NAPOLEON EN GODOY
aan Godoy, en de koning van Spanje zou van zijn kant den titel van Keizer van Indië kunnen aannemen.
Op dezen grondslag scheen alles zich schitterend te ontwikkelen. Izquierdo was trotsch op zijn eigen handigheid en op het succes der onderhandelingen. Hij kon zelfs de woorden herhalen, die de keizer Talleyrand had opgedragen hem over te brengen: „Gij zijt gesteld op den Vredesprins; laat uw vriend een kroon krijgen en geef uw koning en uw vaderland een duurzame macht! Wat kunt gij meer verlangen?" Godoy, die bovendien het plan had de dochter, die Marie Thérèse, zijn echtgenoote, hem eenige jaren tevoren geschonken had, te laten trouwen met den jongen vijfjarigen koning van Toscane, was bijzonder voldaan. Zoodra hij de boodschap van den keizer had ontvangen, zond hij een koerier naar Izquierdo om te verklaren, dat hij bereid was de overeenkomst aan te gaan. Maar een pijnlijke verrassing wachtte hem. Het sluiten der overeenkomst werd van dag tot dag uitgesteld. De keizer scheen, dat moest men ten minste wel aannemen, niet meer aan de Spaansch-Portugeesche zaken te denken, ten minste voorzoover zij Godoy betroffen. Niets kon hem doen besluiten den draad van de afgebroken onderhandelingen weer op te vatten. Men moest zich schikken in geduld oefenen.
Laat ons het einde van deze onderhandelingen samenvatten. Er moesten nog wel ups en downs in de verwachtingen van Godoy zijn. Den 27en October 1807 werd ten slotte te Fontainebleau tusschen de agenten van Napoleon en die van den Vredesprins ten aanzien van Portugal een overeenkomst geteekend, die den Spaanschen dictator een erfelijk prinsdom verzekerde.
Portugal werd veroverd. Maar niemand sprak meer over den troon van Godoy. Een machtig keizerlijk leger trok Spanje binnen, als vriend of als vijand, men wist het niet. Men opende dezen troepen als aan ware bondgenoot en de grenzen, de wegen en de versterkte plaatsen, maar niettemin groeide in alle harten het wantrouwen. Het gemak, waarmee hij de dingen voorzag, en zijn al te zeer gerechtvaardigd pessimisme bespaarden Godoy niet een val, die hem noodlottig is geworden. Het was hem slechts gedurende een kort oogenblik gegeven weer op het politieke tooneel te verschijnen: dat, waarop hij
w. B. III. 1937. 7