294
HET SHAKESPEARE RAADSEL.
schijnt te hebben teweeggebracht. Men schat, dat in de laatste vijf-en-twintig jaar meer dan vierduizend boekdeelen of vlugschriftfn over dit boeiende vraagstuk het licht hebben gezien, want ook andere namen naast dien van Francis Bacon werden aangeprezen als die van den werkelijken schrijver van de stukken, die met Shakespeare onderteekend waren: die van the Earl of Pembroke, van Christopher Marlowe, van the Earl of Oxford, enz. Twee werken, die in de laatste jaren verschenen zijn, hebben een wezenlijke belangstelling gewekt: die van Célestin Demblon: Lord Butland est Shakespeare; en het geleerde betoog: Sous le masqué de Shakespeare, waarin Abel Lefranc, professor aan het Collége de France, tracht aannemelijk te maken, dat William Stanley, de zesde graaf van Derby, de werkelijke schrijver van de onsterfelijke treurspelen is.
Het wil ons voorkomen, dat er een veronderstelling is, welke men in de gegeven omstandigheden niet genoeg onder de oogen ziet, en deze is, dat de naam ,,William Shakespeare" misschien niet meer is dan de naam van de „firma," bestaande uit tallooze deelgenooten en medewerkers, waarvan de zoon van Strafford de voornaamste is.
Inderdaad, wat de kritiek ons leert omtrent het werk van Shakespeare, wat hardnekkige zoekers en scholars ontdekt hebben en onophoudelijk nog ontdekken, is, dat Shakespeare — vooropgesteld zijn onbetwistbaar persoonlijk genie, waarvan velen van zijn tijdgenooten, waaronder zijn mededinger, Ben Jonson, getuigden — vooral het talent had min of meer oude stukken uitstekend te arrangeeren, dat hij een vernuftig omwerker was van oude fabels en een van de grootste „ontleeners" van geijkte zinnen en verzen, die ooit bestaan hebben; en ten slotte, dat hij stellig de zeer rechtstreeksche medewerking aannam van de tooneelspelers, die zijn stukken speelden of waarmede hij zijn stukken speelde — en meer dan waarschijnlijk de raadgevingen of de wenken opvolgde van de groote heeren, die hem beschermden: Pembroke, Southampton, Derby, enz.
Laten wij, om deze hypothese behoorlijk kracht bij te