Boergondië. Deze hield den September 1495 zijne kamer-klaring op het s{ot te Vollenhove, waar toen tegen Johan Luitkensz. optrad zuster Styne schaffenares van Clarenberg, ter verdediging van des kloosters recht op een uitgang van D/2 mud rogge, jaarlijks te heffen uit een stuk land onder Wanneperveen. (Oud-archief v. Overijssel, IV bl. 629.) In datzelfde Oud-archief, V bl. 272, vonden we nog dat op 16 Mei 1512 Jurrien Schenck vrijheer van Tautenberch (vader van den lateren aartsbisschop Erederik Sch. V. T.) door bisschop Erederik van Baden werd beleend met een stuk land, gelegen in Reerdinx-huerne bij de stad Vollenhove, tusschen de Zusteren van Clarenberge ten oosten ende den Swakenborch ten westen. Juist tien dagen vroeger was het stuk bezegeld, dat we thans uit Medlers archief mogen meedeelen. Het luidt:
Wij Johannes van Unna, pater, Margreta Thymans mynistersche, Elsken Ygermans procratersche ende andere gemeyne j susteren van den derden regulen Sancti Francisci des convents van Clarenberge bij Vollenhoe bekennen – 1 --, dat wij verkoft ende overgegeven hebben | – – meyster Evert van Ensse een erve ende guet gelegen in de Lewit in den kerspel van Vollenhoe, geheyten Vogelsanck myt huus, hoff ende gaerden ende myt alle sijnen toebehoeren ; omme een somme gelds die ons meyster Evert voirs. Wall betaelt heefft ende voirt in onses convents orbeer gekiert is . Ende (wij) laven met dessen onsen breve meyster Evert voirs. ende sijnen eerfgenamen dyt voirs. erve ende guet te waren vrij van allen kommer , uutgesacht vier Vlemsche gulden ende twe par caponen, die meyster Evert voirs. dairuut ge-