LANDAANWINNING IN ITALIË

er menschen zijn, die dit in twijfel trekken, dan moeten zij zich maar eens op de hoogte stellen van het leven in uitgestrekte streken, die nog niet zijn aangewonnen, en dat vergelijken met het leven der bevolking op den vruchtbaren grond, die reeds is aangewonnen in Emilia en Venetia, of op de lachende, met wijnstokken beplante berghellingen der Apennijnen, of wel in het zuiden des lands, dat zoo welvarend gemaakt werd door bevloeiing en bebossching.

De heerschende levensleer der kapitalistische samenleving, dat genot het hoogste goed is, beschouwt integrale landaanwinning louter als een vraagstuk van te besteden kosten en te behalen winst. De fascistische maatschappij erkent de waarde van die opvatting in zoover, dat zij de keuze van het werk vaststelt en de snelheid bepaalt, die bij de uitvoering daarvan moet worden in acht genomen. Maar vóór alles erkent zij de noodzakelijkheid van een krachtige reactie tegen de herhaaldelijk zich uitende neiging om het werk te beperken tot dat gedeelte, hetwelk bijna geheel uit de Schatkist wordt betaald, en de werken, die landbouwkundige veranderingen ten doel hebben — zonder welke zulke uitgaven in hoofdzaak doelloos zouden zijn — niet uit te voeren.

Maar de fascistische maatschappij, die het leven der natie als een geheel beschouwt, weigert de moreele en politieke zijden van het vraagstuk te scheiden van de economische, en wijst de opvatting, als zou integrale landaanwinning, waarvan de invloed zich tot zelfs den wortel van de levenskracht en de macht van het ras uitstrekt, niet meer zijn dan een questie van debet en credit van een handelsbalans, met beslistheid van de hand.

Indien vorige geslachten er zich toe beperkt hadden, slechts die werken uit te voeren, waarvan het waarschijnlijk was, dat zij in den kapitalistïschen zin van het woord een batig saldo zouden afwerpen, dan zouden gansche landstreken van Italië, die thans dicht zijn bevolkt, en genieten van een krachtig leven op het land, nog altijd drassige, onbewoonde, door malaria geteisterde, lage landen, of wel naakte berghellingen zijn.

Wij, op onze beurt, werken thans voor onze kinderen en kleinkinderen, bevestigen en breiden de territoriale basis uit, waarop de natie staat, stichten nieuwe levenscentra, die, omdat zij zich op het land bevinden, physiek en moreel gezond zijn, voor een volkrijker en machtiger Italië."