jzanien op één feest willen verschijnen, zal dit de conj versatie niet hinderen, de stijfheid bevorderen en tot » allerlei onaangenaamheden aanleiding geven ?”

j Veroorloof mij dat ik hier voor mijne vroegere eollega’s »het woord opvat,” hervatte de heer S. die een weinig warm begon te worden. lU schijnt, duid het mij «niet ten kwade, niet veel opvoeding en fashion bij de sjongelui te veronderstellen, door zelfs aan onaangenaara»heden te denken. Ik verzeker u, de jongelui zijn te 1) fatsoenlijk om op een feest, dat ter hunner eere gegeven «wordt, twist te zoeken. Verschijnen zij niet altijd te «zamen in het publiek in comedies, bals, opera’s, con«certon enz.? Gij zult hen toch niet voor geheel onbekend «met de eerste regelen der wellevenheid houden. Maar «ik begrijp het, gij hebt dit ook niet gemeend, gij hebt «het u voorzeker onder het spreken laten ontvallen.”

De doctor was overtuigd, dat hij hier leelijk parket was geraakt. Bekende hij dat hij de jongelui voor beter hield, dan hij ze had afgeschilderd, zoo moest hij zijne woorden terug trekken; en hield hij ze vol, zoo zoude men wel eens het spreekwoord op hem hebben kunnen toepassen, «zoo als de waard is ver«trouwt hij zijn gasten.”

Met een van boosheid nog zwaarder klinkende stem antwoordde hij, terwijl zijn linker oog geen vonken schoot: «maar al kwamen daaruit dan geene onaangenaamheden ï voort en werd het genoegelijk zamenzijn niet gestoord, « dan nog zou ik die partij afkeuren. Men zou daardoor