzië heeft, vooral om financieele en economische redenen, zich met betrekking tot de opiumconventies niet bij de andere mogendheden willen aansluiten. Naar wordt medegedeeld wordt in Perzië papaver verbouwd over een totale uitgestrektheid van ongeveer 70.000 acres, die jaarlijks 600 ton opium opleveren, tot een waarde van 2.000.000 pond sterling, hetgeen gelijkstaat met negen procent van het nationaal inkomen. Men beweert, dat een vierde der bevolking direct of indirect bij den opiumhandel betrokken is, en dat een tiende deel opium schuift.
De Indo-Chineesche opiumhandel was natuurlijk het voornaamste punt van geschil in het opiumvraagstuk der vorige eeuw. Ten einde te komen tot een geleidelijke vermindering van dien handel werd in de eerste jaren van deze eeuw het initiatief voor een nieuwe politiek genomen door Lord (destijds Mr. John) Morley, toen hij in 1906 Minister voor Indië was. In 1917 kwam aan dien handel een einde. De plechtige gelofte, dat China de papavercultuur niet meer zou toelaten, werd aanvankelijk nagekomen, maar met den chaos, die op den val van de Centrale Regeering volgde, ging een betreurenswaardige opleving van opiumproductie in dat door beroeringen geteisterde land gepaard. Er bestaat verder nog al reden om te denken, dat er in China veel onwettige morphine en andere alkaloïden worden aangemaakt en het is dan ook bewezen, dat er in China zelf geheime fabrieken van verdoovende middelen gevestigd zijn en dat deze in aantal vermeerderen.
In 1929—1931 werd door den Volkenbond een Commissie naar Bangkok gezonden om een onderzoek in te stellen naar het opiumschuiven in het Verre Oosten. De Haagsche Opium-