LENTELIED.

(Verg. Chiabrera , Ecco la luce eni.)

De maand van minnen

Itijdt vroolijk binnen

Op Phoebus gouden raden;

En heeft in ’t keeren

De vleugelveêren

Van bloemen overladen;

De winterkoning

Heeft naar zijn woning

Eeeds lang de vlucht genomen;

Dies is de rije

Van heerschappije ,

Weêr aan de Mei gekomen!

De meiskens reien

In groene weien,

En loopen bloemkens garen,

En dartel sling’ren

De blanke ving’ren

Den roof door blonde haircn.