gistro Bernardo, procuratorio nomine quo supra, in Dei nomina tradidi et assignavi, curam animarum parochianorum, custodiam reliquiarum ejusdem ecclesiq sibi in animam suam committendo, recepto primitus ab eodem fidelitatis et obedientiq ac dicte ecclesiQ indemnitatis solito juramento. Super quibus omnibus et singulis prqmissis idem dominus et magister Barnardus Herinck sibi a me notario publicum fieri atque confici petiit instrumentum Acta fuerunt hqc in parochiali ecclesia de Wilpe et in domo dotis ejusdem successive , prqsentibus ibidem honorabili domino Mathia Adriani Drunen, dictq ecclesiq sancti Lebuini Daventriensis vicario et Absolone clerico Trajectensis diocesis testibus

Merk van Et ego Albertus Sommerhus, ecclesia divi Eebuini den notaris. Daventriensis vicarius, sacris apostolica et imperiali auctoritatibus notarius ac venerabilium dominorum de capitulo ejusdem ecclesia scriba juratus

Rijks-archief te Arnhem. ■— Oorspr. perkament, bewaard onder de losse stukken des Hoves van Gelre.

De bezitneming, zoo kloekweg verricht, zou niet van duur zijn. Lubbert Pieck, optredend voor zijn naastbestaande, Ludolf Pieck, eischte de Wilper wedem voor dezen en bracht de zaak voor het Hof van Gelre. Het gewijsde, op 6 Mei 1566 door gemeld Hof gegeven, wees het recht op het betwiste bezit toe aan Lubbert Pieck en aan heer Ludolf zijn beschermeling. (Register op het archief des Hoves van Gelre, bl. 7.)

Bij dit gewijsde is de zaak blijkbaar gebleven. Want op 18 Mei 1571, toen de hoogwaardige Jillis van den Berge, Deventers eerste bisschep, te Wilpe zijn hoog kerkelijk bezoek bracht, stond heer Ludolf Pieck daar