HET INTERNATIONALE TOEZICHT OP DEN

vende middelen vrij wat geringer zijn geworden dan zij thans nog is.

De recente met Egypte opgedane ervaring volstaat om aan te toonen, hoe een vastberaden optreden spoedig verbetering kan brengen zoowel in nationaal als in internationaal opzicht. T. W. Russell Pasja verbaasde in 1930 de Adviseerende Opiumcommissie van den Volkenbond door te verklaren, dat in de vijf voorafgegane jaren Egypte een natie van aan verdoovende middelen verslaafden was geworden. Men berekende, dat er ongeveer 500.000 menschen aan narcotische middelen verslaafd waren en dat zij jaarlijks eenige millioenen ponden sterling besteedden voor den aankoop van zulk een middel. Morphine, heroïne, cocaïne en hashish waren het land binnengestroomd, en reusachtige fortuinen waren verdiend door de slimme smokkelaarsbenden, die de zaak organiseerden. Er werd ontdekt, dat veel van deze contrabande van een fabriek van verdoovende middelen in den Elzas afkomstig wasen uit dit Midden-Europeesche centrum zich verspreidde naar Genua, Triest, den Piraeus, Constantinopel en Caïro. Tot staving daarvan werd o.a. aangevoerd, dat de bedoelde firma, alleen, in 1928 4349 kg heroïne geleverd had, dus meer dan genoeg om aan de wettige behoeften der geheele wereld te voldoen. Russell Pasja heeft als directeur van het Narcotisch Bureau en chef der politie te Caïro de hoofdagenten van dezen winstgevenden en afschuwelijken handel in de Levant opgespoord, bekend gemaakt en door zware boeten en gevangenisstraf onschadelijk gemaakt. In zijn laatste rapport heeft hij zelfs kunnen constateeren, dat het aantal veroordeelde verslaafden, die gevangenisstraf ondergingen, van 5681 in 1929 teruggeloopen was tot 674 in 1933, en hij gelooft, dat het gevaar, dat Egypte vijf jaren geleden boven het hoofd hing, is afgewend.

Nauwelijks is een bron van onwettigen aanmaak van narcotische middelen ontdekt en uitgeroeid, of andere nemen haar plaats in. Drie fabrieken te Istanboel, die op groote schaal morphine en heroïne aanmaakten, werden twee jaren geleden ontdekt en opgeheven, en Turkije kon eindelijk verwelkomd worden als mede-onderteekenaar van de Opium-