een te zetten in de trekkas : want spoedig zal men dan gele bladeren hebben. Bij ons hier zijn de speciale trekkassen meestal tegen een zuidmuur geleund, en diep ingegraven om zooveel mogelijk de warmte te behouden, aan den voorkant staat een tafel en krijgt de muur een trap (trapsgewijze etalagestelling) of ook wel eens een tafel, wij geven de voorkeur aan een trap, vermits wij weten dat de warmte in de kas altijd omhoog gaat, zoodat het boven warmer is dan onder; dit laat ons toe verschillende tijdstippen van bloei te hebben in dezelfde kas. Rond 15 November begint men met de vroegste variëteiten in de trekkas te brengen, wij vinden daartoe geschikt Deutsche Perie, Simon Mardner, Vervaineana, Mm. van der Cruyssen en Sigmond- Rucfeer. Als warmtegraad schommelt het bij dag tusschen 18 tot 20 Celsius, des nachts van 13 tot 15 C. Het kan nu heel goed voorvallen met een weinig zon, dat de thermometer tot 28 C. stijgt, hetgeen de plant niet schaadt, bijzonder niet, indien men niet vergeer twee maal daags met lauw water de planten te sproeien, doch nooit als de zon erop straalt.

Het is ook noodzakelijk een vochtige luchtgesteldheid te behouden met regelmatigde wegen en tusschen de potten, en de muren te. begieten. Onder den invloed der warme lucht komt er spoedig leven in de plant, de knoppen beginnen te zwellen, de bloembladen vertoonen zich en meteen moet men ook ophouden de planten te besproeien : ook neemt men regelmatig de diefjes (ontijdige jonge spruitjes) weg, welke zich bezijden de bloem-

knoppen vertoonen; ziet men nu dat enkele knoppen zich niet kunnen openen, dan maakt men deze voorzichtig los, doch eerst als men bemerkt, dat de plant er zichtbaar zelfs niet in slaagt; anders rotten deze knoppen weg. Als nu de knoppen bijna open zijn is het tijd de plant naar een andere kas of plaats over te brengen, waar het minder warm is, om stilaan gewend te maken aan de luchtgesteldheid in de koude kas of huiskamer, waarvoor zij bestemd is.

De eerstgenoemde variëteiten kunnen in bloei zijn met Kerstmis, als de plant hare normale ontwikkeling volgt; dit doet ons inzien, dat er voor de eerste forceering ongeveer 6 weken noodig zijn, doch, naarmate wij het voorjaar naderen, zal er minder tijd noodig wezen, zoo b.v. zal men met de laatste trekkerij planten in bloei hebben in 13 tot 20 dagen. Rond 15 December kan men het reeds wagen met betere variëteiten zooals Apolo, Perk van Gend-Bmgge, Snr de Prince Albert, Flambeau, enz. Einde Februari kunnen alle variëteiten getrokken worden, met weinig moeite; ongeveer 3 weken zijn dan noodig om mooi bloeiende planten te bekomen; alzoo ziet men een gansche reeks in bloei met St. lozef (17 Maart.)

Getrokken planten, eenmaal uitgebloeid, worden ingesneden, en best een paar jaren in den vollen grond gekweekt zonder bloeien, om haar krachten te herstellen. Zoo behandeld kan men jaren genieten van die mooie voorjaarsbloeiers.

Florent van den Brande.

België.

ENKELE BESCHOUWINGEN OVER MODERNE HUISINRICHTINGEN. 11.

Wat de houtsoorten zelf betreft, prefereert men nog altijd voor huiskamers, heerenkamers of eetkamers eikenhout in de eerste plaats en daarna mahonie, voor ontvangkamers of salon meer mahonie of notenhout. Slaapkamers zijn meestal uitgevoerd in eiken of mahoniehout, somtijds ook in grijs gebeitst eiken of ahornhout en in de buitenlandsche uitvoering in ahorn, berken, notert en dergelijke houtsoorten.

Ter illustratie van dit artikel geven wij een 4-tal afbeeldingen van moderne interieurs, uitgevoerd door Intima Amsterdam, de lamp van Winkelman. De eetkamermeubelen zijn in mahonie met coromandelhout, bekleed met dof

grijze velours d’Utrecht. Het behang is in tinten van oranje, bruin, grijs en groen, welke tinten oök in het ovale karpet voorkomen, terwijl de gordijnen in warm groen getinte velours zijn uitgevoerd.

De hoerenkamer meubelen zijn zeer eenvoudig maar vrij zwaar in eikenhout gebeitst en in de was, bekleeding in effen grijsgroene velours d'Utrecht. Vooral de bank met links en rechts een diep kastje is een buitengewoon prettig en practisch meubel, evenals de lage boekenkasten, oorspronkelijk een Engelsche vinding. De wanden van de kamer zijn behangen met een patroon van Nieuwenhuis, de z.g. Wilde Roos in prettige zachte kleuren op goudgroen fond, in contrast hiermede zijn de gordijnen in donkerbruin genomen.

De zitkamer in mahoniehout in de was, bekleeding in I zwart met gouden damast is eveneens gemeubeld met een groote bank, die gestoffeerd is met kussens naar een speciale vinding, waardoor de zachtheid van een donsvulling met een practisch gesproken onverwoestbare duurzaamheid verbonden is. Het behang in grijachtig groen met lila en goud is naar een ontwerp van Dr. H. P. Berlage, het eenvoudige karpet, versierd met effen banden i% verschillende kleuren, naar teekening van Jaap Gidding. De beste namen uit het Holland van dezen tijd zijn hier dus wel vereenifld.

Spraken wij hooger van lacqué-meubelcn, hierbij is een afbeelding van een dergelijke kamer in geel-rosé lak met zwart afgezet bestemd voor kinderkamer. Een dergelijke kamer was in het vorige jaar geexposeerd op een tentoonstelling van „de Dameskroniek” en maakte daar beslist furore, vooral de dames waren er „weg” van. Het dient dan ook gezegd, dat het met het lichte gebloemde behang, gordijnen van cretonne met dezelfde bloempatronen bedrukt, eenvoudige linoleum vloerbekleeding met aardige handgeweven

Ontwerp L. J. Verweij. Uitgevoerd: Woninginrichting Intima